Een briljant microbioloog ontmoet een mooie jonge vrouw. Ze is een overwinning op de tijd, maar zijn nakende ouderdom en het verval kan hij er niet mee afwenden. Hun huwelijk is een botsing tussen haar idealisme en zijn realisme – waar zij zich verbindt met het lijden van de ander, ontbeert hij volgens haar empathie. Maar als de controle over zijn bestaan hem ontglipt, leert ook hij de betekenis van pijn kennen.
In dit verhaal stelt Tommy Wieringa de vraag of je werkelijk kunt doordringen tot de pijn van een ander als je deze niet eerst zelf hebt gevoeld.
Tommy Wieringa (born 20 May 1967 in Goor, Overijssel) is a Dutch writer. He received the Ferdinand Bordewijk Prijs in 2006 for his novel Joe Speedboat.
Bardzo nie lubię takiej perspektywy w literaturze, a każda kolejna postać podstarzałego nieszczęśliwego mężczyzny w kryzysie denerwuje mnie coraz bardziej. Kompletnie niczego tu dla siebie nie znalazłem.
Verschrikkelijk. Slecht geschreven, en het tweede boek dat ik van Wieringa heb gelezen dat een seksistisch hoofdpersonage opvoert en geen fatsoenlijk vrouwelijk personage als tegenhanger kan opdragen. De vrouw in dit verhaal is geen mens van vlees en bloed, maar een mythisch wezen in het leven van de hoofdpersoon gekomen om alles beter en mooier te maken (jammer dat dit "ding" niet lijkt te werken, he?).
Ben er helemaal voor om een apart genre te maken met "guy lit", vol met verhalen over mannen met een mid-life crisis. Dan hoeven die boeken zich niet meer te verstoppen onder "literatuur". Kan dit boek gelijk tussen.
Веома бледо и неубедљиво. Ево, већ после двадесетак дана су ми избледели утисци... Ово је једна од оних књига које продаје актуелност теме, али које се прочитају за једно поподне и врло лако забораве. Слободно прескочити.
ten jeden moment, gdy wszystko poszło nie tak. Chwila zapomnienia, drobna miłostka, a świat wali się w gruzy. I nie wiadomo już, czy tak miało być, czy to niedopasowanie, zbyt duża różnica wieku i brak tematów do rozmów, czy ten skok w bok zmienił wszystko w ruiny dawnego życia. Fascynująca opowieść o gasnącej miłości i rozlatującym się człowieku.
La parabola discendente di un amore-lampo, con il suo lento ed inesorabile deflagrarsi, associato al morbo, che divora il corpo in tutte le sue sfaccettature. Romanzo breve affascinante, etereo e con occasionali schizzi di follia domestica. Efficace.
Tommy Wieringa is de nieuwe Kampioen van de Literatuur. Zijn Boekenweekgeschenk Een mooie jonge vrouw is de hemel in geprezen door de Volkskrant, NRC Handelsblad, het Parool, Tzum, Vrij Nederland en vele andere toonaangevende media. Zo veel unanieme lof maakte mij nieuwsgierig. En nogal wantrouwig. Ik besloot om dit werkje te fileren aan de hand van enkele basisregels voor het schrijverschap. Schrijven is immers een vak. Beheerst Wieringa zijn vak?
Basisregel nummer 1: de eerste zin van een verhaal dient de lezer bij de kloten te grijpen, te intrigeren, nieuwsgierig te maken. Helaas wond de eerste zin van deze novelle mij nou niet bepaald op, seksueel of anderszins: ‘Het is tijdverdrijf waarmee mannen en vrouwen elkaar tijdens etentjes vermaken, echtparen die elkaar nog niet zo goed kennen.’ Waarom koos Wieringa voor een komma in plaats van een dubbele punt, hetgeen veel duidelijker zou zijn geweest? Natuurlijk zou Wieringa hier een literaire bedoeling mee kunnen hebben. Het zou zelfs een kwestie van stijl kunnen zijn. Enfin. Het voordeel van de twijfel, en zo.
