De 10-jarige Seppe heeft kanker. Hij ligt in het ziekenhuis. Als hij een boek over indianen krijgt, fantaseert hij dat hij een sterke indiaan wordt. Dat helpt hem tegen zijn ziekte te vechten.
Seppe is tien jaar en krijgt op zijn verjaardag te horen dat hij kanker heeft. Hij moet de dag zelf nog starten met chemotherapie. Wanneer hij in het ziekenhuis ligt komt er niet veel bezoek want zijn ouders moeten werken en andere familieleden heeft hij niet. Door de chemo verliest hij zijn haar, dat vindt hij maar een beetje raar....Daarom doet hij in het ziekenhuis heel afstandelijk tegenover de andere kinderen en verpleegsters, hij is daardoor ook altijd op zijn kamer. Wanneer zijn moeder een boek over indianen meebrengt geeft hij iedereen van het ziekenhuis een character uit het boek, waardoor hij dichter bij de groep komt. Op het einde is hij helemaal aangesloten bij de groep en is het zijn nieuwe thuis.
Ik vind het boek heel leerrijk voor kinderen die een ongeneselijke of bijna ongeneselijke ziekte hebben bijvoorbeeld;Kanker, Leukemie ect. Het boek toont hun dat ze hun niet moeten 'schamen' dat ze de ziekte hebben en dat ze er niet alleen voor staan. Of als ze zoals Seppe geen ouders of andere familieleden hebben, er altijd mensen klaar staan om ze te helpen of ze bij te staan in hun reis. Ook dat het helemaal niet erg is dat je geen haar hebt, graag leest; Kort gezegd dat je niet bang moet zijn over je uiterlijk, talenten, of interesses. Ik zou het boek aanraden voor mensen met onzekerheid of mensen die bang zijn voor meningen van andere.