Otto Kadoke werkt als psychiater in een crisiscentrum: zijn specialiteit is suicide-preventie, hij dient mensen met een doodswens voor het leven te behouden. Wanneer hij op een dag bij zijn oude en hulpbehoevende moeder op bezoek gaat, doet een van de Nepalese verzorgsters de deur open, gehuld in slechts een handdoek. De psychiater, die zich altijd aan het protocol houdt, wordt overmand door gevoelens van liefde voor het meisje, met als gevolg dat hij de verzorging voor zijn moeder voortaan alleen dient te organiseren. Kadoke is kinderloos, van middelbare leeftijd, maar niet onaantrekkelijk voor artsen in opleiding: hij heeft er menig weten te verleiden. Na opnieuw een grensoverschrijdende ontmoeting, ditmaal met een suïcidale jonge vrouw, lopen het professionele en privéleven van Kadoke definitief in het honderd: zijn moeders huis wordt een ambulant crisiscentrum.
Moedervlekken is een genadeloos eerlijke roman over de liefde van een zoon voor zijn moeder en vader, en vice versa. Een boek over twee mensen die niet kunnen leven - en niet dood kunnen gaan - zonder elkaar. Het markeert een nieuwe fase in Arnon Grunberg's veelomvattende schrijverschap: zorg en liefde sluiten elkaar niet langer uit. Ondanks verlies en pijn blijkt het mogelijk liefde voor het leven te voelen.
Arnon Yasha Yves (Arnon) Grunberg is a Dutch writer. Some of his books were written using the heteronym Marek van der Jagt.
In 1989 Grunberg made his acting debut in Maria's Cunt (de Kut van Maria); a short film by Dutch enfant terrible filmmaker Cyrus Frisch.
Grunberg made his literary debut in 1994 with the novel Blauwe maandagen (Blue Mondays), which won the Dutch prize for the best debut novel that year. In 2000, under the heteronym Marek van der Jagt, he won the best debut prize again for his novel De geschiedenis van mijn kaalheid (The History of My Baldness).
Grunberg publishes novels about once a year but also writes columns and essays in a wide variety of Dutch and international newspapers and magazines. He does not restrict himself only to the written media, but also reads a story for the radio every week and for some time he was host of a cultural television program. He also writes a blog for the literary Internet magazine Words Without Borders and his own site ArnonGrunberg.com.
His novel Tirza won the Dutch Golden Owl Prize for Literature and the Libris Prize.[1] His books have been translated into many languages, including English, German, Japanese and Georgian.
From 2006 Grunberg wrote various journalistic reports, for example about working undercover in a Bavarian hotel and his visit to Guantánamo Bay. Also he visited the Dutch troops in Afghanistan and the US Army in Iraq. In 2009 these reports were collected in the book Chambermaids and Soldiers.
De documentaire 'Moeder & Grunberg' indachtig (mijn Mädele, mijn ezelbonkje?!) begon ik te lezen. Dit boek is een ode aan Grunberg zélf als je het mij vraagt. Dit binnen een setting naar mijn hart. Kortstondig was ik bezorgd: waagt hij zich echt aan de psychiatrische sector? Weinige 'niet-hulpverleners' zijn erin geslaagd een waarheidsgetrouw beeld neer te zetten van wat het echt betekent dit werk te verrichten. Maar Grunberg slaagt er met Psychiater Kadoke grandioos in, bovenmaats. De machteloosheid druipt ervan af. Ook de eeuwige weemoedigheid vergezelt dit hoofdpersonnage, zoals een goede Grunberg betaamt.
Met een grijns van begin tot einde las ik het boek uit, tergend traag (wegens hersenschudding) want anders had ik hem meteen verslonden. Net daardoor had ik de kans des te meer te genieten van iedere dag een portie Grunberg. Zo had ik ook tijd om stil te staan bij de dubbele bodems (of rollen, geslachten, betekenissen) waar het boek van overloopt.
