La grande pianiste Edith Waldschade aime les loups et en élève trois, en dépit des légendes effrayantes que lui racontait son père quand elle était enfant. Solitaire et taciturne, elle respecte ces animaux pour leur beauté et leur intelligence tandis que son père révérait en eux la bête souveraine de la mythologie nordique. Dans sa propriété cernée de sapins surgit un jour l'inquiétant Erwin, qui prétend être son demi-frère. Que veut-il ? Que sait-il ? Le mystérieux passé familial dont il semble être le dépositaire mêle superstitions et peurs ancestrales à une histoire plus récente, celle de l'Europe brune des années 1930-1940.
Hella S. Haasse (1918 - 2011) was born in Batavia, modern-day Jakarta. She moved to the Netherlands after secondary school. In 1945 she debuted with a collection of poems, entitled Stroomversnelling (Momentum). She made her name three years later with the novella given out to mark the Dutch Book Week, Oeroeg (The Black Lake, 1948). As with much of her work, this tale of the friendship between a Dutch and an Indonesian boy has gained the status of a classic in the Netherlands. Titles such as Het woud der verwachting (In a Dark Wood Wandering, 1949), Een nieuwer testament (Threshold of Fire, 1966) and Mevrouw Bentinck of Onverenigbaarheid van karakter (Mrs Bentinck or Irreconcilable in Character, 1978) have been greatly enjoyed by several generations.
Sull'onda del mito nordico Il titolo originale di questo interessante libro è "Fenrir", termine che identifica il mito nordico del lupo che "assale a fauci spalancate e artigli protesi il sole che tramonta" : "un terrore cosmico senza pari", "il terrificante lupo primordiale che divora il sole. L'inizio di una lunga notte, di un'era glaciale". Poi tutto ricomincia. "E' l'eterno ritorno".
Hella Haasse, la Gran Dama della letteratura olandese da poco scomparsa, era anche una riconosciuta studiosa di miti scandinavi e germanici. Pubblicò questo testo nel 2000, nella sua lunga e operosa vecchiaia. Il mito, come sappiamo, è qualcosa di molto serio, in cui palpitano significati profondi e simbolici, sedimentati dalla notte dei tempi. Il romanzo, di stile 'cinematografico', si legge come un attraente 'giallo' (in effetti lo è). Fin dall'incipit, apprendiamo che si parla di lupi veri e propri, eccome! Il libro è accattivante fin dall'inizio : il giovane Matthias "andò a un concerto perché aveva letto sul giornale che la pianista teneva dei lupi nel giardino dietro casa, La foto che accompagnava l'articolo mostrava una donna non più giovane, con un volto bello ma impenetrabile. (...) il suo sguardo era rivolto all'interno". In realtà il "giardino dietro casa" è un bosco. La casa stessa è una specie di bizzarro castello situato in un isolamento di cupo e solitario paesaggio.
Il finale non è certo quello del solito romanzetto giallo. Questo è un Giallo d'Autore.. Qualche frase è da brivido : "L'occidente: è là che tramonta il sole (...). Lupi, lupi. Per noi occidentali è finita".
Zelf vind ik dat ik niet hoef uit te leggen waarom een boek van Hella Haasse vijf sterren verdiend. Het is eigenlijk vanzelfsprekend. Maar tegelijkertijd wil ik het tóch graag toelichten - al was het maar om andere mensen haar boeken aan te kunnen raden.
Zoals in elk van haar boeken weet Haasse in Fenrir moeiteloos, met een klein detail, gebaar of woord, in elk van haar personages een intens en meeslepend gevoelsleven te leggen. Het is alsof zij als een impressionist met kleine penseelstreekjes het schilderij opzet.
Als altijd is het dan ook goed opletten geblazen - de lezer die geen aandacht heeft voor terloops genoemde namen of details mist al gauw de clue. En dat is nu juist waarin Haasse haar signatuur in zet - altijd komt de cirkel rond, op onnavolgbare wijze in elkaar gezet. Het is zo slim en knap geschreven, met de symmetrie van een goed sprookje en de prachtige beschrijvende schrijfstijl van een beeldend kunstenaar; ik kan opnieuw niets anders doen dan Hella Haasse bewonderen.
This already is a very short book, but where did the ending go? There is a difference between an open ending and no ending at all. Over-all the story line was quite intriguing, but I was left with too many questions, which annoys me to no end.
