Het is voor een dichter het hoogst haalbare: een gedicht dat leest alsof het altijd al heeft bestaan. Maar ook aan zulke, monumentale poëzie moet een hoop twijfel vooraf zijn gegaan. Die gedachte loopt als een rode draad door Moet het zo. In deze bundel verkent en bevraagt Daan Doesborgh de mogelijkheden van het gedicht.
Zijn zoektocht leidt de ene keer tot strakke gedichten en klassieke versvormen, de andere keer waaieren de verzen vrijelijk over de pagina. En ook in zijn thematiek laveert hij wat af: Waarom maken we zo moeizaam contact met de doden? Wat is het rouwproces van bijen? Wat heb je aan een gedicht als er oorlog wordt gevoerd over water? Wat voor twijfel zit er achter een zelfverzekerd gedicht?
Dode vrienden worden uitgeleide gedaan, dictators worden opgeknoopt, gedichten leggen hun eigen maker het vuur aan de schenen. Doesborgh dicht nu eens behoedzaam en bevragend, dan weer met de branie van een dichter die weet hoe goed hij het vak beheerst.
Verrukkelijke bundel: hoofd en (heel veel) hart, met liefde voor andermans poëzie en het alledaagse leven. Bewonderenswaardig zijn de gedichten over de dood, die op de een of andere manier licht aanvoelen, vol goede moed. Ik denk niet dat je per se een doorgewinterde poëzieliefhebber hoeft te zijn om geraakt te worden door Doesborghs gedichten, integendeel. Een van de beste bundels die ik de afgelopen jaren las.
Prachtige bundel, een van de mooiste nieuwe dichtwerken die ik afgelopen jaren las. Perfecte balans tussen rijm en vrij vers, waardoor de rijmmomenten kleine optilmomentjes worden. Mooie beeldspraak en schuwt de persoonlijke, emotionele thema's niet - gelukkig maar. Aanrader!
Een schitterende bundel waar ik de afgelopen maanden telkens een paar gedichten uit las. Genoten van de thematiek en de grote diversiteit aan verschillende dichtvormen.
4,5⭐️Wat een fijne bundel! Vier keer beluisterd in twee dagen: soms heerlijk in klanken wentelende, dan juist de woorden fluisterend, en al die onderlinge relaties heerlijk!
en wat er in je agenda gekrabbeld staat wordt een kruimel gebak die een kleine ronde vetvlek achterlaat, je veegt of je blaast en hop daar is de dag al leeg, en iemand komt met glazen en een parelende fles en
Het is verfrissend om vormvaste poëzie in een hedendaagse bundel te lezen. Daan Doesborgh houdt een ondergewaardeerde poëtica eigenhandig in leven. Niet al te gek doen: daar blinkt deze bundel in uit.
3.5 was fijn om even een heel ander type bundel & poëzie te lezen. en een aantal gedichten vond ik echt heel erg mooi. andere gedichten deden me niet zoveel, maar dat was meestal een kwestie van dit gedicht is niet zo voor mij, en minder 'dit vind ik geen goed gedicht om deze reden'. misschien dat ik ze op een ander moment mooier zou vinden.
Ik zoek in poëzie altijd naar zinnen of regels die als waarheden voelen, en dan geen natuurkundige of feitelijke waarheden maar gevoelswaarheden. Die vond ik in deze bundel gewoon niet zo. Dat vind ik vreemd want veel gedichten zijn erg gevoelig en gaan bijvoorbeeld over de dood. De belangrijkste reden is denk ik dat ik de gedichten niet particulier genoeg vond. Als ik me een publiek bij de gedichten voor moest stellen, dan was het vaak een grote zaal, maar ik vind die gedichten het mooist waarin het publiek uit slechts de spiegel lijkt te bestaan. Dat intieme creëer je ook door bijvoorbeeld één onderwerp heel erg uit te diepen en daardoor een eigen wereld te scheppen in een bundel. Moet het zo raakt echter allerlei thema's uit het leven aan en voelt daardoor soms meer als een verzameld werk van de afgelopen periode. Ik heb het idee dat dat in iets oudere poëzie heel gebruikelijk is, maar ik vind dat altijd weinig spannend.
Voorbeeld van waarom ik denk dat de bundel geschreven is met een groot publiek in het achterhoofd: de eerste regels van 'Dit is een troostend gedicht': 'Dat mag je zo niet zeggen, / omdat het dan niet meer zo is, / maar toch is dit een troostend gedicht.' Klinkt gevat en je moet bijna automatisch glimlachen omdat je als publiek wordt betrokken bij een "onhandige" actie van de dichter. Maar als ik ga nadenken over wat er staat snap ik het gewoon niet. Hoezo is iets niet meer troostend als je zegt dat het troostend is? Een geheim is geen geheim meer als je het doorvertelt, maar is troost geen troost meer als het is aangekondigd? Die gevoelswaarheid deel ik niet dan. En dat had ik net te vaak.
Na alles wat je was voor haar was je niet eens / Degene die haar vond ('Voor een oude vos', p.22)