'Moedervlekken' is een Grunberg die volwassen geworden is. Mogelijks net dankzij ipv ondanks het overlijden van zijn moeder. Het lijkt steeds alsof het boek het randje van de realiteit overschreden heeft, maar niets is minder waar. Op de grens van fantasie en grensoverschrijdendheid komt de ware realiteit aan het licht: net in het buitenzinnige idee komt de psychiater ietwat tot leven. Leven - zo laat hij zien - is een zware opdracht. Gewapend met 'dingen' tegen de leegte (al rokend, werkend, wakkerblijven om andermans lijden te verlichten en hen helpen 'niet te sterven') gaat hij de strijd aan, maar het leidt / lijdt werkelijk tot niets. Het gewicht 'er' iets van te maken draag je tot de laatste pagina met je mee. Een existentieel boek, vol filosofische bezinningen zoals "De menselijke waardigheid schuilt in de volharding waarmee het hopeloze werk wordt verricht.", "(...) het dubbelleven is de normaliteit die bestaat uit het consequent voldoen aan tegenstrijdige verlangens en wensen", "(...) wij zijn allemaal de voortzetting van andermans trauma's", "Overgave is berusting waaraan een kleine hoeveelheid vuur is toegevoegd.", "(...) de ware hoop is kortstondig, alleen de valse hoop zeul je een leven lang met je mee.", "Niemand kan voor het leven worden behoed, alleen de doden hebben dat voorrecht". Gelukkig vindt Kadoke / Grunberg aan het einde zijn levenslust terug, of ontdekt hij het voor het eerst? Leven moet je leren.
Om het met zijn eigen woorden te zeggen: "Taal is de ziektemaker bij uitstek, maar ook de grote genezer." Grunberg, jouw woorden genezen mijn hoofd, traag maar zeker, met een kleine portie dag per dag. Ik kan je zo opnieuw verslinden, grensoverschrijdende schrijver Grunberg.
Op het moment dat de schoonheid van dit boek zich aan mij openbaarde stond ik te wachten in de frituur, vlakbij een televisie waarop afleveringen van FC De Kampioenen werden afgespeeld. Een beter moment kan een mens zich niet wensen.
Want dit is verrassend een heel mooi boek, als je door de bizarre personages en gebeurtenissen heen kijkt. Het leven in dit boek is vreemd, absurd en donker, maar er is hoop. En liefde, op onconventionele wijze heel veel liefde.
Een leesclubboek & een boek dat ik anders niet gauw zou hebben opgepakt. Plenty stof om over te praten straks -wat is de zin van het leven, wat is lijden, hoe zit het met de liefde en waarom wil men dood, om een paar dingen te noemen. Maar naast dat er genoeg te filosoferen en te grinniken viel vond ik het ook een ontzettend tenenkrommend verhaal. Vreselijk om te lezen hoe Kadoke (de volwassen hoofdpersoon in dit boek) zich laat tiranniseren door zijn manipulerende moeder en een suïcidale patiënte.
Jak se daří paštiky? Všechno tutti frutti? Tahle knížka byla teda hutná valba, že se mi málem votočily voči naruby. Nejhorší je, že si člověk vždycky vezme nejnudnější knížky do vlaku.
Začíná to tak, že postarší psychiatr navštíví jazykem la-la-land nepálské ošetřovatelky svý matky, tedy jasné porušení lékařské přísahy, která zní "Neliž co tě nepálí." Ale co měl dělat, když holka mluví nepálsky, on nizozemsky a jediný lingus, který mohli použít, byl kundilingus? Nicméně, dozví se to její starej nepálec a myslíte, že mu ji nenapálil? Ano, nepálil mu jednu přímo do kokosu!.
A to jsem si vždy myslel, že Nepál, mimojiné známý pro vynález nepálivých věcí (nepálivy kečup, třeba jeden příklad za všechny) je zemí, kde žijí jen mírumilovní lidé. Jak by řekli v pražské Tróji: Chyba lávky!
