De Nederlandse Sarlag is grotendeels in Mongolië opgegroeid en keert als studente terug naar Utrecht. Ze draagt een groot verdriet met zich mee, maar heeft veel talent om dat uit de weg te gaan. Tijdens de lange dagen die ze maakt op haar werk op de koel-vriesafdeling van de supermarkt, boetseert ze half gesmolten vriesproducten tot vleesbeeldjes en kalmeert ze zichzelf door haar favoriete feiten op te noemen. Gaandeweg wordt duidelijk wat er gebeurd is in haar gezin, maar ondertussen heeft het onverwerkte verdriet zich al vastgezet in Sarlags lichaam envindt er een absurde metamorfose plaats. Een soort eelt is een verrassende en indringende roman over hoe rouw zich onomkeerbaar in je lichaam kan nestelen.
Dit is honderdmaal beter dan de genomineerde boeken voor de Libris Literatuurprijs van 2024.
Heb ik uw aandacht? Mooi! Want wat een fántastische roman vond ik dit, en dan ook nog een debuut! Diepe buiging voor theatermaker en schrijver Rinske Bouwman die het onderwerp 'rouw' op zeer originele wijze vertaalt naar misschien wel een Mongools volksverhaal (dat zie ik er in, maar het is niet gezegd dat het ook zo is, of zo bedoeld is) zoals de volksverhalen die in dit boek verteld worden.
Daarnaast vind ik het ontzettend knap van de auteur dat ik alles wat ze me voorschotelt geloof. Ik bedoel daarmee dat ik bv. geloof dat de vibe rondom protagoniste Sarlag een Mongoolse vibe is, terwijl ik dat natuurlijk niet kan weten, ik was nooit in Mongolië, en ik ken ook niemand die er vandaan komt. Het kan bijna niet anders of Bouwman is er zelf wel geweest, en heeft er veel affiniteit mee.
Bouwman is nooit aanmatigend, niet op inhoud en niet op vorm, wat een verademing is in de Nederlandse literatuur, en toont zich een begenadigd verhalenverteller. In meerdere publicaties zie ik dat deze roman getypeerd wordt als 'tragikomisch', dat zie ik echt totaal niet. Ergens las ik in een recensie de vergelijking met Kafka's 'De gedaanteverwisseling' maar die vergelijking vind ik persoonlijk totaal niet adequaat. De associatie met een verhaal uit Ovidius' 'Metamorphoses' dringt zich veel meer aan me op. De lezer is de betekenisverlener, en bij dit boek gaat dat al helemaal op want er wordt wel van de lezer gevraagd mee te gaan in Sarlags belevingswereld.
Afsluitend een leuk detail: Bouwman had een bepaalde boekcover in gedachten maar zo'n afbeelding was er niet, dus schilderde ze zelf de jak die we op de omslag zien. Lees dit boek!
Oooh wat een fantastisch boek! Zo komisch, zo verdrietig, zo absurd en origineel en knap en sprookjesachtig en bovenal: zo raak! Het weglopen, vermijden, niet onder ogen komen, erachter komen dat het je goed afgaat totdat de realiteit je keihard met de feiten confronteert. Ik lees zo weinig over de rouw die bij deze familiebanden hoort en wat is dat verfrissend zeg. Misschien dat het me daardoor veel meer deed maar ook de hele sfeer binnen de familie en in Mongolië en het studentenleven in Utrecht, alles bij elkaar maakte dat ik het boek maar niet weg wilde leggen! Heel fijn mijn reis van Antwerpen naar Utrecht mee besteed. En oooh die opsommingen van de mooie dingen in het leven en de prachtige rake zinnen <3 Nu zin om met een jak te knuffelen en ‘s nachts hoop ik mijn zus weer in mijn droom tegen te komen.
