Cees Nooteboom (born Cornelis Johannes Jacobus Maria Nooteboom, 31 July 1933, in the Hague) is a Dutch author. He has won the Prijs der Nederlandse Letteren, the P.C. Hooft Award, the Pegasus Prize, the Ferdinand Bordewijk Prijs for Rituelen, the Austrian State Prize for European Literature and the Constantijn Huygens Prize, and has frequently been mentioned as a candidate for the Nobel Prize in literature.
His works include Rituelen (Rituals, 1980); Een lied van schijn en wezen (A Song of Truth and Semblance, 1981); Berlijnse notities (Berlin Notes, 1990); Het volgende verhaal (The Following Story, 1991); Allerzielen (All Souls' Day, 1998) and Paradijs verloren (Paradise Lost, 2004). (Het volgende verhaal won him the Aristeion Prize in 1993.) In 2005 he published "De slapende goden | Sueños y otras mentiras", with lithographs by Jürgen Partenheimer.
Sinds ik VS Naipaul en Bill Bryson heb gelezen, lees ik graag reisverhalen. Op de middelbare school was Cees Nooteboom gewoon een Nederlandse auteur wiens naam we moesten onthouden, maar door een deel van zijn werk te lezen, besef ik dat hij een zeer goede observator is. Dit boek combineert verschillende van zijn reizen, en wat het interessant maakt, is dat ze uit de late jaren zeventig komen. We zien Japan (te vreemd voor een westerling om volledig te begrijpen, maar toch erg interessant als voorbereiding op een reis naar Japan), Duitsland (nog steeds bezig met het verwerken van de Tweede Wereldoorlog), Gambia (hoe hij er bijna per ongeluk aankomt en zomaar een minister probeert te ontmoeten), Madeira (vóór het toerisme volledig de overhand nam), Iran (vier jaar voor de islamitische revolutie - ja, het was niet perfect, maar beter dan nu), Engeland (de periode vóór Thatcher - Engeland was bijna failliet; hier zijn vooral zijn overpeinzingen in verband met immigratie interessant, nadat Enoch Powell even aangetikt wordt) en Maleisië.
Gekocht op een rommelmarkt, Deinze. Omdat Isfahan in de titel staat. Reisverhalenbundel met een raar verslag over het Duitsland van 1970, maar voor de rest blijven deze oude reisverhalen tijdloos. Goed geschreven en hier en daar (over Gambia) ook zeer grappig. Hier is (uiteraard) een groot schrijver aan het werk, maar het betere reisverhaal situeer ik toch bij auteurs als Lieve Joris en Carolijn Visser.
Een avond in Isfahan, geschreven door Cees Nooteboom in 1975 is een feest der herkenning! De andere verhalen heb ik niet gelezen.. De sfeer is in 44 jaar niet veranderd. Wat een prachtig land en prachtige mensen!
Travel stories about Persia (in 1975, four years after the imperial celebrations by the Shah, and four years before the Iranian revolution), Madeira, Malaysia, Germany, England, Gambia and Japan. All essays are based on travels made in the mid-1970s.
Reisverhalen uit het verleden zijn vaak iets onherkenbaars, zelfs deze bundel reizen uit de jaren zestig en zeventig van Nooteboom. London en Tokyo zijn in die paar decennia al onherkenbaar veranderd (telefooncel? bolhoeden? een krant?).
Nooteboom had ik nooit eerder gelezen maar zijn reizen zijn heel boeiend, beschrijvend - in eindeloze lange zinnen, dat wel - maar hij geeft het tijdsbeeld weer, je leest mee met de nieuwskoppen, en wat hij er allemaal van vindt op dat moment.
Tijdens Een trip door het Perzië van de shah, klaagt de schrijver al over de snelle veranderingen die het land en het straatbeeld doormaken. Gelukkig voor Cees hebben de ayatollahs dat in de afgelopen jaren keurig teruggedraaid en weer in Middeleeuwse staat teruggebracht. Dat lijkt me nu eens een interessant land om eens op vakantie te gaan!