Nepálec se tedy nenapálil a ústřední zápletka byla na světě. Po odchodu oošetřovatelky tedy hlavní hrdina musí novou ošetřovatelku, která by měla trochu vlídnější postoj ke kunilingu. Třeba takový postoj rozkročmo, nebo s jednou nohou na pračce. To se mu nedaří a to především proto, že jeho matka je otec, který se za matku jen vydává a tím pádem má teda v gaťatech o jednoho famfulína víc, než kolik se na maminku sluší a patří.
Tento šokující twist přijde ještě celkem brzy v knize a k čemu to vede? Vůbec k ničemu. Následuje dalších 300 stran, kde se psychiatr točí ve víru svých dementních myšlenek, a aby to bylo trochu víc offbeat, dojedná matce sebevražednou pacientku. Jediné možné vysvětlení tohoto stupidního počinu je to, že vzhledem k tomu, že holka pije svoje Savo, nedojde k navýšení rodinného rozpočtu na nápoje.
Před Sarajevem jsem už málem vyskakoval z vlaku, ale knížku jsem úspěšně dočetl a rázem hodil z vokna. Po vynikajícím Gstaadu můj mozek odmítá pochopit, co se s Grunbergem stalo a co tohle bylo za naprosto příšerně nudnou slátaninu. Takže 2/10 a doporučuji všem lidem, kteří milují přenosy z Poslanecké sněmovny.
Ik snap het niet. Nee, echt niet. Of misschien is het te bevreemdend om te snappen. Of misschien hoef ik ook gewoon niets te snappen. Ik werd niet opgeslorpt door het verhaal. Ik werd niet ontroerd door de personages. Ik zag het verhaal geen enkele zinnige kant opgaan. En toch bleef ik lezen… omdat ik dat moest van mezelf, maar omdat ik toch op de ene of andere manier nieuwsgierig bleef. Ik las hier en daar wel uitspraken die aanzetten tot nadenken of die ik mezelf grif hoor citeren. De balans was echter niet positief. Destijds wel erg genoten van « Tirza ». Grunberg behoudt bij mij dus nog enig krediet.
Ik heb onder andere Tirza, De man Zonder Ziekte, De Asielzoeker en Gstaad (Marek van der Jagt) gelezen. Moedervlekken past helemaal in dat rijtje. Sterker nog als ik Moedervlekken had gelezen zonder de naam van de schrijver te weten had ik na het lezen van 1 hoofdstuk geweten: dit is een boek van Arnon Grunberg.
De hoofdpersonen in zijn boek zijn vaak ietwat gestoorde mannen. En net als in zijn andere romans is er veel humor, ware het niet dat de verhalen in mijn herinnering vaak deprimerend en triest zijn. Zo ook Moedervlekken.
Otto Kadoke is in dit boek de hoofdpersoon, een psychiater die werkzaam is in de crisisdienst. Het gaat dan vaak om suïcidepreventie. Kadoke, gescheiden, is begin veertig. Naast de zorg voor zijn patiënten, draagt hij ook de zorg voor zijn bejaarde moeder. Het is knap hoe Grunberg het werk en privéleven van Kadoke met elkaar vervlecht. Grensoverschrijdend gedrag is het thema hier zou je kunnen zeggen. Waarbij het huis van zijn moeder langzaam verandert in een privékliniek. In de tweede helft van het boek is Kadoke letterlijk full time psychiater. Hilarisch als het verhaal niet zo deprimerend zou zijn.