“Kom, dan bepraten we het, heus niet vaak, zo zijn we nou ook weer niet. We praten het niet lam, we gebruiken woorden als we ze voelen opborrelen in onze kelen. En als we niks voelen maar de ander praat, dan zetten we onszelf tijdelijk opzij en blijken we er achteraf toch zelf ook wat aan te hebben. We rouwen trots. We gaan dit niet voor onszelf houden, ook niet een klein gedeelte, want dan zouden anderen het gevoel kunnen hebben dat ze het nooit helemaal kunnen beseffen: dat ze nooit kunnen beginnen met eraan mogen denken, laat staan verwerken. Dat zou op zijn minst oneerlijk zijn.”
ook zo mooi: je moet hardop kapot om gelijmd te kunnen worden en ik wil mijn ogen dicht kunnen doen en weten dat iemand vlak bij mij haar ogen open heeft en bovenal mijn favoriete product uit de diepvries was de vegan kaaskroket
Een bijzonder debuut, wat ik meer ging waarderen naarmate ik er langer over nadacht. Het lezen zelf vond ik namelijk moeilijk, het viel mij zwaar, maar dat had ook alles met het zware thema te maken, namelijk rouw. "Het was de schuld van niemand maar niemand sprak dat hardop uit, en daardoor voelde iedereen zich een beetje schuldig.'' Vervolgens het weg willen duwen van verlies, weglopen van je omgeving, jezelf straffen, vorm proberen te geven aan, tja, aan wat? En eigenlijk je ooit eigen voorspelling uit te laten komen. " Of misschien werd ik ook wel een klein jakje, dacht ik. Dan kon ik met mijn jakbroertje spelen en even hard rennen." Heel mooi
This entire review has been hidden because of spoilers.
De geur van een tankstation onderweg op vakantie Wanneer een taart goed gelukt is en je deze aan je vrienden laat zien Alle keren dat je op een terras zit en vrienden langsfietsen, kort stil staan en nog voor het aandringen erbij komen zitten Je kamer opruimen en schoonmaken en dan vanaf de gang binnenkomen om het verschil te ervaren Onder een luifel staan als het regent Een scene regisseren en voelen dat het werkt, echt iets voelen bij dat wat je maakt en niet weten waar dat nou aan ligt Zo lang bij Martje zitten dat de bijtjes je aanwezigheid niet meer doorhebben of zich er gewoon niets van aantrekken Het gevoel hebben dat je in Zuid-Frankrijk bent terwijl je je eigenlijk heel veel minder ver van huis bevindt Hoofdkriebels krijgen Met je hoofd op iemands borst liggen en hun hart horen bonzen Afgekoeld zand tussen je tenen na een warme dag aan het water te hebben gelegen Chocolade mouse Het brandende gevoel van een boek door willen lezen terwijl er tranen in je ogen ophopen
Wat een fijne debuutroman met een heel eigen, magisch-realistische sfeer. De hoofdpersoon Sarlag is opgegroeid in Mongolië en nu terug in haar geboorteland, Nederland, waar ze een minor volgt in Utrecht en werkt op de koel-vriesafdeling van een supermarkt. Het boek heeft een absurdistische sfeer waarin je direct wordt meegezogen en het voelt allemaal vanzelfsprekend als er opeens onverklaarbare dingen beginnen te gebeuren. Zoals dat er steeds meer lange witte haren uit Sarlags lichaam groeien, die ze zo lang mogelijk probeert te verbergen door rond te lopen in een eenhoorn-onesie. Haar vriend/collega van de kaasafdeling Kalle vraagt haar steeds naar haar verleden en Mongolië, maar daar wil ze niet over praten. Door de hoofdstukken over haar jeugd kom je erachter dat Sarlag een groot verdriet meedraagt dat ze niet kan uiten.
Ik vond de twee werelden die Bouwman oproept heel intrigerend. Bijzonder om eens te lezen over Mongolië; het leven in een ger, met gedomesticeerde jaks, de meren en vulkanen en fascinerende volksverhalen kwamen echt tot leven. Steeds wordt dit afgewisseld met de wat harde, bevreemdende setting van het heden en dat contrast werkt heel goed.
Vooral de eerste helft à drie kwart van het verhaal vond ik sterk. Ik vond het jammer dat tegen het einde de boodschap wat te veel wordt uitgelegd, terwijl de kracht van het boek juist ligt in al het mysterieuze, in het idee dat de lezer daar zelf betekenis aan moet geven. Toch deed dit ook niet écht af aan hoe mooi ik het boekje uiteindelijk vond. Echt een goed geschreven, ontroerende en originele uitwerking van thema’s als familie, cultuurverschillen en de omgang met rouw en emoties.
geweldig debuut. eindelijk eens écht wat nieuws!!!!