Onsympathieke personages De beginscène dient de argeloze lezer het verhaal in te sleuren. Welnu: tijdens een etentje met vrienden valt de vraag hoe Ruth en Edward elkaar hebben leren kennen. Nogal cliché. Niet erg spannend. Bovendien kwamen de personages niet erg sympathiek over (ook zo’n regel): Edward blijkt eigenlijk op Ruths kont te zijn gevallen, de conversatie is niet erg sprankelend, Ruth verbiedt haar man Edward om sprookjes te vertellen en niemand biedt aan om de gastvrouw te helpen. Later blijkt Edward een man in een midlife crisis te zijn, die niet alleen Ruth tijdens haar zwangerschap bedriegt met een nog jongere vrouw, maar in zijn functie als viroloog ook miljoenen dieren laat ruimen. Ruth blijkt een vegetarische hysterica te zijn die haar man wegstuurt omdat ze denkt dat hij de oorzaak is van het huilen van hun baby.
Perspectiefbreuken Op pagina 9 viel mijn mond even open. Wieringa pleegt hier een onvervalste perspectiefbreuk: het perspectief verschuift zonder waarschuwing van Edward en Ruth naar hun gastvrouw. Volgens alle schrijfhandboeken mag je heus wel van perspectief wisselen (zelfs zonder witregel), maar dat moet wel functioneel zijn. Dat is het hier niet. We komen alleen te weten dat Ruth en Edward vegetariërs zijn; informatie die later overduidelijk wordt. Dit is geen incident: Wieringa wisselt met name in het eerste deel van zijn werk zonder duidelijke reden tussen Edwards en Ruths perspectief. Op pagina 41 gebruikt hij zelfs een alwetend perspectief (als hij Ruths jongere broer beschrijft). Op pagina 47 is dit alwetend perspectief zelfs overduidelijk: ‘Daar laten we hen achter, te midden van hun geluk, aan de monding van de rivier die tweehonderdvijftig kilometer landinwaarts ontspringt.’ Wat is het nut hiervan? Wilde Wieringa misschien even laten zien dat de normale schrijfregels niet voor hem gelden?
Overbodige en onmogelijke adjectieven Al snel blijkt Wieringa’s voorkeur voor een overdaad aan bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden. Een schrijver moet altijd omzichtig omgaan met adjectieven, want die kleuren de beleving van je lezer, terwijl die zijn of haar eigen fantasie zou kunnen gebruiken. Wieringa slaagt er bovendien in om mij in verwarring te brengen: wat moet ik me voorstellen bij ‘ronde, bemoste oevers’? Zijn oevers niet meestal juist recht? En hoe zien ‘autoritaire kuiten’ er uit? Wat is ‘de nociceptieve keten van zoogdieren’? Wat moet ik me voorstellen bij ‘het borende licht van de vroege zon’? Wieringa maakt zich zelfs schuldig aan mooischrijverij: ‘Het groen had zich gesloten boven hun hoofden, door de bladerkronen schoten pijltjes prismatisch licht. Hij roeide geruisloos. Waar de roeispanen in het water verdwenen, ontstonden zijdeachtige kolkingen van zwart en zilver.’ Welnu, ‘geruisloos’ roeien is onmogelijk. Probeer het maar eens.
Verwarrende beeldspraak Wieringa is niet consequent in zijn beeldspraak. Hij beschrijft Ruth afwisselend als een ‘wezen dat ongeluk brengt voor wie haar gezang volgt (een sirene?)’, ‘een lichtvoetige, heidense godin’ en een ‘nimf’. Drie zeer verschillende wezens. Welke van de drie is het, Tommy? En wat bedoel je met ‘uitdrukkingsloos als fruit’? Hoe kan ‘zonlicht’ ‘op hun voeten liggen’? Zonlicht kan toch alleen stralen, schijnen, schitteren, branden, steken en strelen, maar niet ‘liggen’? En hoe kunnen woorden ‘op vlezige, plompe vleugels door de kamer flappen’?
