Deze reeks omvat twaalf maanden, twaalf boekjes, twaalf schrijvers. Ieder boekje nodigt je uit om anders naar de tijd van het jaar te kijken.
De Maanden is een reeks die je wilt verzamelen, koesteren, een prominente plek in je boekenkast wilt geven. De vormgeving vanbinnen én vanbuiten is chic aantrekkelijk. Alle omslagen worden gemaakt door dezelfde kunstenaar.
Elk boekje verschijnt net voor het begin van de maand. Het houdt de lezer gezelschap terwijl de maand verstrijkt en nodigt je uit anders naar de tijd van het jaar kijken. In Juni voert Philip Huff een vrouw op die voor haar gezin zorgt en boos is op de wereld - en op mannen in het bijzonder. Ze schrobt nog eens de gootsteen, denkend aan alle ongeziene vrouwelijke schilders, terwijl haar eigen penselen in het atelier verdrogen.
Philip Huff (1984) is schrijver en regisseur. Hij schrijft onder meer voor NRC Handelsblad, De Groene Amsterdammer, Hollands Maandblad, The New York Review of Books en The Paris Review. Hij publiceerde de romans Dagen van gras (genomineerd voor de Academica Debutantenprijs), Niemand in de stad (winnaar Dioraphte Prijs, verfilmd door Michiel van Erp) en Boek van de doden (keuze van het jaar 2014 van HUMO), de verhalenbundel Goed om hier te zijn en de essaybundel Het verdriet van anderen.
Voelt als een parodie. Waarop weet ik niet, maar ik heb er moeite mee te geloven dat deze 100 pagina’s onironisch zijn geschreven. Gefeliciteerd Philip: echt ontzettend kut.
Met de komst van de zomermaand had ik op z’n minst een overwegend vrolijk boek willen lezen. Somber zijn is meer iets voor de maand februari.
Je ontkomt er niet aan dat taal opbreekt en verdeelt wat niet opgebroken en verdeeld kan worden. Je ontkomt er niet aan dat taal netjes maakt wat niet netjes is.
Na zes maanden ben ik nu op de helft van de maanden reeks van DasMag. Juni vond ik tot nu toe de minste. Het verhaal wist me niet echt te pakken, ik bleef er een beetje buiten staan. Ik vond het traag, saai, en de stijl sprak me niet aan. Deze maand viel dus wat tegen, maar dat hoort er misschien ook een beetje bij. Elke maand is weer anders, en dat maakt het juist leuk, ik ben benieuwd wat de volgende gaat brengen.
Chaotische, meer deels herkenbare gedachten, van een vrouw/moeder/dochter die op haar tandvlees loopt. Wat Huffs bedoeling is van dit boekje is mij echter een raadsel. Het einde is abrupt en onbevredigend.
2,5 - Was erg blij toen aangekondigd werd dat Philip Huff ‘Juni’ geschreven had omdat ik alles wat ik tot nu toe van hem gelezen heb héél goed vond, maar dit viel me helaas tegen.
Behoorlijk feministisch en veelbelovend, maar zonder climax, waardoor het toch wat nietszeggend voelt. Daarnaast voor mij net iets teveel van dat typische geratel wat je soms in Nederlandse literatuur hebt.
In de toch al niet van kwaliteit overlopende reeks van Das Mag (*), gewijd aan de maanden van het jaar, is dit een nieuw dieptepunt. Zelden iemand gelezen die zo warrig schrijft.