Bijzonder verhaal met een sleutelrol voor de wolf. Noordse mythologie, een nazi-verleden, een bijna-moord: stuk voor stuk prachtige ingrediënten voor een raadselachtig verhaal. Ook de vorm was afwisselend. Tijd om weer eens wat meer van Haasse te gaan lezen.
'Mijn hele jeugd heeft in het teken gestaan van de wolf als aartsvijand, als symbool van de macht die alle leven op aarde bedreigt. In de hal van mijn huis in de Ardennen waar jij nooit geweest bent, hangt een reusachtig doek van een Duitse schilder uit de negentiende eeuw, die nu totaal vergeten is, terecht denk ik. Met het talent van een Caspar David Friedrich of zelfs een Alfred Böcklin, had hij een groots kunstwerk kunnen scheppen. Nu overtreft zijn bedoeling zijn vermogen. Jij zou het onmiddellijk edelkitsch genoemd hebben. In een hemel vol woeste wolkenmassa's bespringt een monsterlijke zwarte wolf met opengesperde muil en uitgestrekte klauwen de ondergaande zon. '
This book was easy to read. It was only 172 pages long. I wasn't bored reading it, but I can't really explain what it is about. It was like a gossip you accidentally pick up when you're at the hairdresser. It is mostly about a family drama told from two different perspectives. A family member and an outstander. I thought this book was about wolves, that's why I picked it up, obviously.
Yet again I got myself mislead by a beautiful, mysterious cover. Although I do not regret. 'okay' books make 'wow' books even better.
Hella Haasse (1918) is een gevierd Nederlands schrijfster die in Batavia werd geboren en Scandinavische letteren studeerde. Ze bezocht ook nog de toneelschool en speelde van 1943 tot 1947 in het cabaret van Wim Sonneveld, voor wie ze talloze teksten en liedjes schreef. Op literair vlak debuteerde ze met de dichtbundel Stroomversnelling (1945) en werd meteen bekend met haar novelle Oeroeg die ze in1948 als boekenweekgeschenk schreef en waarin ze haar Indische jeugdherinneringen verwerkte. Oeroeg is nooit uit de belangstelling geweest en behoort nu vast en zeker tot de Nederlandse klassiekers. In haar nieuwste werk Fenrir zijn gebeurtenissen en geheimen uit het verleden ook weer van groot belang. Edith Walschade is een ouder wordende pianiste met wereldfaam. Gedurende twee jaar vormde ze met de joodse violist Jonathan Altman, met wie ze tevens een passionele relatie had, een succesvol duo. Twintig jaar geleden net op het hoogtepunt van hun roem werd Jonathan, die ze zelf Jon noemde, het slachtoffer van een gruwelijk ongeval in Israël. Ze heeft nooit kunnen achterhalen wat er eigenlijk met Jon gebeurd is. Heeft hij het ongeluk overleefd of niet? Talrijke pogingen om de feiten op te sporen zijn mislukt. Edith heeft nog altijd de hoop dat hij zich ergens levend op de aarbol bevindt. Als ze het moeilijk heeft schrijft ze hem altijd brieven die ze hem helaas niet kan sturen maar die haar toch opluchting brengen. En op dit ogenblik heeft ze het moeilijk. Haar vader was een heel bekende Duitse germanist die ooit tijdenseen gastcollege in Leipzig over Oud-Germaanse culturen nogal wat dubieuze uitspraken gedaan over edelrassen en dergelijke. Hij had zich al in 1933 uit de Duitse academies teruggetrokken om naar Nederland te verhuizen. Zijn imago werd echter opnieuw bezoedeld toen hij op het eind van WO II met een Vlaamse vrouw hertrouwde die stamde uit een familie van extreem rechtse politici. Edith heeft nooit geloofd dat haar vader er fascistische ideeën op nahield. Haar moeder en haar zuster Gerda dat is andere koek. Haar moeder ergerde haar vader tot aan zijn dood met haar fascistoïde gedachtengoed. Gerda organiseerde een herfsteveningsfeest op het familiegoed Breidablick dat in de Belgische Ardennen gelegen is en waar heel wat neonazi's