Onduidelijke ellipsen Ook valt Wieringa’s voorkeur voor ellipsen op: ‘Hun lichamen, toegedekt door de groene schemering.’ Nou heb ik niets tegen ellipsen, maar dan moeten ze niet voor verwarring zorgen. Het ontbreken van een persoonsvorm doet mij in verwondering omzien: wat gebeurt er met hun lichamen? Liggen ze daar maar? Glanzen ze van het zweet? Ander voorbeeld, op dezelfde bladzijde: ‘Ze varen in het donker terug naar het watersportcentrum. Weilanden, houtwallen.’ Wat is er dan met die weilanden, houtwallen? Zijn ze vreemd van vorm? Zijn ze onzichtbaar? Nog meer voorbeelden: ‘Op tafel [staat?] wijn en [liggen?] sigaretten’; ‘De paden van turfstrooisel [kronkelen?] tussen de borders en pergola’s’; ‘De zenuwachtige urgentie [?]’; ‘[Zij is?] Een steil, onbuigzaam wezen. [Zij kent?] Geen genade, [zij volgt?] het ijzeren plan.’ Ik mis werkwoorden om deze zinnetjes duidelijkheid te geven. En ook stijlfiguren moeten hun nut hebben.
Onbegrijpelijke dialoog Dialoog moet natuurlijk en bovenal duidelijk zijn. Regel nummer zoveel. Maar ziehier een dialoog tussen Ruth en Edward, als ze voor het eerst geneukt hebben:
‘Ik heb eens gehoord,’ zegt hij, ‘dat kunstenaars […] naar hun werk kijken en denken dat ze de geschiedenis hebben overtroffen. Een gevoel van…bevrijding. En triomf.’ ‘Waarom zeg je dat?’ Hij grinnikt. ‘Bevrijding en triomf.’ Ze is even stil. ‘Nu, bedoel je?’ ‘Nu.’ ‘Leuke man,’ zegt ze. En, even later: ‘En de volgende stap?’ ‘Welke?’ ‘Dat het dus ook nooit meer beter zal worden dan dit?’
Niet alleen is dit een volledig onnatuurlijke dialoog, ik snap er ook nog eens niets van. Ligt dat aan mij?
Overige tekortkomingen Achter duidelijke vraagzinnen (pagina 16, 82 en 84) miste ik vraagtekens. Wieringa strooit ook nogal met beletseltekens, die op dit niveau not done zijn.
Onorigineel plot Oké, genoeg gezeur op woordniveau. Laten we het eens over het plot hebben: een oudere man versiert een jongere vrouw, maar dat wordt uiteindelijk zijn ondergang. Sinds De buskenblaser uit het jaar 1350 na Christus de dwaasheid van een relatie tussen een oudere man en een jonge vrouw aantoonde, is dit thema al duizenden keren herkauwd. Een enkele recensent wimpelt dit af door te schrijven dat ‘de tragiek juist in de voorspelbaarheid en lulligheid schuilt,’ maar zo makkelijk komt Wieringa er bij mij niet mee weg. Zijn plot was alleen te redden geweest als Ruth en Edward gelukkig samen waren geëindigd.
Ongeloofwaardige, naïeve personages Waarom zou de bloedmooie Ruth vallen op een veel te zware, bebaarde, veertien jaar oudere man die dierproeven doet (terwijl zij vegetariër is)? En waarom zou ze tijdens de eerste date al gelijk met hem neuken? Waarom beseft Edward in al zijn slimheid niet dat het leeftijdsverschil hen later zal opbreken? Hoe naïef kan je zijn door te denken dat een baby hun aanvankelijke geluk zal verlengen?
Titel Tenslotte nog de titel: die dekt de lading niet. Het verhaal gaat helemaal niet over een mooie, jonge vrouw, het gaat over een dwaas die met een jonge vrouw zijn jeugd probeert te rekken en daar – heel voorspelbaar – jammerlijk in faalt. Bovendien ontbeert de titel een komma.
Het Koningsliedgevoel Conclusie: ik kreeg een Koningsliedgevoel. Een kleine, zelfbenoemde elite (van recensenten) maakt ons wijs dat dit een geweldig boek is, terwijl het een inferieur, onorigineel, ongeloofwaardig product is dat ons door de strot wordt geduwd. Wellicht een krampachtige poging om de teloorgang van de uitgeverijen en boekhandels te stuiten? Nou, die is dus mislukt: ook tijdens deze Boekenweek zijn er weer minder boeken verkocht. De vraag resteert waar dat aan ligt.