In een recent nummer van de Poëziekrant (nr.2 van 2023), een blad dat meestal jubelend met het wierrookvat zwaait, staat het poëziedebuut van deze auteur besproken en dat wordt door Anne Van Den Dool werkelijk met de grond gelijk gemaakt. Ze schrijft: ‘Huff heeft goed afgekeken hoe poëzie eruit zou moeten zien. Je kiest een mysterieuze titel, je knipt een tekst op in losse zinsdelen en je schrijft er Romeinse cijfers tussen.’ En wat verder: ‘Lange tijd zocht ik in de voorbereiding van mijn poëzielessen naar goede voorbeelden van slechte poëzie. In teksten die anderen mij aandroegen zag ik op een of andere manier toch nog altijd een vorm van schoonheid. Er leek, voor zover ik dat van een afstand kon beoordelen, toch nog wel over nagedacht. Over de uitgave van de gedichten van Huff lijkt niemand goed te hebben nagedacht, behalve wellicht een marketingafdeling.’ (p.33)
Ik vrees dat hier iets soortgelijks aan de hand is. Huff doet heel hard zijn best om interessant over te komen, maar helaas: dit is willen, maar niet kunnen. De metaforen slaan nergens op, het rondstrooien met referenties draagt nergens wezenlijk toe bij en zijn schrijfstijl is vreselijk onelegant. Grootste zonde is vooral dat elke heldere lijn ontbreekt. En dan hebben we het nog niet eens over de inhoud gehad. (Vreselijk!) Ter illustratie een willekeurig gekozen passage: ‘Ze wilde een dochter als eerste kind, had met Richard zelfs over adoptie gesproken maar hij vond dat onzin. Dat zijn geen dingen die je kunt kiezen, had hij gezegd, maar hij was maar al te blij dat de eerstgeborene een zoon was: niemand zou vrijwillig als vrouw geboren willen worden, simpel boerenverstand, al die verkrachtingen en achterstelling – ook, sorry, de lesbies niet. Soms, als je onder de douche stond of je afdroogde, zag je het allemaal heel helder. De mensen zoals ze zijn. De wereld zoals die is, al waren die twee uitspraken wellicht hetzelfde, gezien het rentmeesterschap van de homo sapiens over de aarde. De borstel door haar haar, bodylotion in de palm, haar handen snel over haar benen. Rustiger, gezichtscrème op. En hier, merkte ze toen ze met Eline in Méribel was, doet Eline dan ook meteen haar mascara op en trekt daarna heel voorzichtig met haar handen aan haar kraagje of hals haar bovenkleding aan. Zij niet. Eerst een shirt, dan de gezichtscrème en mascara. Een beetje lipgloss. De kracht en de warmte van de haardroger op haar haar en hoofdhuid, je kunt niet anders dan denken dat als deze apparaten het zowel eenvoudiger als ingewikkelder hebben gemaakt, nietwaar?’ (p.40-41) Op dat punt in het verhaal zat de redacteur wellicht al thuis met een burn-out. Ik ben zelf ook niet verder geraakt. Na veertig pagina’s vond ik het welletjes geweest en haakte ik af.
(*) Er waren wel een aantal sterke bijdrages, zoals die van Rob Van Essen bijvoorbeeld.
Philip Huff brengt met zijn kortverhaal in de Maanden-cyclus een verhaal van een vrouw, die tijdens de laatste weken van de lente die langzaamaan overgaat naar de zomer, al schrobbend aan haar gootsteen nadenkt over de wereld om haar heen. En dat maakt haar boos, op die wereld maar op mannen in het bijzonder! Dit terwijl ze haar eigen talent altijd op de achtergrond heeft geschoven om de mannen in haar leven voorrang te schenken. De maand juni zag er nog nooit zo rood van woede uit!
Net als bij de voorgaande boekjes in de reeks heeft ook deze keer een nieuwe auteur het op zich genomen om een maand van het jaar te kiezen waarin hij zijn kleine verhaal met grote gedachten weet vast te leggen. Als lezer kruip je letterlijk in het hoofd van een vrouw die het eigenlijk allemaal moe is en door haar ogen kijk je naar de wereld die haar steeds naar achteren heeft geduwd. Door haar liefde en kennis van vrouwelijke artiesten vergelijkt de auteur haar leven met dat van die andere vrouwen.