een krankzinnige opstapeling van gebeurtenissen die door de schrijnende menselijkheid van de personages eigenlijk lang niet zo ongeloofwaardig aanvoelen. in de woorden van de protagonist zelf: natúúrlijk gebeurt dit.
het onderscheid tussen realiteit en illusie vervaagt langzaam, maar dat is ook precies het punt. de twee gaan hand in hand, tuimelen over elkaar heen en bekrachtigen elkander. jouw illusie kan mijn realiteit zijn en andersom net zo goed.
ik moet het verder nog even laten bezinken, maar voor nu: lees dit boek als je houdt van volksverhalen, lijstjes, oost-azië (of utrecht), trauma's onbesproken laten, eenhoornonesies en gregor samsa.
Goed geschreven, origineel boek over een metamorfose. Heel beeldend geschreven. Het boek roept allerlei emoties op walging, meeleven, vrolijkheid, treurnis en dat allemaal in een compact boek!
Als je alle vragen die in je opkwamen aan jezelf stelde en je er geen enkele kon beantwoorden, dan moest je met je hoofd onder koud water, of een bal koppen. (61)
Een lekkere roman. Gaat over de zesentwintigjarige Sarlag die op de koel-vriesafdeling werkt van de Dirk in Utrecht-West. Ze laat graag het vlees ontdooien om er bijzondere vormpjes van te maken en het dan weer in te vriezen. Ze krijgt ook haar op rare plekken en een relatie met Kalle van de kaasafdeling. Ze heeft bijna haar hele leven in Mongolië gewoond en daar zijn dingen gebeurd waardoor ze nu dit gedrag vertoont en haar op rare plekken krijgt. Bouwman is iemand die heel goed kan kijken en dat is fijn want dan denk je steeds: o ja, dat doen mensen. Naar het einde van het verhaal werd naar mijn smaak te vaak expliciet gemaakt hoe we alle verwikkelingen moesten interpreteren. Daardoor werd het van een fijn absurdistisch verhaal meer het zoveelste verhaal van deze tijd dat op een traumaplot drijft.
Ik was toch ver weg. Ik was het verste weg ooit. Ik dacht na over of ik het goed deed, ver weg zijn. Ik vond van niet, ik lag wakker in een kamer van driehonderdvijftig euro exclusief internet en ik had al heel lang geen college meer bijgewoond en ik had bijna geen nieuwe mensen ontmoet, en ik had Kalle nog helemaal niet gesteund bij iets en ik had geen groeimogelijkheden in de supermarkt want Joeri was waarschijnlijk toch nog best jong, en het was me niet gelukt om zes jaar in te halen en volwassen te worden of iets in die geest, en ik had ook nog een vacht en een bochel en klomptenen en klompvingers en twee tumoren van keratine op mijn hoofd. Op een gegeven moment viel ik in slaap, maar ik wist niet precies waarom. (167)
"Alles wat ik deed, was om bezig te zijn, maar daar denk ik niet aan. Alles wat ik deed, was het uitstellen van nadenken, maar daar denk ik niet aan. Alles wat ik deed, hielp iedereen misschien maar een heel klein beetje, of werkte misschien zelfs averechts, maar daar denk ik niet aan. Of nee, ik was gelukkig en dat voelde slecht. Of was ik ongelukkig en dat voelde goed?"
In Rinske Bouwman's debuut volgen we Sarlag, een jonge vrouw die opgroeide in Mongolië tussen de jaks, en nu naast haar studie werkzaam is op de vriesafdeling van de Dirk. Terwijl ze haar dagen slijt tussen de diepvriesproducten voel je dat Sarlag een diep verdriet met zich meedraagt, waar ze absoluut niet over wil praten of nadenken. Maar ondertussen beginnen haar vingers te vervormen en groeien er overal lange witte haren uit haar lijf. Het verdriet wil Sarlag's lichaam uit, en het is maar de vraag of ze zich tegen die transformatie wilt verzetten.
Een eigenzinnige roman over rouw, heimwee en jezelf altijd meenemen, waar je ook naartoe vlucht reist. Ik vond het verhaal het sterkt waarin we lezen over Sarlag's jeugd in Mongolië en Bouwman's reflecties op het rouwproces, hoe verdriet je geest kan laten stilstaan terwijl je lichaam door wilt met groeien. De surrealistische plotlijn rondom Sarlag's transformatie was echter te absurd voor mij, en ik vond het jammer dat de liefdevolle band/relatie tussen Sarlag en Kalle niet verder werd uitgewerkt. 3 sterren.