Speciale aandacht heeft Grunberg besteed aan het rookgedrag van Kadoke. De sigaret is bijzonder functioneel in dit verhaal. Onderstaand citaat geeft dat perfect weer:
Op de gang staat nog altijd zijn ex te wachten. 'Je bent er nog?' vraagt hij. 'Je ruikt naar rook,' fluistert ze als hij stilstaat om haar een tweede keer te begroeten en meteen ook een tweede keer afscheid van haar te nemen. Hij had bijna haar hand willen pakken om alles nog eens over te doen. 'Je zou ermee stoppen.' 'Waarom fluister je? Ik ben psychiater, wij roken omdat we anders gek zouden worden en omdat we op die manier tenminste nog één ding gemeen hebben met de meeste patiënten: de sigaret.' 'Ik fluister omdat ik je niet wil beschamen. Altijd dezelfde frasen, dezelfde excuses. Hoe kun je mensen weerhouden van zelfdestructie als je er zelf mee bezig bent?' 'Dat is een paradox,' zegt Kadoke. 'Gezondheid, geestelijke gezondheid houdt in dat je die paradoxen leert aanvaarden, dat je ermee leert leven, met het onvolmaakte, ja degene die jou komt weerhouden van zelfdestructie rookt, is dat nou zo erg?'
Kadoke, a pszichiáter a krízisambulancián dolgozik, sőt hovatovább ott él, következésképpen ideje jó részében potenciális öngyilkosokkal foglalkozik, olyan emberekkel, akik a halálban vélik megtalálni az élet összes problémájára a választ. Kadoke ezért leépítette magában a szenvedésre való fogékonyságot, szakmai protokollból épített magának szögesdrót kerítést (aknazárral, meg minden), amin a mások fájdalma nem jut át. Ám amikor egy balul sikerült flört után maga lesz kénytelen átvenni idős édesanyja gondozását, életvezetési elvei megkérdőjeleződnek, és egyszer csak olyan problémákkal szembesül, amelyeket a nagy nehezen magára húzott merev szabályrendszeren belül képtelen megoldani. Kénytelen tehát átlépni saját határait – de az ilyen határátlépések óhatatlanul oda vezethetnek, hogy az ember magán kívül kerül. És ez veszélyes játék. De egyben szép játék is.
Grunberg az európai irodalom egyik legegyénibb írója (persze melyik író nem egyéni, amennyiben egyén, ugye), azt hiszem, azért, mert a távolságtartó, konvencionális történetmesélő epikát képes olyan tónussal ötvözni, amely az álmok/rémálmok szürreális dinamikájával rokon. A látszólag szabályosan csordogáló grunbergi próza valójában kiszámíthatatlan, nem igazán tudjuk, merre kanyarodik legközelebb, mert egy sajátos, autonóm logika szerint működik. Különösen a szereplők viszonyaiban érhető ez tetten, akik mindig a szabványon túlmutató kapcsolatokat építenek ki egymással – ha két Grunberg-figura kontaktusba kerül, akkor sosem jósolható meg előre, hová is fut ki az egész. De ahová kifut, az mindig igazán izgalmas. Ez a könyv is a kapcsolatokra épül: a szülő és gyermek, orvos és páciens, segítő és segített kapcsolatára, és ezen belül olyan újszerű és komplex megállapításokat tesz, amelyektől – merem állítani – a könyv a zsenialitás hófödte csúcsára hág. Ráadásul van benne valami, ami az eddigi Grunberg-regényekből mintha hiányzott volna: szeretet. Hit abban, hogy ha alávalók és szánalmasak is vagyunk, nem elképzelhetetlen, hogy ember az emberre támaszkodjon – sőt, ez az egymásra támaszkodás az egyetlen, ami megment minket saját hibáinktól.
Opnieuw stel ik me de vraag hoe een boek eigenlijk te quoteren. Geef ik sterren voor hoe clever deze roman is opgebouwd, voor hoe goed het verhaal geschreven is, of toch eerder voor wat het boek met me doet? Laten we wel wezen, het deed mij niets, maar verder is het een supergoed boek. Deze roman gaat over eenzaamheid in zoveel verschillende vormen, over het trauma dat het leven zelf is, over hoe niet te sterven en over hoe leven en liefde lijden zijn. Hier en daar is er een sprankel hoop, maar om de hoek loert steeds ons eigen gevaar.