Standardno odličan prevod sa holandskog Ivane Šćepanović, no ovo je jedna od onih knjiga o kojoj ne znam šta da mislim... pročitala sam je, ali ništa ne bih propustila i da je nisam pročitala... Dosta sam holandskih autora čitala, i volim njihovu književnost... no, jedina preporuka za ovu knjigu mi je odličan prevod... :)
Mocno odrzuca mnie ta fabuła, również z powodów osobistych, ale podejrzewam, że taki był zamysł. Dobre, sprawnie skonstruowane, niby trywialny temat, ale daje do myślenia. Jednak zbyt dawno nie miałam do czynienia z tego typu męskimi historiami i takimi męskimi bohaterami i chyba zdążyłam się już odzwyczaić. Drażnią mnie. Pierwsza myśl, która przyszła po lekturze: "Jako ludzie i jako ludzkość sami jesteśmy sobie winni." Bardzo krzepiące, zaiste.
Wieringa w krótkiej, skondensowanej formie opisuje romans i późniejsze małżeństwo starszego mężczyzny i młodszej kobiety. Niby nic takiego, utarty schemat, ale trudno z jakiegoś powodu nie czuć odrobiny sympatii do głównego bohatera, choć trzeba podkreślić, jest on egoistą i manipulantem. Byłoby wyżej niż 3 gwiazdki, ale czegoś mi brakło.
This has such a depth - I will need to think seriously about how to review it. More soon.
My View: This small book pacts a powerful punch – it is the kind of book that as you turn the last page you gasp in surprise and question “What? No more?” You want more…please….
On the surface this is a story that touches on a relationship in turmoil - but it is so much more. Wieringa poses so many questions, presents so any brilliant social observations in this sparse but beautifully evocative prose; identity – especially that of woman now mother is exquisitely explored. Scientific progress/experimentation and pain intersect succinctly. Relationships are displayed and prodded under a modern microscope depicting change.
The ending – yes I wanted more- not because I liked the protagonist – I disliked him immensely; his selfish manipulative ways, his pretentious mannerisms, his judgmental attitudes… but maybe because I could see some hint of self-awareness in his later life. The author has skilfully involved me in this man’s narrative.
I found parts of this novella deeply offensive, for example for following quote;
“In the car, Edward comforted himself with the thought that, unlike the narcissistic homos with their gym-buffed bodies who he had seen go to pieces during his years in Amsterdam, he was still alive”
The “narcissistic homos” that went “to pieces” were dying of AIDS. I found this reaction highly inappropriate. I don’t mind problematic characters if there is a context BUT I did not understand the protagonist’s unnecessary homophobia and racism that contributed nothing to the story or his relationships? We’re meant to feel sorry for this ageing man according to the reviews but they couldn’t be further from the truth. He is a horrible man that doesn’t deserve the beautiful love story he seeks.
Cenię sobie takie opisy rozpadu jednostki. Od człowieka sukcesu, światowej klasy naukowca ze znacznie młodszą partnerką po osobę przytłoczoną wiekiem, relacjami, rodziną i pracą.
Un racconto lungo o romanzo breve: perfetto compagno per un weekend in viaggio. L'autore ci porta per mano nei meandri di un rapporto di coppia: lui è un professore universitario ed esperto ricercatore di virologia internazionale che ha superato i 40 anni ma non ha ancora trovato un suo equilibrio al di fuori del lavoro; lei è una giovane esuberante e di bell'aspetto che entra all'improvviso nella sua vita sconvolgendone la routine.
Si scava nei meandri della relazione, dissezionandone i particolari e gli sviluppi come solo un ricercatore di microbiologia saprebbe fare. Potremmo definirlo la microbiologia di un rapporto a due.
Una piacevole lettura che invita a riflettere e che provoca emozioni contrastanti nel lettore.
De passages over de meetbaarheid van pijn, het verschil tussen lijden en pijn hebben en de vraag of je ooit kunt weten wat een ander voelt, zijn best sterk. Het verhaal zelf is dun, en het einde zou ontroerend zijn als de lezer zich meer met de hoofdpersoon verbonden had gevoeld. Maar Wieringa neemt te weinig tijd om empathie tot stand te brengen.