Echt een heel coole roman. Superraar, macaber, verdrietig, interessant. De landschappen in Mongolië worden mooi omschreven en de contrasten met de studentenkamer of de supermarkt waar Sarlag werkt worden goed aangedikt. Sarlag is opgegroeid in Mongolië tussen de jakken en geiten en de sprookjesvertellingen van haar vader. Zo is er het sprookje van een man die belooft zijn duimen af te snijden als hij niet 6 van de 7 zonnen kan neerschieten, en zijn paard dat belooft zijn benen af te snijden als het niet lukt. Of Sarlag, die belooft in een jak te veranderen als er ooit iets met haar broertje Yul gebeurt. Op haar 26e, na een traumatische gebeurtenis die ze probeert te vergeten, reist ze naar Nederland om daar haar studie af te maken. Ze krijgt een bijbaantje in het koel- en vriesvak van de supermarkt omdat ze kou toch al gewend is. De hoofdstukken tussen haar jeugd en het nu wisselen zich af. De echte en neppe gebeurtenissen ook. Ze maakt blijkbaar allerlei verpakkingen in het vriesvak open en gaat ermee kleien tot ze een soort begraafplaats van stukken vlees heeft, is dit echt? Ook maakt ze allerlei pakken melk en vla open en giet die over de vloer waardoor de supermarkt overstroomt, is dit echt? Het is echt zo goed en vreemd beschreven allemaal, ik kan me niet anders voorstellen dan dat dit is wat rouw met haar doet. Echt een coole roman met een heel verrassend en Kafkaësk einde ;).
Wat mij direct opviel aan Een soort eelt is de originele invalshoek en de eigen stem van Rinske Bouwman. Ze weet op een bijzondere manier het alledaagse te laten wringen, zonder dat het zwaar of gekunsteld wordt. Het ongemak, de afstand tussen mensen, de worsteling met verwachtingen – het wordt allemaal met subtiele, soms zelfs droogkomische precisie beschreven. De stijl is trefzeker en verfrissend: niet overdadig, maar juist suggestief. Bouwman schrijft alsof ze precies weet hoeveel ze moet zeggen om de rest in stilte te laten resoneren. Dat maakt dat het boek onder je huid kruipt. Sommige scènes of zinnen bleven bij mij hangen zonder dat ik precies kon uitleggen waarom – en dat bedoel ik als een compliment. Niet elk hoofdstuk of personage pakte me even sterk, en op momenten had het tempo voor mij iets hoger gemogen. Maar dat deed weinig af aan de kracht van het geheel. Ik waardeer vooral de originaliteit waarmee Bouwman schrijft – het voelt als iets nieuws, iets eigens. Al met al geef ik Een soort eelt vier sterren. Een opvallend debuut dat me nieuwsgierig maakt naar wat Bouwman hierna zal schrijven
“Ik was vooruitgaan verleerd. Ik wist niet meer hoe ik moest groeien. En dus groeide ik niet, maar mijn lijf wel. En dat schuurt, dus vergroeide het, ging het scheef staan. Ik wilde door, maar als je te snel door wilt na zo lang stilstaan, ga je stappen overslaan: doorgaan werd weggaan, weggaan werd verdwijnen. En nu wilde ik wel beginnen, maar kon ik het niet meer. Je moet hardop kapot gaan om gelijmd te kunnen worden, en nu was het te laat.”
Tijdje geleden dat ik zo’n mooi debuut heb gelezen. Er wordt op een bijzondere manier verteld over rouwen en hoe dit iemand kan vormen en vooral vervormen. En ik heb een nieuwe intresse voor Mongools sprookjes en alle verhalen die Rinske Bouwman als verhalenverteller nog op papier zal gaan zetten. Wat is Nederlands toch een mooie taal.
Heel goed debuut. Hoewel je vanaf het begin al wel snapt wat er aan het gebeuren is, doet dat verder geen afbreuk aan de roman. Mooie structuur, goede spanningsboog en leuke, fantasierijke scènes.
