Terwijl de houten palen onder Amsterdam beginnen te rotten, stijgt in Venetië de waterspiegel en overstromen in Pakistan de 4500 jaar oude ruïnes van Mohenjo Daro. Door inklinking van de Engelse veengrond bezwijkt de Muur van Hadrianus. Door de toename van zout ontploffen de bakstenen van het opgegraven Babylon. Smeltende permafrost in Siberië ondermijnt de eeuwenoude grafheuvels van de Scythische beschaving. In de VS hebben orkanen een deel van het erfgoed van New Orleans en Puerto Rico weggevaagd, terwijl de bosbranden van 2019 ervoor zorgden dat het Getty Museum in Los Angeles moest sluiten.
De klimaatcrisis bedreigt historisch erfgoed overal ter wereld, met hogere temperaturen, meer stormen en branden en natuurlijk het wassende water. Monumenten, gebouwen, binnensteden en cultuurlandschappen lopen gevaar, en musea zoals het Louvre zijn al begonnen delen van hun collecties te verplaatsen naar klimaatbestendige depots. De toekomst van het verleden geeft voor het eerst een overzicht van dit urgente onderwerp en doet suggesties voor oplossingen. Speciale aandacht gaat naar Nederland, waar erfgoed sinds de zeventiende eeuw innig is verbonden met de natuurlijke omgeving. Bovendien staat er door de zeespiegelstijging veel op het spel.
Klimaatverandering betekent dat we op nieuwe manieren moeten omgaan met de geschiedenis. Historisch erfgoed confronteert ons inmiddels niet meer alleen met het verleden, maar ook met de toekomst.
Mijn interesse was al gewekt door Weststeijns artikel dat in 2021 in De Groene Amsterdammer verscheen, dus kocht ik dit boek gelijk toen het uitkwam. Weststeijn behandelt het thema van erfgoed en klimaat op een mondiaal niveau, maar gaat hierin nog veel verder dan alleen de toekomst van gebouwd erfgoed.
Ontzettend interessant om te lezen, maar wat werd ik telkens toch ontzettend depressief als ik het weer open sloeg. Ik betrap mezelf de laatste tijd steeds meer op defaitisme. Hoewel in dit boek hele concrete plannen worden voorgesteld heeft het er voornamelijk voor gezorgd dat mijn dagelijkse wandeling door Amsterdam een droefgeestig karakter heeft gekregen, als ik me realiseer dat deze stad, ons land en de wereld zoals wij die nu kennen haar langste tijd heeft gehad.
Onze antropogene wereld (veranderingen in de natuur veroorzaakt door mensen) kreunt met de jaren steeds luider, met steeds grotere gevolgen voor iedereen. Vorig jaar was het aantal overstromingen en branden wereldwijd enorm. Mensen zien de urgentie van acties niet in als er een hoge factor van onzekerheid, hoop en wensdenken bij betrokken is, dus het blijft bijna onmogelijk om op die manier noodzakelijke klimaatacties te ondernemen (en nog minder als we er allemaal een andere mening over hebben). ). In het Nederlandse non-fictieboek De toekomst van het verleden laat auteur en hoogleraar kunstgeschiedenis Thijs Weststeijn ons nadenken over het feit dat als mensen zich bewust zouden zijn van de impact die de klimaatverandering op ons erfgoed zal hebben, we misschien persoonlijker geraakt zouden worden en vlugger actie ondernemen. Hij wijst erop dat de kans groter is dat financiering en acties plaatsvinden om monumenten en erfgoed te redden dan voor mensen in erbarmelijke humanitaire situaties. (denk aan de financiering om de vernietigde archeologische vondsten te reconstrueren van Palmyra in Syrië, of het astronomische bedrag voor de Notre Dame in Parijs.) De kern van het boek is dat veel van ons erfgoed er al langer is dan het er in de toekomst nog zal zijn. Zoals we consequenties zien op ons immaterieel erfgoed, zoals bij de bekende schaatswedstrijd De Elfstedentocht in Nederland, zullen mensen die ook zien op materieel erfgoed. Instandhouding zal een uitdaging zijn en waarschijnlijk oneerlijk (aangezien alleen de rijke landen daartoe instaat zullen zijn en een grotere CO2-voetafdruk zouden kunnen betekenen). Er is een beleid nodig om de erfgoedstukken voor behoud uit te kiezen, en verplaatsing over de nationale grenzen heen onontkoombaar. Voor de andere stukken kan digitalisering, reconstructie of achterlaten als Mahnmal (vermaningsmonument) een optie zijn, maar allemaal met bepaalde problemen. Gedetailleerd en reflectief geschreven.
Must read voor iedereen die geïnteresseerd is in de omgang met, en behoud van eefgied. Zowel materieel als immaterieel. Enige minpuntje is soms de mate van detail die niet altijd ter zake doet, bijv bij het noemen van Freud ook diens geboortejaar vermelden. Dat leidt af en die ruimte had beter gebruikt kunnen worden voor meer inhoudelijke informatie.