op af kwamen. Edith ontvangt over dit gebeuren in Amsterdam een krantenartikel per anonieme post. Ze zegt haar concerten in Amsterdam af om zich van de feiten op de hoogte te stellen. Ten slotte steekt zij het meeste geld in het erfgoed en heeft zij er drie wolven rondlopen die ze ooit uit Canada meebracht en op wie ze erg gesteld is. Matthias Crone, een jonge journalist die zowel een passie heeft voor de muziek van de pianiste als voor wolven, hij houdt zelfs een wolvenencyclopedie bij, wil haar na een concert een bezoek brengen. Als hij het bericht in de krant leest begrijpt hij dat Edith naar de Ardennen moet zijn vertrokken. Toevallig ziet hij in die dagen een vroegere schoolvriend, Rollo genaamd, terug die zich laat inhuren door extreem rechtse groeperingen om als 'professionele relschopper' te fungeren. In Brussel had hij een jonge vrouw ontmoet die hem wou inhuren om de wolven van Edith Walschade te doden. Hij vraagt aan Matthias om hem te vergezellen naar de Ardennen. Matthias wil absoluut mee naar de ardennen al was het maar om te verhinderen dat de wolven gedood worden. Op Breidablick zijn de wolven echter verdwenen maar ze treffen er wel een verzameling van zich vreemd gedragende mensen aan. De meest waardige figuur is Edith die constant in conflict ligt met haar onsympathieke halfbroerErwin van wiens bestaan ze nog maar enkele dagen op de hoogte is en die haar wil confronteren met de fascistoïde ideeën van hun vader ook al beweert hij dat hij de naam van hun vader wil zuiveren. De sfeer op Breidablick die uiterst onbehaaglijk is, komt tot explosie wanneer er een moordaanslag op Erwin gepleegd wordt. Fenrir is een vreemde en mysterieuze roman waarin de schrijfster heel veel overlaat aan de verbeelding van de lezer. Toch vind ik het persoonlijk een heel geslaagd werk omdat de schrijfster vragen oproept die de lezer best kan beantwoorden als hij even doordenkt. Ook het werken met symboliek dat ze zo graag hanteert komt ook hier andermaal goed uit de verf. De wolf wordt door de mensen en de geschiedenis als de stichter van veel kwaad gezien. Deze mening is gecultiveerd door de angst voor de onbekende wolf. Een negatieve beeldvorming over iets of iemand kan de aanstichter zijn van heel wat kwaad. Fenrir is een uiterst knap boek dat heerlijk leest door het vakmanschap van een bejaarde schrijfster die nog altijd goed bij de pinken is.
Deze roman, bijna een novelle, dateert uit 2000 en heeft als ondertitel: Een lang weekend in de Ardennen.
Het verhaal Een jonge journalist, Matthias Crone, heeft als hobby het bestuderen van wolven. Als hij een interview leest met de pianiste Edith Waldschade, waarin ter sprake komt dat zij wolven houdt op haar landoed in de Ardennen, is hij dan ook op slag geïntrigeerd. Later doet zich de gelegenheid voor om naar het desbetreffende landgoed af te reizen. Daar ontmoet hij niet alleen Edith, maar ook haar voor oude, folkoristische, gebruiken levende zus met diens man, nogal een uitvreter, en hun naar een opwindend leven snakkende dochter. Daarnaast is er nog de halfbroer van de twee zussen, die op jonge leeftijd door hun vader in de steek is gelaten, naar hij beweert omdat hij niet de juiste (Arische) raskenmerken had. Wat was dat voor een man, die geleerde vader? Een nazi avant la lettre of een naieveling op zoek naar zijn Noordse wortels? Duidelijk is dat zijn dochter Edith haar liefde voor wolven van hem heeft geërfd. Als Matthias arriveert blijken Ediths wolven er niet meer te zijn. Zijn ze ontsnapt, of zijn ze met opzet verjaagd? Matthias besluit zich niet te bemoeien met het familiegebeuren, maar zich te storten op de omvangrijke wolvenbibliotheek die op het landgoed aanwezig is. Kan hij het volhouden om afzijdig te blijven?