?🤔 Ik wilde hem een keer tussendoor (tussen mijn leeskringboeken door) lezen en stelde me er niet zoveel van voor, maar toch zeker een mooi en boeiend verhaal over een viroloog (best een aantal feiten die later terugkeerden bij de Covid-pandemie, boekje was uit 2014) en zijn veel jongere liefde: boeiender dan verwacht dus ;-) MW 2/5/23
"(...) a czymże jest przyzwyczajenie, jeśli nie przedsionkiem śmierci?". Proza życia bywa trywialna, a przez to tym bardziej bolesna. Nie potrafię określić dokładnie co i dlaczego, ale coś mi się w tej książce rozmyło.
Mimo tego, jest to kolejna warta poznania książka od Pauzy.
Krótka, w punkt, bez zbędnych dłużyzn. I świetna odtrutka od gromady książek o setkach stron zapisanych, ale bez głębi i treści. Polecam. Choć momentami nie jest łatwa.
There are some books that I love throughout. there are also some that I hate. I can even think of some that I wanted to dnf after the first chapter, but I came to like them in the second half. Nonetheless, author of this book did something extraordinary: intrigued me in the first half, then made me feel more and more disappointed with every page. The premise of the book is fascinating and I began reading it believing it would be deep, maybe philosophical take on everyday life of a couple with a quite big age gap. I thought it would be though to read at times, but I expected to see some highlights of the relationship as well. I mean, the first part of the book was kinda what I wanted it to be. Edward, the main character introduces readers to the moment he first saw Ruth, their first date, first kiss, first time, meeting her parents. Struggles with accomodating her youth with his maturity. What I found confusing is that I felt that he was more in love with her freshness and girlishness than with her as a person. However, looking at his subsequent choices, maybe that was the obejctive. Coming from a scientific background, I found it interesting how his job was introduced. I believe it was beneficial for the plot as well, as the morality of his professional choices influenced his marriage a lot. Such conflict made the characters more real, humanlike. And for that part of the book, strong four stars from me. However, since the introduction of Ruth's brother, I just couldn't get involved in the events. After reading the whole book, it is hard for me to recall how much I enjoyed its first chapters, as the consecutive ones bored me. The perspective of Edward was so overwhelming that there was hardly any room for the relationship. The lack of introduction of their problem in depth was frustrating for me, as they appeared out of the blue and I don't think the birth of Morris was the reason. I understand that it was an attempt to portrait middle-aged man's search for the purpose of life, however from my point of view, it turned out to be too cursory. Summing up, the book was good, at times very good. My rating comes mainly from the fact that I saw a lot of missed chances in this read. However, I am planning to read some of other Wieringa's works. As it was not a long story, I would reccomend others to read and make up their own opinion
De novelle van Tommy Wieringa die dezer dagen als boekenweekgeschenk over de toonbank gaat, heet ‘Een mooie jonge vrouw’. Dat mag best werken om lezers te lokken. Het gaat wel voornamelijk om de projectie van de man, wiens visie, althans gedachten, het vaakst het vertelperspectief vormen. De jonge vrouw, later echtgenote en moeder, is bepaald een krachtiger persoonlijkheid dan de vijftien jaar oudere man, later echtgenoot en vader. Zij heet Ruth Walta, hij heet Edward Landauer. Zij handelt, hij overdenkt. Zij instigeert, hij schikt zich. Zij is de mentale motor die hem tot roeien aanzet, en daarom beweegt de boot, de huwelijksboot zo u wilt. Wil zij een andere kant uit, waarin zij niet wil dat hij gaat, dan druipt hij af. Soms dacht ik dat zijn gezeglijkheid niet alleen een zwakte was van het personage, maar tevens van de novelle. Hij ziet wel al enige tijd aankomen hoe de verhoudingen zich in hoofdlijn zullen ontwikkelen, maar laat zich meevoeren. Enerzijds kan men daarin een kleine onevenwichtigheid schuil zien gaan; anderzijds vergroot het een beetje de tragiek, die zo cliché is omdat die zich zo vaak voordoet. De andere lijn in de novelle wordt gevormd door de beroepen die de partners hebben, elk met hun bijbehorende ideële denkwijzen: hij gaat voor het redden van de mensheid van vreselijke ziekten en dat mag wat pijn-lijden kosten; zij maakt van het bestrijden van armoede en pijn juist haar hoofddoel. Dat dit gaat wrikken, ook in hun onderlinge verstandhouding, is dan onontkoombaar. In het begin, naar aanleiding van Ruths uitspraak “Hij leek me wel leuk. Oud maar leuk” heet het nog: “Edward speelt pijn die echt is”. Als dan veel later het pijn-motief, met als katalysator hun zoon Morris, zich tegen hem keert, is de catharsis nabij. Het taalgebruik van Wieringa is helder en ‘glad’ als zijn hoofdhuid en zijn fraaie stemgeluid, dat iets fluweligs heeft. De auteur ziet kans weg te blijven van een melodramatische inslag. Ook dat is in deze context knap. JM
C'è una moglie giovane e bella, qui, ma è sufficiente una moglie giovane e bella a sentirsi felici? A non accorgersi dell'ombra della vecchiaia che si stende sulle nostre vite, a non sentire il dolore che permea la nostra routine?
