Het onderwerp van dit boek zijn de gnostische teksten die werden gevonden bij Nag Hammadi, in Egypte, en die dateren uit de eerste eeuwen na Christus.
Maar wat is dat eigenlijk ‘de gnostiek’? En wat is de link met de katharen? Stap voor stap maakt Bram Moerland de lezer vertrouwd met de wereld waarin deze teksten geschreven werden.
De volgende zinsneden heb ik uit zijn boek overgenomen:
Een belangrijke pijler van de gnostici was dat hoe je bent en wie je bent ieders eigen waarheid is. Soms maken we bijzondere ervaringen mee. Er kleeft een gevaar aan het achteraf toekennen van betekenis aan deze ervaringen. Als je de toegevoegde betekenis belangrijker maakt dan de ervaring, doe je iets met jezelf. Dan loop je het gevaar jezelf af te sluiten voor die heel speciale en universeel menselijke ontroering van het leven. Alleen door de innerlijke houding van niet-weten kun je je bewustzijn open houden voor uiteenlopende ervaringen.
Wij mensen kunnen aan ons leven de betekenis geven die we maar willen. We gebruiken woorden die naar waarden verwijzen. Om te kunnen begrijpen wat er bedoeld wordt met het woord ‘held' heb je verhalen nodig. Waarden bestaan niet als onderdeel van de werkelijkheid waartoe stenen behoren. Waarden wonen in mensen en ze kunnen opgeborgen worden in verhalen. Elke cultuur wordt gekenmerkt door zijn verhalen.
Mensen herijken verhalen in hun eigen ervaring. Als dat niet meer mag of kan, dan sterven verhalen af. Of ze worden tot een spirituele gevangenis. Je wordt, zegt de gnostiek, ‘koning in je eigen koninkrijk’.
Het fundamentele inzicht van de gnostiek is dat de mens het goddelijke aspect van de mens zelf is.
In de gnostische symboliek is Christus de nieuwe Adam, de nieuwe mens dus. Maria Magdalena is in die mythische symboliek de nieuwe Eva. Er woont liefde in de mens. Die liefde kan verduisterd raken door allerlei bekledingen (verhalen). Maar door al die bekledingen los te laten, dan kan de mens huwen met de liefde die in hem woont. Pas als de Christus in ons huwt met de Maria Magdalena in ons, als de mens trouw betuigt aan de liefde die in hem woont en zich daarmee verenigt, pas dan kun je zeggen: Het is volbracht.
Tot zover de zinnen uit zijn boek.
Een jaar eerder had ik “De gnostische evangeliën” van Elaine Pagels gelezen. Nu merk ik dat Bram zijn uitleg me veel meer brengt. Hij illustreert zijn verhaal met bekende gelijkenissen en laat daarmee zien hoe een kleine aanpassing door de kerk een geheel andere lading geeft aan een gelijkenis. Ook waardeer ik zijn aandacht voor het historisch perspectief.
Wel merk ik dat de grootsheid van bewustzijn nog niet zo bij Bram in het vizier was. Voor hem is ontroering een belangrijke drijfveer. Hij praat veel over ervaren maar daaromheen schrijft hij in de taal van denken. In die taal krijgen begrippen als bewustzijn en liefde niet de grootsheid die ik wel aantref in de verhalen van Christina von Dreien. Ik vind haar een kei in de taal van ervaren. Voor haar inzichten heb je geen scholing nodig, dat kenmerkt voor mij de taal van ervaren. We kunnen er elk op onze eigen manier mee aan de slag. Gnostiek op en top!
Dit boek is een must voor allen die meer willen weten over de ontstaansgeschiedenis van de (katholieke) kerk. Religie kan zo veel meer zijn dan geïnstitutionaliseerde onvrijheid. Moerland biedt de lezer een hele andere kijk op het fenomeen 'God' en uit verhalen die we kennen uit de bijbel. Bijbelse verhalen worden vaak te letterlijk geïnterpreteerd, maar de gnostische bronnen uit het verre verleden bieden meer diepgang en wijsheid. Ook Jezus zou een heel andere rol gespeeld hebben dan nu vaak wordt geschetst. Ik denk dat deze inslag enorm actueel is en bovendien geschikt voor alle (religieuze) doelgroepen, inclusief atheïsten. Aanrader bovendien voor het levensbeschouwelijk onderwijs!