Ik heb weer genoten van dit boekje van Haasse. Ze gebruikt een bijzondere manier van het verweven van de verschillende verhalen. De delen die vanuit het perspectief van Matthias zijn geschreven, zijn eigenlijk rechttoe-rechtaan verhalend. De gedeelten waarin Edith met haar halfbroer praat, zijn op een toneelachtige manier weergegeven, met aanwijzingen over houding, reacties en omgeving tussen haakjes. En daartussen door zijn er brieven, krantenartikelen, elk in een eigen stijl. In het begin bevreemdde me dat wel, maar in het verhaal blijkt het eigenlijk wel functioneel. Elk brengt namelijk zijn eigen sfeer mee.
Fenrir is in de Oudnoorse mythologie de benaming van een demon in de vorm van een wolf, geketend in het binnenste van de aarde. De jonge journalist Matthias Crone is al van jongs af aan gefascineerd door wolven en is bezig met het samenstellen van een wolvenencyclopedie. Hij komt in contact met de pianiste Edith Waldschade, die op haar landgoed Breidablick in de Ardennen wolven houdt. Na aankomst van de journalist op het landgoed blijkt dat de zuster van de pianiste, die daar ook woont, van de wolven af wil. De journalist ontdekt in de bibliotheek van de vader enkele onthullende documenten. En er duikt iemand op die zegt dat hij familie is. De spanning loopt op, het verhaal krijgt detective-achtige trekjes, er is een moordaanslag.
De grande dame van de Nederlandse literatuur is hier goed op dreef en houdt de vaart en de spanning er tot het einde toe in. Het thema racisme door de nazi's, dat 'uit de bibliotheek voortkomt', wordt zonder te gaan overheersen, knap vervlochten in het boek. Enfin, binnen één dag uit. Voor een roman is het jammer dat het bij een schets gebleven is wat betreft de uitwerking van enkele thema's. Voor een novelle, dat het boek m.i. eigenlijk is, is het voldoende 'compleet' om het totaal zeer positief te waarderen. De thema's zijn: verloren liefde; racisme; familieverhoudingen enerzijds en spanning tussen hobby en carrière anderzijds. Knap is de verbinding tussen biologisch natuurlijke-dierlijke van de wolf en de mythologisering van het dier, die het tot cult-object maakt. Dan verwordt cultuur annex beschaving tot de vernietigende uitwerking op diezelfde 'beschaving'. Indien het er al voor gehouden moet worden dat de uitwerking van de menselijke relaties te wensen overlaat, heeft dat mij niet gestoord. Die uitwerking zou wellicht hebben kunnen afleiden van de ideologische inhoud. Er zijn diverse algemeen-maatschappelijke connotaties. Mijn conclusie: erg goed boek, en spannend. JM
Fenrir is een aardige novelle, spannend en goed geschreven, niet Haasses beste werk maar wel intrigerend. De thematiek - met verstoorde familieverhoudingen, wolven, weerwolven, racisme, naïviteit versus nazisme, Jodenvervolging, kruistochten, muziek versus woorden - is wel wat overweldigend maar door Haasses taalbeheersing en schrijfstijl werkt het ergens toch. Veel wordt aan de verbeelding van de lezer overgelaten. Dat zet je aan het denken, maar het is misschien te veel. Fenrir is een reuzenwolf uit de Noordse mythologie. Ook dit boek moet m.i. - zoals wel vaker bij Haasse - als een (contemporaine) mythe worden gelezen. Dat maakt de zwakke plekken in het boek - de halfbroer weet veel meer van zelfs bijfiguren dan wat menselijkerwijs mogelijk is - wat beter te verklaren, maar iets meer uitwerking had geen kwaad gekund in dit toch wat raadselachtige werk.
Bijzonder verhaal over violiste die bij haar huis in de Ardennen een drietal wolven houdt. Haar zus en zwager wonen in hetzelfde huis maar hebben een hekel aan de wolven en willen het huis voor zichzelf. Nadat de zus een bijeenkomst voor een groep 'oudgermaanse heidenen' heeft georganiseerd lopen zaken uit de hand. Naast beide zussen logeert ook een man die zegt hun halfbroer te zijn in het huis. Hij is erg bazig. Bij de violiste spreekt hij kwaad over de evt nazi-ideeen bij hun vader. Bij de zus en zwager probeert hij ze zover te krijgen om woningen voor asielzoekers te gaan bouwen. Het verhaal wordt telkens vanuit andere gezichtspunten verteld waardoor het beeld breder wordt maar er tegelijk verschillende 'waarheden' zijn
Verhaal over een familie vol geheimen, liefde voor wolven en noordse legenden. Het gegeven is zeker interessant en met wat meer uitwerking zou het denk ik een heel mooi boek kunnen zijn. Maar nu voelt het onaf, onvoldoende uitgewerkt. Ik heb geen bezwaar tegen losse eindjes in een boek, waar je je eigen fantasie voor moet gebruiken, nog even over blijft denken, maar dit boek bestaat vooral uit een aanzet en vervolgens alleen maar losse einden. Daarnaast vind ik de stijl gekunsteld overkomen, door steeds af te wisselen tussen toneelachtige stukken, stukken in briefvorm en normaal geschreven stukken. Al met al niet het sterkste boek dat ik van Haasse gelezen heb.