Tommy Wieringa prova a rispondere a questi dilemmi esistenziali tratteggiando on poche pennellate l'immagine di una vita, la storia di un virologo affermato, il suo matrimonio con la ventenne Ruth, la nascita del figlio e il progressivo sgretolarsi delle sue certezze. Dalla penna di Wieringa esce un romanzo delicatissimo, un piccolo capolavoro, conciso e efficace - uno di quei libri che ci fanno sentire piccoli, che demoliscono il fragile castello di certezze costruito sulla nostra vita.
Il protagonista, Edward, è un medico, è un virologo - sbocciato nell'epoca dell'AIDS e poi splendente nell'epoca delle influenze aviarie. Eppure, di questo virologo, quello che emerge è la fredda lucidità del calcolo, del sacrificio per il bene superiori - così in contrasto con il veganesimo della moglie, interessata invece alla capacità di provare dolore di ogni essere vivente, anche dei più piccoli.
"Un filosofo morale forse obietterà che non si può togliere la vita a un solo uomo per salvarne altri cento, ma noi siamo qui per prendere delle decisioni, o sbaglio?"
Cosa sarà disposto a sacrificare, Edward, della sua stessa vita? Quanto sarà disposto a lasciar correre, prima di comprendere di aver perso di vista il quadro generale, prima di accorgersi quale distanza si sia insinuata tra lui e la sua famiglia? Cosa porterà, la vecchiaia, al cuore vecchio e vissuto di un medico incapace di curare se stesso?
È un romanzo breve, o un racconto lungo: una piccola perla di un centinaio di pagine disposte a farvi compagnia per una sera, a tenervi per mano mentre vi addentrate in una prosa pulita, essenziale e precisa - in una storia delicata, fragile tanto quanto una moglie giovane e bella.
Wat kan die Wieringa toch schrijven! In amper 94 bladzijden zien we Ed evolueren van een viriele veertiger tot een grienend hoopje ellende. ‘Het ging over die weeffout in zijn bestaan, zijn huwelijk. De voortdurende krenking die zijn leeftijd was. Zijn krakende knieën. De barsten die zonder aankondiging in zijn gezicht sprongen en hoe zelfs zijn hersenen uitzakten. De smet van de ouderdom. Zo verstond hij zijn huwelijk, als een tragische onevenwichtigheid. Een die niet kon worden hersteld.’ Het cliché van de midlife crisis is torenhoog (oudere man huwt veel jongere vrouw etcetera …), de afwikkeling voorspelbaar en onafwendbaar. Wieringa weet ze meedogenloos te vatten, soms in prachtige, soepele volzinnen, soms in korte observaties die snijden als een mes. ‘Er vergingen schepen in de stilte tussen hen.’ Overwegingen rondom pijn en lijden en hoe je die kan voelen (dieren hebben pijn, maar lijden zij?) en of je de pijn en het leed van anderen kan voelen beginnen gaandeweg een belangrijk onderdeel van Eds overpeinzingen te worden. Tijdens een college haalt hij een herinnering op aan een kip die hij als jongen van zestien uit deernis had ‘gered’. “’Er is iets gebeurd in de tussentijd… Iets onherroepelijks. Zo is dat helaas, dat naarmate we ouder worden … we een bepaald soort gevoeligheid verliezen… Onze receptoren stompen af. Vandaar dat de ouderdom niet te verdragen is, omdat je je soms opeens herinnert hoe het was om… een hart te hebben, een hart dat je in staat stelde tot grote, onbezonnen daden, om vervoerd te raken en je deel te voelen van het leven op aarde…’”
Het besef van de ‘anesthesia dolorosa’, de pijnlijke gevoelloosheid, doet hem uiteindelijk instorten.