De Nederlandse Sarlag groeit op in Mongolië en keert als student terug in Nederland. Als bijbaantje werkt ze in de koel-vriesafdeling van een supermarkt, want “ze is toch al gewend aan de kou”. Mooie en tragische jeugdherinneringen wisselen elkaar af in een werkomgeving waarvan zij de zinvolle betekenis op ironische wijze probeert te ontdekken. Hoe kun je rouw, flitsende verbeelding en licht absurdisme tot één geheel boetseren? Rinske Bouwman doet het!
Net dit boek dichtgeklapt omdat ik hem heel graag nog uit wilde lezen voor het slapengaan, en wat een gruwelijk goed boek. Ik ga deze review even aanpassen later als ik meer tijd heb gehad om na te denken want mn ogen vallen dicht, maar zó blij dat ik dit heb gelezen. Het was een wild ride en ik had echt geen idee waar ik aan begon toen ik dit boek opensloeg. Mn huisgenoot (shoutout) had dit gelezen en ik wilde een snel te lezen boek dus toen maar dit. Het heeft me enorm positief verrast. Waar je aan het begin van het boek denkt te maken te hebben met een gemiddelde coming of age roman, ontvouwt het zich gaandeweg tot magisch realistisch boek wat de lijn tussen illusies en realiteit het raam uitdondert. Over hoe rouw, verdriet, weglopen van jezelf en de realiteit je kunnen opvreten an binnenuit en transformatie. Het staat bomvol mooi beschreven volksverhalen en landschappen, die dan weer heel goed in contrast worden gezet met de Dirk in Kanaleneiland niet ver hier (shoutout). Poëtische zinnen, metaforen en aangrijpende macabere situaties, concepten .... (Hier voeg ik later nog wel voorbeelden bij over vlaflips en vleeskleien). Soms zinnetjes die ik nét een beetje cringe vond waarvan ik dacht: zonde. Verder echt heel goed. Misschien is het omdat ik zelf nu in een gekke rouwperiode zit na veel verlies op elkaar gestapeld en dat dit als een schrikbeeld dient, ik wil geen jak worden. Écht een banger van een boek.
This entire review has been hidden because of spoilers.
Heel bijzondere leeservaring. Zo eentje waarvan ik niet goed weet hoe ik het nu moet beschrijven en dat zijn echt de beste verhalen.
Een verhaal waar je leert dat rouw een deel van je zijn kan worden, dat rouw je een stuk gaat vormen, het kronkelt in je zijn en kronkelt om je heen. Hoe het je eigenlijk nooit meer loslaat maar moet dat ook, dat rouw je loslaat? Nee denk ik dan.
De verschillende culturen zijn ook duidelijk merkbaar en de auteur verweeft het heel mooi doorheen het verhaal. De westerse nuchtere - soms ontnuchterende - houding en de vertelling van haar vader in haar geboorteland waar er veel meer ruimte is voor ander ervaringen.
Trauma en/of rouw moeten niet alleen maar negatieve gevolgen hebben. Geluk, verdriet, ze wandelen, soms zelfs wondermooi, hand in hand en dat is hoe ik dit boek ervaren heb. Dit is hoe ik dit boek gelezen heb. Dat is ook het mooie aan dit boek, elke lezer gaat een heel andere ervaring en interpretatie hebben valt dit verhaal.
Ik gaf hem een kus en zei dat het prima ging, dat ik alleen even moest plassen en of hij me dat even in alle rust kon laten doen. Hij liet me los, waardoor ik wankelde. Het contrast tussen de mensenmassa en alleen op de wc zitten was te groot, merkte ik. Ik bleef wankelen terwijl ik daar zat, besefte toen hoe dronken ik eigenlijk was. Nu ik alleen was, kon ik me tot mezelf verhouden. [...] Als een haan kraait, maakt hij zichzelf tijdelijk doof, zodat hij zijn eigen gehoor niet kan beschadigen. Dat is was ik de hele tijd aan het doen was. Alleen af en toe, bijvoorbeeld als ik echt heel dronken was, werkte die bescherming niet.
" Toen werd ik de stille, de kluizenaar, de binnenstebuiten gekeerde pluchen emotieknuffel. Ik was vooruitgaan verleerd. Ik wist niet meer hoe ik moest groeien. En dus groeide ik niet, maar mijn lijf wel " .
In 1 ruk uitgelezen. Over wat rouw en weglopen van rouw met je doet.