Jajajjjajajj. De szép volt ez, szépszomorú. Nem a mondatok igazán szépek, hanem az a gyengédség és finomság, ahogy az író körülírja, amit el akar mondani. Hogy nem vágja az arcodba, hanem szépen, gyengéden elvezet oda, ahová akar, az a szép ebben.
Ez egy különös regény, néha unalmasnak tűnhet, néha viszont meghökkent, az összhatása mégis valami finoman melankólikus. Ínyenceknek aj��nlott.
Het was toch even schrikken voor moeder toen ze de deur van de badkamer openstak en haar zoon Otto daar neukend aantrof met de Nepalese bejaardenhelpster Rose. Ze had haar been gestoten en stond te bloeden als een rund, terwijl haar zoon haar te hulp schoot, het condoom klam gespannen om zijn snel slapper wordende penis. Het is een scène die zo diep gaat in plaatsvervangende gêne dat ze alleen in een roman van Arnon Grünberg kan voorkomen, denk je dan, en ja hoor, ze is terug te vinden in zijn nieuwste boek: Moedervlekken, het relaas van een man op middelbare leeftijd die zich genoodzaakt ziet de vlekken op zijn rug te laten verwijderen omdat ze wel eens kwaadaardig zouden kunnen zijn. Otto Kadoke, genoemd naar Otto Frank, ook al was dat een enge man, aldus moeder, is een psychiater gespecialiseerd in zelfmoordpreventie. Omdat Darko, de vriend van Rose, niet echt kan lachen met de gênante overspelscène - wat Kadoke trouwens op een blauw oog komt te staan - pakken Rose en haar collega June hun koffers. De zoon staat er plots alleen voor en de zorg voor zijn bejaarde moeder valt hem zwaar, vooral omdat moeder nogal een kankeraar is. ‘Je was een jongen zonder ruggengraat,’ zegt ze, En nu ben je een man zonder ruggengraat. Zolang je geen ruggengraat hebt, kan ik niet doodgaan.’ Dat hij zich door zijn moeder als een jongen van zes laat behandelen is daar natuurlijk het zuiverste bewijs van. Deze zelfmoordpreventie-arts weet niet echt hoe te leven, zouden we het kunnen samenvatten. Hij weet alleen hoe niet te sterven. En dat blijkt net voldoende voor Michette, een automutilerende vrouw waarbij hij tijdens een nachtdienst geroepen wordt en die resistent blijkt voor iedere therapie. Haar lichaam is een slagveld en wanner ze het kwaad krijgt drinkt ze bleekwater en schoonmaakmiddel. Ze oefent een zekere aantrekkingskracht uit op Kadoke en wanneer ze vraagt of hij nog eens terugkomt, kan hij niet weigeren. Michette is erotiserend zoals de dood erotiserend kan zijn, beseft hij, terwijl ze zich voor hem uitkleedt nadat ze bleekwater heeft gekotst in een plantenbak vol door haar ex geknakte bloemstengels. Seks is voor haar de enige manier om aan de dagelijkse hel te ontsnappen en laat dat nu het enige zijn wat Kadoke haar onthoudt. Je moet je niet verzetten tegen je trauma, je moet het voortzetten, is een van Kadokes stellingen. Zo blijkt moeder in feite vader te zijn, de man die na de dood van zijn vrouw haar nazi-trauma verder zette en geleidelijk aan in haar veranderde. En hetzelfde wil hij met Michette doen. Hij wil haar een alternatieve therapie geven, haar weer zin doen krijgen in het leven, en daarom neemt hij haar op in zijn huis, waar ze trouwens goed van pas zal komen als bejaardenhulp. Moedervlekken is Arnon Grünbergs moederboek. In feite had het vorig jaar al moeten verschijnen, toen ook Adriaan van Dis’ Ik kom terug en Maarten ’t Harts Magdalena in de boekhandel lagen. De plotse dood van zijn moeder zorgde echter voor vertraging. Waar de twee andere schrijvers vrij dicht bij hun werkelijke moeder bleven, laat Grünberg zijn perfide fantasie de vrije loop. De moeder uit dit boek is dus eerder een literair thema waar Grünberg mee aan de haal gaat, misschien wel omdat het soms interessanter is je oprechte gevoelens te verstoppen achter fictie dan ze voor iedereen openlijk te grabbel te gooien. Zo kan Grünberg ons zijn ware ik tonen: een man die geworsteld heeft met zijn afkomst - waar ook zijn debuut Blauwe maandagen al over ging trouwens - maar die uiteindelijk toch verlost is geraakt van zijn moedervlekken.