Ook nu weer verzorgde Frank August voor de prachtige vormgeving van het boekje en is de geweldige tekening op de cover van Jasmijn ter Stege!
Ik ben een beetje later met de maand juni (meestal lees ik het op het einde van de vorige maand en post de recensie op de tweede dag ervan) maar een reisje en een leesdip hebben ervoor gezorgd dat ik deze maand iets later las.
Vreselijke schrijfstijl. Doet me denken aan hoe mijn hoofd werkt als ik compleet overprikkeld en vermoeid ben. Dat je een vloeiende zin probeert te maken, maar het gewoon niet lukt. Zo leest dit boek. Je moet tijdens het lezen hard werken om erachter te komen wie er nu precies aan het woord is. Het gebrek aan een fatsoenlijke toepassing van leestekens helpt niet mee. Misschien is het verhaal met opzet zo chaotisch geschreven, zodat de lezer tijdens het lezen eenzelfde soort onrust ervaart als “de boze vrouw” (zoals de achterflap haar beschrijft). Geen idee. Wat ik wel weet is dat mijn leeservaring een grote brainfart was. Geen aanrader.
Wat een deprimerend verhaal heeft Huff neergepend. Nihilistisch bijna, of toch in elk geval iets om niet te lezen als je zelf al donkere gedachten had. De boodschap van het boek is verwarrend, want je kan er alle kanten mee op, en op het eerste gezicht lijkt dat wel boeiend, maar uiteindelijk getuigt het vooral van besluiteloosheid. Ik vermoed dat de thematiek van de boosheid en de tragiek en de familiale omstandigheden iets is wat niet vreemd is aan de auteur, als ik afga op de synopsis van Wat je van bloed weet bijvoorbeeld.
Misschien had dit deel in de serie gewoon "Januari" moeten heten. Beetje deprimerend. Niks komt echt op gang, ondanks goede voornemens. En dan ineens is het voorbij zonder dat je het doorhad en ben je blij dat je aan het volgende deel kan beginnen. Wat ik overigens wel erg goed vond, is hoe Huff de gedachten van de vrouwelijke hoofdpersoon heeft beschreven. Dat heeft hij knap gedaan.
Dit boek was voor mij niet te volgen, het gedachten van de hoofdpersonage liepen zo door elkaar en het einde was totaal niet bevredigend, sterker nog gewoon irritant omdat het hoofdpersonage verlangens heeft en er helemaal niks mee doet. Enkel de beschrijvingen naar hoe vrouwelijke kunstenaars in de geschiedenis zijn weggewuifd waren interessant en dat waren er veels te weinig.
Eerste keer dat ik een boek lees met een vrouwelijk perspectief, waarvan je niet meteen doorhebt dat het door een man is geschreven. Huff heeft zich goed ingeleefd. Desondanks een boek zonder "doel"/plot, wat goed kan zijn, maar in dit werk anti-climactisch voelt.
Was jij het niet die zei dat geluk voor vrouwen niet bestaat?
Sterke karakterschets van een huisvrouw van middelbare leeftijd die weg aan het kwijnen is in haar huwelijk en haar eigen identiteit gaandeweg is verloren.
Eigenlijk snapte ik het vooral niet. Personages werden niet duidelijk geintroceerd waardoor ik heel vaak dacht een nieuw verhaal te lezen of iets te hebben gemist.
Er zitten, wat mij betreft, toch wel wat mindere boekjes tussen de maand-serie van uitgeverij Das Mag. Ook dit boekje van Philip Huff vond ik erg fragmentarisch en met weinig lijn. Ik heb het idee dat de boekjes in grote haast en weinig planmatig worden geschreven.
Aanvankelijk vond ik het een beetje flauw, maar gaandeweg kwam de stem beter uit de verf. En daarmee kwamen de dilemma's (moederschap en/of carriere) ook beter tot leven. Genoten van de vele literaire en kunstzinnige verwijzingen!