" Maar nu niet, nu rouwen we en die rouw bestaat uit wachten, en zodra het wachten over is kunnen we aan onszelf beginnen, en als dat behandeld is, drukken we weer op play"
Wat verdriet met je kan doen, hoe het je lijf uit wil, hoe je het ook negeert, hoe je lijf spreekt als je geest niet wil, Rinske Bouwman vertelt het op de meest sublieme manier. Het verhaal van Sarlag is magisch maar toch ook heel realistisch en neemt de lezer mee op een tocht die hij alleen maar kan herkennen.
Wauw, wat een intrigerend verhaal! Het is een boek over rouw, maar het is veel meer dan dat. Eerst en vooral vond ik het heel fijn dat het boek zich deels in Mongolië afspeelt. Het is een land waar ik eigenlijk niets over weet, dus ik vond het fijn om de cultuur en de gebruiken te leren kennen. Daarnaast is het een bijzonder boek omdat er een magisch, absurd randje aan het boek zit. Het was de perfecte metafoor om het verdriet van Sarlag weer te geven.
Ook is dit zo'n boek waar je met een markeerstift of een potlood in de aanslag kan lezen: er staan zoveel zinnen in die het onthouden waard zijn. Ondanks de vele mooie zinnen, las het boek heel vlot. Ik vond het echt een schot in de roos! Het is een boek dat me nog lang gaat bijblijven.
De 26-jarige Sarlag (spreek uit als: haarlak ‘maar dan met een s’) heeft in Een soort eelt van Rinske Bouwman de stoffige steppe van Hövsgöl in Mongolië verruild voor Utrecht. Ze woont in een studentenhuis, verdient bij als medewerker op de koel-vriesafdeling van de Dirk en doet een twijfelachtige minor aan de universiteit. Terwijl ze de klanten in stilte observeert, dwalen haar gedachten af naar haar Nederlandse ouders in Mongolië en de trouwe, witharige jakken in de vallei. In tegenstrijd met Sarlags beweegreden om in Nederland aan het toenemende verdriet van haar familie te ontsnappen, woedt er duizenden kilometers van huis een hardnekkige donkerte in haar die – letterlijk – steeds grotere proporties aanneemt.
Wil je mijn volledige recensie lezen? Ga dan naar elineschrijfthier.nl. ↖️🙋🏻♀️
Dit boek doet op precies de goede manier pijn, 4.5 ster. Meer boeken over vakkenvullers. Meer boeken over jakken. Meer boeken over stilstaan.
"Alles wat ik deed, was om bezig te zijn, maar daar denk ik niet aan. Alles wat ik deed, was het uitstellen van nadenken, maar daar denk ik niet aan. Alles wat ik deed, hielp iedereen misschien maar een heel klein beetje, of werkte misschien zelfs averechts, maar daar denk ik niet aan."
"Ik was vooruitgaan verleerd. Ik wist niet meer hoe ik moest groeien. En dus groeide ik niet, maar mijn lijf wel. En dat schuurt, dus vergroeide het, ging het scheef staan. Ik wilde door, maar als je te snel door wilt na zo lang stilstaan, ga je stappen overslaan: doorgaan werd weggaan, weggaan werd verdwijnen. En nu wilde ik wel beginnen, maar kon ik het niet meer. Je moet hardop kapot gaan om gelijmd te kunnen worden, en nu was het te laat."
Begin januari 2024 verscheen Een soort eelt, de debuutroman van theatermaker en schrijver Rinske Bouwman. Het boek werd meteen overladen met lovende kritieken en stond in dat jaar tevens op de shortlist voor de Anton Wachterprijs, een tweejaarlijkse prijs voor het beste schrijversdebuut. In haar werk, en dat gaat ook op voor het boek, is rouw over het algemeen het hoofdthema.
Sarlag is een jonge zesentwintig jarige vrouw die in Nederland geboren is, maar in Mongolië opgegroeid. Na een dramatisch voorval in haar familie besluit ze op een dag om voor haar studie naar Utrecht te vertrekken. Ze komt echter in een supermarkt terecht waar ze op de koel-vriesafdeling gaat werken. Om de tijd daar te verdrijven, maar ook om haar gedachten te ordenen, creëert ze van half-ontdooide diepvriesproducten allerlei figuurtjes.