Hmpf. Ik heb er erg lang over gedaan (weinig vrije tijd) en ik denk dat ik het daardoor minder kon smaken. Ik geloof echt dat ik het beter had gevonden als ik het op een ander moment had gelezen. Ik kon telkens maar korte stukjes lezen en het leek zo vaak alsof ik het al gelezen had. Dat dwalen en herhalen, de stuk voor stuk heel bizarre personages, die tegelijk ook wel absoluut geloofwaardig waren, en de zware onderwerpen (o.a. zelfmoord) zorgden er bovendien voor dat ik niet altijd zin had om verder te lezen. En toch zit er veel liefde in dit boek, bizarre liefde, maar toch, en dat maakte het dan wel heel schoon. Maar ik zou dus wel aanraden om het te lezen op een hoger tempo dan het mijne (7 weken over 400 pagina’s - bah!).
Over het algemeen vind ik dit een van de betere boeken van Grunberg. Ik moet wel zeggen dat het boek hetzelfde had kunnen doen in 200 pagina's minder. Ik ben me ervan bewust dat dit iets is wat vaker gezegd wordt van Grunbergs boeken, vooral bij Blauwe Maandagen is deze kritiek niet weg te denken, maar ik sta er dit maal weer honderd procent achter. Natuurlijk is dit juist een belangrijk aspect van zijn werk en schuilt er zeker betekenis in, maar op een gegeven moment ben ik het riedeltje wel zat en denk ik: nu mag dit boek wel afgelopen zijn.Wellicht ligt het aan het feit dat ik Grunbergs oeuvre aan het doorwerken ben, maar ik begrijp inmiddels wel hoe de vork in de steel zit. Hoe dan ook heb ik kunnen genieten van dit boek.
Absurdistisch, intrigerend en verslavend. Een echte Grunberg. Ik heb het boek in 1.5 dag uitgelezen. Ik zou willen dat ik een betoog kon schrijven over waarom iedereen dit boek moet lezen maar schrijven is niet mijn sterkste kant. Dat laat ik aan Grunberg over.
In Moedervlekken volgen we het leven van Otto (O.) Kadoke. Otto is een psychiater en zijn leven bestaat grotendeels uit zijn werk en de bezoekjes aan zijn moeder. Wanneer de vaste verzorgsters van zijn moeder stoppen met werken, neemt hij de volledige zorg over. Hij houdt van zijn werk als psychiater en verzorger en kijkt met name uit naar de nachtdiensten waarin hij in actie moet komen voor de crisisdienst. Otto beschouwt zichzelf als een symptoombestrijder. Hij bestrijdt de doodswens van zijn cliënten. Wat Otto echter niet kan bestrijden is zijn grensoverschrijdende gedrag. Tijdens het verhaal kom je erachter dat Otto langzaam de grip op de werkelijkheid verliest.
Wat een ongelooflijk maf boek. Ik zal er niet veel over zeggen want dan verraad ik te veel van het verhaal. Maar maf dus, heel maf en toch onderhoudend genoeg voor vier sterren.