Alles aan dit boek - behalve de wolven - had er in theorie voor moeten zorgen dat dit niet een boek voor mij zou zijn geweest. Maar ik vond het stiekem een heel goed boek. Er wordt een boel open gelaten maar ik hou wel van blijvende mysteries, zo gaat dat immers soms gewoon, je leert mensen kennen, komt in bepaalde situaties terecht, probeert bepaalde vraagstukken op te lossen, maar dat gebeurt gewoon niet altijd. Soms blijven bepaalde aspecten precies buiten je blikveld. Het boek was ontzettend kort voor de inhoud, maar niet op een gehaaste manier, en ik vond het op drie verschillende manieren vertellen ook heel interessant.
This entire review has been hidden because of spoilers.
Ik heb echt genoten van dit boek te lezen. Niet enkel leer je wat bij over de mythologie van het hoge noorden en straalt de schrijfstijl enige vorm van eruditie uit, ook sprak het verhaal me aan. Soms nogal onduidelijk weergegeven, maar dat wordt dan weer met de bijna komische woordkeuzes van mevrouw Haasse goed gemaakt. Een aanrader voor wie nog niet heeft uitgemaakt wat zijn/haar volgende boek zal zijn. Ik ben het ook beginnen lezen zonder het te plannen, en dat bleek een aangename ervaring te zijn!
Een dun boek met een enorm verhaal. Ik denk als het 100 pagina's dikker was geweest dat het verhaal beter tot zijn recht was gekomen. Het is spannend, maar het gaat allemaal net iets te snel voor mij.
Non mi è piaciuto perché manca una fine degna di questo nome. Sono stati tirati in ballo tanti personaggi, aggiunta tanta carne al fuoco ma, alla fin fine, l'autrice ha scelto di non concludere la storia. E mi viene il sospetto che sia solo un trucco usato quando non si sa proprio come finire la storia. Anche se poi si inventano motivi letterario-filosofici come «Tanto la verità non si può mai conoscere!». Grazie tante!
Si tirano in ballo pianiste olandesi, violinisti ebrei che han fatto una brutta fine, culti neopagani, richiedenti asilo, misteriose notti in cui strani personaggi si vestono da animali, il culto delle razza, i nazisti, i lupi e il loro habitat, un omicidio irrisolto, un fratellastro che forse è vero e forse no, un lupo straniero che non dovrebbe essere là… E tutto questo viene lasciato aperto!
Il modo in cui la storia viene raccontata, però, non mi dispiace: ci sono lettere, diari, testi simil-teatrali ed è un modo di raccontare che mi piace.
Proverò a leggere qualcos'altro di Hella Haasse. M'ispira L'amico perduto. Poi vedremo!
In eerste instantie lijkt het verhaal gericht te zijn op de verstoorde familieverhoudingen, maar deze verhoudingen hebben diepere lagen van betekenis. Deze diepere lagen van rassenleer, nazisme, muziek en natuurlijk wolven in de westerse cultuur maken het boek spannend om te lezen. Ook de het taalgebruik is prettig om te lezen. Binnen een ogenblik waan je jezelf in de Ardennen, tussen de bomen met alleen de complexe karakters om je heen. Toch laat het verhaal mij niet helemaal voldaan achter. Dat iedereen hun eigen interpretaties heeft van de werkelijkheid is logisch aan toe, maar het blijft jammer dat je ook als lezer niet weet wat er echt gebeurd is. Elk moment dat ik dacht goed grip te hebben op het verhaal, kwam er een nieuw korreltje informatie die alles weer overhoop haalde. Aan de ene kant houdt dit het verhaal spannend, maar aan de andere kant maakte dat het moeilijk om goed geïnvesteerd te zijn.
