De geneeskunde is van oudsher gebaseerd op de man, met vrouwen als een soort bijvangst, maar vrouwen zijn géén kleine mannen. In wetenschappelijk onderzoek blijven vrouwelijke patiënten ondanks de kennistoename schrikbarend ondervertegenwoordigd. Anno 2024 is bij artsen nog steeds geen volledige gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen als patiënt, ondanks groeiende feitenkennis over de verschillen. Ook de positie van vrouwelijke professionals is ondergeschikt en niet meer van deze tijd.
Cardioloog Angela Maas en auteur Els Quaegebeur onderzoeken deze gezondheidskloof: waar zitten de systeemfouten in de gezondheidszorg voor vrouwen? Wat zijn de misvattingen en (voor)oordelen en waarom blijven veel wezenlijke verschillen onderbelicht? Hoe kunnen we de huidige zorgcultuur snel vrouwvriendelijker maken?
Angela Maas (1956) is sinds 1988 cardioloog en een pionier in de zorg voor het vrouwenhart. Sinds 2012 werkt zij als hoogleraar cardiologie voor vrouwen in het Radboudumc te Nijmegen. Maas is een voorvechtster voor het vrouwvriendelijker maken van de cardiologie.
Ik twijfelde tussen 4 en 5 sterren. Wat een knap boek! Een aanrader voor alle vrouwen als bewapening van je eigen integriteit.
Ik vond vooral de hoofdstukken van Els Quaegebeur er vermakelijk om te lezen. Haar brutale manier van schrijven was er leuk. De informatie in de hoofdstukken van Angela Maas waren interessant, al soms wat herhalend, of te oppervlakking (bijvoorbeeld: “Er is veel misinformatie te vinden over de pil op TikTok” —> Uh, ja, wat dan?). Soms had ik het idee dat ze politiek in wilde sturen maar daar zelf net te weinig expertise op had. Alle gezondheidsfeitjes waren juist wel erg boeiend
Gek- en woestmakend. Een groot betoog wat het masculine in onze samenleving voor effect heeft op de behandeling van vrouwen maar zeker ook op de omgang in organisaties en samenleving. Reflecterend roept het ook vragen bij mezelf op. Hoe heb ik dat gedaan in mijn werkzame leven aks verpleegkundige en zorgbestuurder? Het is goed toegankelijk geschreven. Ik mis nog aandacht voor de rol van de raad van toezicht.