De laatste 10 pagina's was ik alsmaar aan het uitstellen omdat ik zo in dit mooie verhaal zat dat ik maar niet wilde dat het zou eindigen. Nu is de laatste pagina uit en heb ik overal kippenvel.
Edit; Toch 5*. Ik denk nog vaak terug aan dit boek. Waarschijnlijk ook omdat ik zelf in de psychiatrie werk en de dilemma’s van psychiater Kadoke me zo goed voor kan stellen.
Een wonderlijk boek over een psychiater die een beetje een mislukt leven leidt en daar door zijn moeder, die zijn vader is, op wordt gewezen. Geeft stof tot nadenken, zoals wat de zin van het leven is De stijl van Arnon, prachtig geschreven, beetje langdradig af en toe en met een open einde. En dat laatste vind ik niet zo leuk.
In Moedervlekken wordt lekker mijmeren en filosoferen over het leven afgewisseld met een (on)gezonde dosis walging en vertwijfeling. Toch kon het boek me niet van begin tot einde meeslepen. Mooi maar geen Tirza.
Love - it taught me to lie Life - it taught me to die
Als rasechte Grunberg-fan - zowel van de schrijver als van de persoon - was dit boek een risico. Het 'moederboek' was een langverwachte roman met bijpassende torenhoge verwachtingen. En wat werden ze ingelost... In dit boek heeft Grunberg zich ontdaan van alle franjes en misselijkmakende scènes die hij telkens opnieuw als een rad voor de ogen van de lezer draaide om zo - misschien? - niet tot de échte essentie of kern van de zaak te moeten komen. Wellicht was het een vorm van welgemikte vermijding. Toegegeven, keer op keer werden ze hartelijk gesmaakt. Maar Moedervlekken is matuur, subtieler, grootser en tegelijkertijd kleiner. Het vergrootglas werd op de -inmiddels niet zo - blinde vlek gelegd. De symbiose tussen Kadoke en Grunberg is - zeker na het zien van de docu's - intrigerend en houdt je alert, waakzaam en geprikkeld. Het lijkt alsof Grunberg zelfs geen moeite heeft gedaan om mogelijke overeenkomsten te camoufleren.
Als hulpverlener biedt dit boek nog een extraatje. De machteloosheid is zeer herkenbaar. Het besef dat hulp begrensd is en afhangt van talrijke factoren. Het zeer delicate afwegingsproces waarin de vraag geopperd wordt of iets dan wel of niet grensoverschrijdend is, dat elke helper wellicht zeer goed herkent. Een zoeken naar evenwicht tussen eigen noden en behoeften van de cliënt/patiënt. Quasi alle belangrijke thema's van de - niet zo - zachte sector worden aangesneden op z'n Grunbergs. Heerlijk.
Toch blijf ik achter met een bezorgdheid. Elk boek dat hierna geschreven wordt, zal wat mij betreft onvermijdelijk worden blootgesteld aan de vergelijking met Moedervlekken. Het is een blauwdruk. Een mijlpaal. Vanaf nu is er de Grunberg voor Moedervlekken en die er na. En de vraag is nog maar wat die evolutie zal betekenen...
“Marcas de Nascença” de Arnon Grunberg foi publicado no Brasil pela Editora Rádio Londres que me enviou um exemplar de cortesia.
Gosto muito da escrita do Grunberg, dele já li “Tirza” — um dos meus livros preferidos da vida —, e “O Homem sem Doença” — que tem um final de explodir a cabeça. Eu aguardava por um livro novo dele em português há algum tempo, logo vocês podem imaginar como minhas expectativas estavam altas.
E elas não foram frustradas!
O autor tem um jeito único de causar desconforto no leitor, nada sobra em sua escrita, seus temas são sempre pesados e nesse livro há vários gatilhos como suicídio, depressão, sexualidade e relacionamento familiar.