Wat een vreselijk verhaal. Van enige romantiek is hier geen sprake: het is eerder een eenzijdige romance van een oude man voor een jonge vrouw, maar uiteindelijk wordt geen van de twee gelukkig.
In dit boekenweekgeschenk valt de 'oude' Edward (±50) voor Ruth (±30) en komt hij erachter dat zij hem niet gelukkig kan maken, want dat hoort hijzelf te doen. Dat kan Edward alleen niet, want hij is alleen geïnteresseerd in proefdieren en ziektekiemen en niet in staat zich in te leven in de gevoelens van zijn vrouw of andere mensen. Door het negeren van al die gevoelens wordt Edward steeds ongelukkiger, maar i.p.v. hier iets aan te doen gaat Edward vreemd met een nóg jongere vrouw dan Ruth. Want dat is blijkbaar dé oplossing voor alle mannelijke problemen: ervoor wegrennen.
Maar natuurlijk helpt vreemdgaan geen zier en eindigt Edward uiteindelijk als een zielig hoopje ellende in zijn hoorcollegezaal, huilend om een witte kip. Fijn voor je Edward, maar het is allemaal je eigen schuld. Ik heb nu al een aantal verhalen in 2016 gelezen met daarin slappe mannen (zie "De Eerste Foute Man" en de Fotograaf in "De Consequencies"), maar Edward staat vanaf nu op nummer 1.
Lezers, Goodreaders, fans van Wiering: Als jullie iets van Tommy Wieringa willen lezen, pak dat niet Een Mooie Jonge Vrouw, want het is verre van Wieringa's beste werk. Lees liever "Joe Speedboot" of "Dit zijn de Namen", maar laat dit kleine, slechte 'liefdesverhaal' lekker links liggen.
Als een veldheer verplaatst Tommy Wieringa zich door Nederland, strak in het pak, een brede glimlach voor menig fotografe en een wervende uitspraak over zijn nieuwste product. Terecht, zo blijkt, het Boekenweekgeschenk 2014 is een uitstekend gecomponeerde novelle waarin op meeslepende wijze de evolutionaire overbodigheid van de man wordt beschreven. Edward Landauer, succesvol viroloog en praktiserend single, stort zich in een relatie met de veertien jaar jongere Ruth. Ze trouwen, leven hun gelukkige leven en krijgen - met enige moeite - een zoon. Heel langzaam zakt Edward steeds dieper weg in het drijfzand van gevoelens dat vooral zijn leeftijd met zich meebrengt. Hij gaat vreemd met een nog jongere laboratoriummedewerkster en wordt door zijn vrouw op afstand van zijn kind gehouden: hij is de schepper van deze huilbaby. Wieringa verknoopt zijn verhaal fraai met belangwekkende zijwegen als proefdiergebruik en de plofkipindustrie. Juist het dierlijke in deze affaire is goed getroffen: Edward volgt zijn instinct en wordt uiteindelijk afgeschreven. Hij heeft iemand veroverd, heeft zich voortgeplant, heeft voorzieningen getroffen en trekt zich tenslotte terug in eenzaamheid.
This is an excellent translation for a very short novel. It is poignantly introspective of a man and his thoughts on first lust, love and then marriage to a younger woman. Eventually they have a much wanted child which proves then to be the catalyst for his unraveling. Edward is also a virologist and these sections detailing his research are an interesting aside to the relationship angle of the novel. I read this out in the sun in one sitting and being the author's sixth novel I will be searching out his back list.
Flat characters. Onsympathiek ook. Vreemde, onnatuurlijke dialogen. Gratuite seksscènes. Ongeloofwaardig verhaal. Voorspelbaar plot. Dun verhaaltje. Eén van de thema's van dit boek is: "lijden". Daar kan ik nu in ieder geval over meepraten.