What do you think?
Rate this book


150 pages, Paperback
First published January 1, 1969
Ik probeerde mij voor te stellen hoe het was om meteen als jongen te worden geboren. Je zou je er niet over verbazen. Het zou vanzelfsprekend zijn dat het met je lichaam in orde was. Dat je kon voetballen, ’s avonds door de stad lopen en meisjes aanspreken, zwemmen op het jongensuur. Een beroep kiezen en in dat beroep doorwerken als je trouwde en kinderen kreeg. Dat je geen truttige dingen hoefde te doen zoals handwerken of tafeldekken. Dat je hoorde bij de mensen die wat presteerden in de wereld [...] en niet bij de onnozele helft die van hoog tot laag allemaal hetzelfde huishoudelijke werk moesten doen. Die zelf geen geld verdienden, die zich als pauwen moesten opdirken om de andere helft te behagen.
Was ik dankbaar dat Veendorp, te achterlijk en onbelangrijk om er bezettingstroepen of Hollandse beulsknechten te legeren, mijn leven redde? Was ik Oom en Tante erkentelijk voor hun opvatting van christenplicht: het in hun armoede gratis huisvesten van een jodenkind, stamgenoot van de moordenaars van Christus?