O protagonista é um psiquiatra que trabalha no serviço de emergência em prevenção de suicídios, ele separa muito bem sua vida profissional da pessoal até que há um desequilíbrio na sua rotina com a mãe que necessita de cuidados especiais.
Os relacionamentos humanos são estranhos e sempre deixam a sensação de que há algo muito errado ali.
As situações absurdas e paradoxais, arrancam o riso do leitor quando menos se espera. Mas não espere um livro feliz ou engraçado. É um tipo de humor peculiar que pode não agradar a todos.
Logo depois da metade do livro, o ritmo desacelerou, mas como eu não estava conseguindo focar nas leituras em geral, pode ter sido mais culpa minha que uma “barriga” na história. Passados alguns capítulos, a fluência retornou e devorei o livro.
A continuação — “Bezette gebieden” —, foi publicada esse ano na Holanda e eu não vejo a hora de saber como essa história vai se desenrolar, mas a Rádio Londres ainda não tem previsão do lançamento para o Brasil.
Livro mais que recomendado para quem gosta de temas pesados com personagens livres de pudores.
Grunberg staat wederom garant voor bizarre uitgangspunten en situaties. De levenswandel van psychiater Kadoke, diens moeder, de hulpen, de collega’s en patiënten vormt hierop geen uitzondering. Ik moet bij de naam Oscar (of is het nou Otto) Kadoke telkens denken aan Alfred Jodocus Kwak: de namen hebben dezelfde klanken en er lijken ook andere parallellen te zijn, want ook Alfred spartelt natuurlijk maar rond. Het hele boek blijf ik - ook los van deze vergelijking - moeite hebben met de figuur Kadoke. Hij komt erg ouwelijk over en daarmee schatte ik hem rond de vijftig. Vervolgens lees je echter dat hij ergens eind dertig/begin veertig is. Een hele jonge vent dus nog 😊. Dat schuurt. Het lukt mij daardoor niet goed om een beeld te vormen van de hoofdpersoon en dat heb ik wel nodig om een roman écht te kunnen waarderen. Ondanks de bleekwaterdrink- en piemelwasscènes moet ik dus tot twee sterren komen. Als ik straks Bezette Gebieden, het vervolg op Moedervlekken, heb gelezen hoop ik dit eerste deel nog één of twee sterretjes erbij te kunnen geven. Maar De Asielzoeker blijft voorlopig stijf bovenaan mijn inmiddels best lange lijst met Grunbergen staan. Ik heb zo’n idee dat die extra ster trouwens wel gaat lukken, want ik heb de twee boeken aangeschaft in de Donner waar Grunberg werd geïnterviewd over Bezette Gebieden. Hier werd natuurlijk ook verwezen naar Moedervlekken. Grunberg was buitengewoon geestig en erudiet. Dat belooft wel echt wat voor Kadoke part deux.
Assegno tre stelle in virtù della simpatia che nutro per il protagonista, per l'umorismo e la vivacità dei dialoghi non banali e in cui si annidano delle perle di saggezza. Più che un romanzo è una commedia, basata sui dialoghi e in cui, a parte l'inizio, accade ben poco, se non niente. Il romanzo non è breve ma non essendoci una narrazione vera e propria risulta assai statico e, se si esclude la caratterizzazione dei personaggi, si trascina senza idee. In virtù di ciò manca pure il finale e il romanzo si chiude e si perde nel nulla.
Alla fine quattro stelle a questo scrittore olandese trapiantato a New York che non avevo mai sentito nominare. Un ritmo sostenuto, una storia con personaggi beckettiani, la ricerca del significato della vita, quell’arguzia nello scrivere, i personaggi che impari a conoscere ed un mondo tragicomico come spesso è la vita. Se fosse stato per il titolo non l’avrei neanche letto ma dopo le prime pagine sono andata avanti. E bene. Bravo Grunberg.