Scherpzinnige en persoonlijke observaties van de best ingevoerde misdaadjournalist in de Amsterdamse onderwereld
Al meer dan 25 jaar volgt Paul Vugts voor Het Parool de misdaad in onze hoofdstad en ver daarbuiten. Hij spreekt rechters, officieren van justitie, advocaten, politiemensen, ministers van Justitie en burgemeesters, criminelen, ouders van criminelen, slachtoffers, (kroon)getuigen, gevangenispersoneel en veel andere werkers in het veld. Hij volgt ze kritisch in hun doen en laten en doet dat vanuit zijn geheel eigen positie als misdaadjournalist. Zijn wapens: onafhankelijkheid en betrouwbaarheid.
Hij heeft grote kennis van zaken, maar nooit verliest hij de menselijke kant uit het oog. Hij doet menige ‘bekentenis’ over zijn eigen (Tilburgse) jeugd, heeft een zwak voor randfiguren en schrijft streng maar rechtvaardig over álle kanten van de misdaad.
Wat betreft de kritische blik valt het boek wat tegen. Je krijgt een overzicht van de vele missers die door het openbaar ministerie en de politie worden gemaakt bij het opstellen van dossiers en het behandelen van (kroon-)getuigen, maar zonder veel diepgang. Het boek heet "Misdaadjournalist" maar dat is in feite teveel eer. Een journalist is in staat om betere stukjes te produceren dan Paul Vugts. De term misdaadverslaggever zou beter passen bij de stukjes die dit werkje vormen, anekdotische verzameling en niet meer dan dat.