Aarde ik hou van je is een reflectie op de relatie tussen mens en natuur. Irene van Lippe-Biesterfeld voert samen met journaliste Jessica van Tijn twaalf diepgaande gesprekken met mensen uit verschillende culturen en vakgebieden — waaronder wetenschappers, spirituele gidsen en maatschappelijke denkers. Deze gesprekken draaien om de centrale "Hou je van de aarde?" De rode draad in het boek is de zoektocht naar verbinding tussen het westerse, vaak gesegmenteerde denken en een meer holistische, natuurverbonden levenshouding. Het boek laat zien dat ieder individu invloed heeft op de toekomst van het leven op aarde en nodigt uit tot bewustwording, verantwoordelijkheid en liefdevolle betrokkenheid bij onze planeet.
Irene van Lippe Biesterfeld of prinses Irene, ook bekend om haar liefde voor de natuur. Hierover heeft zij een boek geschreven, dat al eerder uitgegeven werd rond 2005. Nu, twintig jaar later, is het heruitgegeven en blijken de zaken die in 2005 besproken werden nog meer actueel te zijn.
Hoe staat het met onze relatie tot de natuur, en hoe vatten wij onze rol en verantwoordelijkheid ten opzichte van haar op? Samen met groepen mensen, afkomstig uit heel verschillende culturen en vakgebieden, gaat zij in op vragen rondom het thema: hou je van de aarde?
Uit de weergave van de twaalf gesprekken, afgerond met een gesprek van Jessica van Tijn met Irene van Lippe-Biesterveld zelf, wordt duidelijk dat ieder mens invloed heeft op de toekomst van het geheel aan leven op aarde. De rode draad die door dit boek loopt, is een zoektocht naar verbindingen tussen het westerse, gesegmenteerde denken en de mens die nog verbonden is met de natuur. Een intrigerende confrontatie tussen deze twee werelden.
Irene van Lippe Biesterfeld voert gesprekken over liefde voor de aarde, bewustwording en een holistische levenshouding. Dit deed ze in samenwerking met journaliste Jessica van Tijn. In dit boek laat Irene twaalf wetenschappers, spirituele gidsen en maatschappelijke kopstukken uit de hele wereld aan het woord. Tot de gesprekspartners behoren onder andere de indiaanse Rigoberta Menchú uit Guatemala, die in 1992 de Nobelprijs voor de Vrede won, president James Wolfensohn van de Wereldbank, chimpanseedeskundige Jane Goodall, de Britse bioloog Rupert Sheldrake en de Wageningse wetenschapper en boeddhist Matthijs Schouten.
Irene stelt in het boek vragen aan de betrokken personen en deze geven een uitgebreid antwoord hierop. Rode draad is de verbondenheid met de natuur. Volgens deze mensen is dat de kern van een betere wereld. Waarschijnlijk zal daar ook wel een kern van waarheid in zitten.
Liefde en respect voor de natuur maakt ook dat je respect hebt voor je medemens. Maar praten en luisteren naar de bomen… Tja, dat gaat mij als natuurliefhebber dan net weer een stap te ver. Dat maakt het allemaal net even te zweverig. Sta toch meer met beide benen op de grond. Ondanks mijn nuchterheid was het boek zeker interessant om te lezen.
Ik ben dit boek gaan lezen nav een bezoek aan de tentoonstelling Wij Zijn Natuur in het Singer Laren museum. Dit boek heeft dezelfde, heldere boodschap: door zichzelf boven de natuur te plaatsen, is de mens de aarde (en uiteindelijk zichzelf) langzaam maar zeker aan het vernietigen; door onszelf weer als onderdeel van de natuur te zien, en ons daarnaar te gedragen, kan een pad naar herstel worden ingeslagen. Ik vond sommige interviews in dit boek heel aansprekend maar anderen waren te ver buiten m’n comfort zone.