Door het ongewone perspectief in de proloog vraagt de lezer zich af in welke richting de rest van het verhaal zich zal bewegen. Hij wordt in deze inleiding dus enigszins nieuwsgierig gemaakt. In de rest van de plot is dit eigenlijk niet anders, want protagonist Sarlag – een naam die bijzonder toepasselijk gekozen is – zorgt voor vraagtekens, maar is tegelijkertijd dermate intrigerend dat je wilt weten hoe ze in elkaar steekt, waarom ze zich gedraagt zoals ze doet en wat zich in haar verleden allemaal heeft afgespeeld. De auteur licht hierover stukje bij beetje steeds meer op, met name door de diverse flashbacks die meer inzicht geven in haar leven in Mongolië. Hierdoor kom je niet alleen te weten hoe ze daar opgroeide en wat ze er deed, maar ook hoe haar verstandhouding met haar familie en haar favoriete jak was.
Vanaf het allereerste moment heb je de indruk dat Sarlag niet weet wat ze met haar tijd aan moet. Ze verliest zichzelf in haar – soms filosofische – gedachten, doet allerlei dingen die een ‘normaal’ mens niet zou doen en lijkt regelmatig in haar eigen (fantasie)wereld te leven. De buitenwereld merkt hier echter niet zo heel erg veel van, want voor hen vertoont ze over het algemeen het gangbaar gewenste gedrag. Lange tijd is niet duidelijk waarom ze zich zo in zichzelf keert, maar ongeveer halverwege de plot vindt een voorval plaats wat daar de oorzaak van is en de impact die dit op Sarlag en haar familie heeft, is behoorlijk groot en ieder van hen gaat daar op zijn of haar eigen manier mee om. Je krijgt de indruk dat een verwijdering plaatsvindt, iets dat in soortgelijke omstandigheden in werkelijk ook geregeld voorkomt.
Bouwman heeft een ingetogen, maar zeer beeldende en invoelende schrijfstijl en dikwijls maakt ze gebruik van mooie zinnen en vergelijkingen. Een goed voorbeeld daarvan kondigt zich al erg snel aan: ‘Ze zullen wel altijd dorst hebben van het zoute traanvocht waarin ze wonen. Ze zijn drenkeling op zee en zijn irissen zijn zinkgaten waar waarschijnlijk zeemonsters wonen.’ Opvallend is dat het aantal dialogen erg beperkt is en als ze er zijn, zijn ze kort en bondig. Een hoog tempo heeft het verhaal niet, maar omdat het continu fascineert, is dit ook helemaal niet nodig. De bizarre wending die het bestaan van Sarlag op een bepaald ogenblik aanneemt, is zowel merkwaardige als boeiende.
Een soort eelt – een titel die voor meerderlei uitleg vatbaar is – houdt de lezer van begin tot eind bezig en laat zien dat iedereen anders met verdriet omgaat. Eén ding wordt aan het eind wel helder: het is goed om erover te praten, maar ook dat stilzwijgen uit schuldgevoel niet de juiste uiting van emotie is.
Toen ik Rinske Bouwman zag in VPRO Boeken was ik helemaal gefascineerd door haar én het verhaal van haar debuutroman Een soort van eelt. Het is zeker een aanrader om deze uitzending te herbekijken. Daar vertelde ze onder andere dat ze de prachtige cover van haar boek zelf geschilderd heeft: cool hé!? Ze kan dus goed schrijven én schilderen.
Haar toon is licht absurdistisch, donker én licht, meeslepend en ontroerend. De afwisseling tussen toen en nu, daar en hier, qua hoofdstukken maakt het verhaal nog beter. Ik blijf bewust vaag omdat ik niet te veel wil verklappen.
Verdriet, trauma, niet durven/kunnen praten, eenzaamheid, verbinding zoeken, wat is liefde, iemand echt zien, kwetsbaar zijn, houden van, Mongoolse verhalen, werken op de koelafdeling vaan een supermarkt, ‘the body keeps the score’,… zijn allemaal onderwerpen die belangrijk zijn in dit boek.
Soms zijn er geen woorden om iets te vertellen en door dan iets anders te schrijven zeg je het toch. Maar dan mooier, intenser. Het komt harder binnen. Zo schreef Rinske Bouwman haar debuut. Laat je raken.