Ter conclusie, dit is een prima boek om te lezen. Het is binnen de kortste keren uit. Maar ik merk dat ik het verhaal niet speciaal genoeg vond om er uitgebreid nog over na te denken. Daarom krijgt dit boek 3 sterren, oké maar niet bijzonder.
Che un libro come questo posso essere stato scritto ai principi del XXI secolo è il vero miracolo di questo tempo. Una scrittura limpida, precisa, evocativa in ogni sua parola. Un misto impeccabile di stili narrativi (lettere, parentesi teatrali, tradizionale terza persona) formano il cuore di un testo che fa del dubbio e della riflessione sul male i suoi temi forti. La pianista Edith Waldschäde possiede tre lupi e Breidablick, la tenuta ereditata dal padre antropologo. Sorpresa dalla notizia che i suoi amati animali sono fuggiti durante una rievocazione neopagana organizzata dalla sorella, rientra a casa, solo per scoprirvi un nuovo, indesiderato ospite: Erwin Waldschäde, figlio di primo letto del loro padre in comune. Che cosa vuole Erwin? Dove sono finiti i lupi? E perché proprio ora questo fratello giunge ad insinuare che il vecchio Waldschäde fosse un teorico della razza? In un intreccio sempre più complesso tutti i personaggi si scoprono uniti da legami che sono loro tenuti nascosti e che continuano a complicare una vicenda al termine della quale solo una domanda resta al lettore: Fenrir - il lupo malvagio del Rägnarok - è mai davvero stato domato?
Dit boek heb ik willekeurig uitgekozen, maar ik heb heel blij dat ik het heb gedaan. Het plot was niet altijd even duidelijk, maar de sfeer en stijl van het boek vond ik top. De omgeving en personages deed mij denken aan iets uit de gotische genre.
Het is mysterieus door de afgelegen woning, het bos vol mist en een vreemde bijeenkomst van mensen met foute bedoelingen. De personages kunnen elkaar niet uitstaan en hebben geheimen voor elkaar. Het boek heeft ook wat symbolisme en een boodschap over het misbruik van symbolisme, maar ook extreemrechtse ideologieën. Er is ook een journalist op onderzoek en de wolf wordt in dit boek centraal gezet aan de hand van een mix van mythe en wetenschap over het dier.
De schrijfstijl is niet altijd even vlot, maar wel aangenaam om te lezen. Ik zou andere boeken van deze auteur zeker een kans geven, als ik ze tegenkom.
Ho scelto di leggere questo libro perché particolarmente attratta dalla trama e dall'ambientazione nordica. Doveva essere un testo ricco di suspense e di colpi di scena, invece è scarno, in alcuni punti quasi più vicino ad un testo teatrale (non che questo sia un male, ma certe cose le devi anche saper scrivere), senza né capo né coda. Sono sincera, alla fine non ho capito un tubo. L'unica nota positiva è la brevità.
Atmosfera cupa, misteriosa, intrigante, che non colpisce direttamente il lettore ma che si insinua lentamente nella sua mente. Tantissimi i riferimenti e le correlazioni tra i personaggi: così tanti da aver la necessità di ritornare indietro di pagine a rileggere certi passaggi. Ottimo libro per chi ama storie del mistero, cupe, anche un po' noir.
Duister verhaal, hier en daar behoorlijk ongeloofwaardig en veel open eindjes. Er zitten veel te veel thema's in dit relatief dunne boekje. Hoewel reeds verschenen in 2000, nog verrassend actueel met thema's als asielproblematiek, extreem rechts en wolven die al dan niet afgeschoten dienen te worden.
Een mij tot nu toe onbekende roman van een van mijn favoriete Nederlandse schrijvers. Aardig spannend verhaal, zeker tegen het einde en natuurlijk (Hella Haasse!) goed geschreven. Eerlijk gezegd weet ik niet zo goed wat ik er inhoudelijk van vind. Nog een keer lezen dan maar.
Novella regarding a family drama spanning three generations. Good tension without becoming ponderous. Some resolution achieved with great economy, but - and this is the trick - there is no single final explanation of the events that drive the plot. I like me some Haasse!