Menselijke voorwaarden is in alle opzichten een buitengewoon boek. Het is voor het eerst dat van dit unieke oorlogsverhaal een vertaling verschijnt in ruim zestig jaar, hoewel het in Japan onmiddellijk een bestseller werd. Menselijke voorwaarden gaat over een deel van de Tweede Wereldoorlog waarmee we in Nederland nauwelijks bekend de strijd tussen Japan en de Sovjet-Unie in Mantsjoerije. Kaji werkt daar op het kantoor van een grote Japanse onderneming. Hij laat zich op zijn werk afwijzend over de Tweede Wereldoorlog uit. Zijn pacifisme wordt aangezien voor een gebrek aan vaderlandsliefde. Om zich het vege lijf te redden accepteert hij een baan als personeelschef bij de Laohulingmijn, in ruil voor vrijstelling van dienstplicht. Met zijn geliefde Michiko, met wie hij dankzij deze garantie eindelijk zou kunnen trouwen, vertrekt hij naar de mijn. Er werken Chinese dwangarbeiders onder erbarmelijke zij worden uitgebuit en mishandeld. De mijnbouwonderneming zelf blijkt tot in de haarvaten corrupt. De idealistisch Kaji probeert deze misstanden van binnenuit aan te pakken, maar zijn goede bedoelingen worden keer op keer gedwarsboomd. Wanneer hij ondanks eerdere toezegging toch in het leger terechtkomt en ook daar voor de zwakkeren opkomt maakt hij juist promotie vanwege durf en moed. Hij probeert desondanks vast te houden aan zijn morele overtuiging, maar de omstandigheden maken dat hij steeds minder mens wordt en zich gaandeweg ontwikkelt tot een brute killer.
[From Wikipedia]: was a Japanese novelist. He is best known for his 1958 World War II novel The Human Condition (Ningen no joken), which became a best seller. Gomikawa's novel became the basis for Masaki Kobayashi's film trilogy The Human Condition. Another novel by Gomikawa, Men and War (Senso to ningen), formed the basis for Satsuo Yamamoto's 1970-1973 film trilogy of the same name.
Kun je menselijk zijn in onmenselijke omstandigheden? Dat is de centrale vraag waar het omdraait in Junpei Gomikawa's roman 'Menselijke voorwaarden'. Kaji is een goed opgeleide jonge Japanner (eind twintig), verliefd en later getrouwd met Michiko, die zichzelf deze ambitie steeds weer stelt. Eerst als personeelschef bij een mijn in Mansjoerije en later in het leger en tijdens zijn tocht terug naar huis na een verloren veldslag. Hij probeert tegen de klippen op menselijk te blijven, maar bij iedere daad die hij doet en iedere stap die hij zet pelt hij noodgedwongen zelf steeds weer een laagje menselijkheid van zichzelf af. Zonder het te willen maar zonder keuze. Alsof hij een ui pelt. Met alle tranen vandien.
De humanist Kaji hoopt de oorlog te ontvluchten als hij met Michiko naar een mijn in Laohuling trekt, in het door Japan bezette Matsjoerije. Zijn baan zou hem uit het leger houden. Maar hij komt er al snel achter dat de oorlog ook in de mijn het leven dicteert. Hij krijgt de zeggenschap over een groep dwangarbeiders en wordt door de Militaire Politie gedwongen hen goed te bewaken en door de leiding van de mijn hen onmenselijk hard te laten werken. Hij probeert de dwangarbeiders zo goed en kwaad als het gaat een enigszins menselijk bestaan te bieden en zo het vertrouwen van de dwangarbeiders te winnen. Hij hoopt op hun begrip voor zijn daden. Wat hem een beetje lukt, maar zij blijven hem desalniettemin ook duidelijk als Japanner en overheerser zien. Als zeven dwangarbeiders gevangen worden genomen omdat ze zouden hebben willen ontsnappen gaat het helemaal mis. Kaji gelooft niet dat ze wilden vluchten en zegt dat ook maar hij moet machteloos toezien hoe ze ter dood worden veroordeeld door de Militaire Politie. Na drie onthoofdingen komt hij in opstand zodat na enige strubbelingen de rest van de executie wordt afgelast. Maar Kaji voelt zich verslagen. Want 'wat had het voor zin dapper te zijn als die moed te laat kwam? Goed, hij had mensen gered, maar eerst had hij mensen vermoord, alsof slachtoffers maken een voorwaaarde was om mensen te kunnen redden. Hij had weliswaar geen bloed aan zijn handen, maar zijn hart was ermee besmeurd.' De Militaire Politie pakt hem op. Asl straf wordt Kaji alsnog opgeroepen voor militaire dienst.
De delen van het boek over het Japanse leger en de oorlog tussen de Rusland en Japan zijn ontluisterend. De Japanse traditie eist veel van zijn soldaten. Ware doodsverachting en opofferingsbereidheid. In de woorden van een Japans legerlied waarvan de tekst tot de achtste eeuw teruggaat: Als ik wegga naar de zee smelt mijn lijk weg in het water Als ik wegga naar de bergen gaat mijn lijk op in het gras Als ik maar naast mijn heer sterf betreur ik het niet
Tegelijkertijd schetst 'Menselijke voorwaarden' een heel andere, mindere heldhaftige realiteit van het Japanse leger. Kaji wordt opgenomen in het Kwantungleger dat in Mantsjoerije gestationeerd was en vrijwel niet in actie kwam. In het Japanse leger tellen dienstjaren zwaarder dan het aantal sterren op je kraag. Kaji kan er maar moeizaam zijn draai vinden. Hij probeert humanist te blijven maar ontdekt - zoals zijn vriend Kageyama hem later voor het hoofd werpt - dat oorlog en humanisme elkaar lijnrecht tegenspreken.
Verraad aan zichzelf is voor Kaji een groter verraad zijn dan verraad aan het leger, de oorlog of Japan. Hij verzet zich dan ook koppig tegen de Japanse legertraditie om zijn eigen menselijkheid en die van de soldaten te behouden. Wat hem uiteindelijk steun en trouw oplevert en hem ongewild tot leider maakt. In die hoedanigheid spreekt hij zijn mannen vlak voor de beslissende veldslag in zijn leven toe: 'Morgen tijdens de veldslag zullen we wel geen duidelijke bevelen of instructies krijgen. Jullie zijn daarom op jezelf aangewezen. Ik heb jullie maar twee dingen te zeggen. Nummer een: niet bang zijn. Wie in z'n broek schijt raakt alleen maar dieper in de stront. Nummer twee: geef het nooit of te nimmer op!'
Kaji wordt van humanist groepsleider, scherpschutter, moordenaar, bandiet. Niet omdat hij de anderen haat, maar omdat de vijand ook moet weten hoe genadeloos de oorlog is. En hij stort zich erin met een onverschrokkenheid die je van de humanist Kaji eerst voor onmogelijk had gehouden. Zonder vrees, want 'gevaar is iets dat je moet vrezen vóór het er is. Maar als het eenmaal voor je neus staat, mag je het niet vrezen.' Maar hij realiseert zich dat zijn hart langzamerhand steeds kouder wordt en zijn humanisme in de oorlog verkruimelt. En dat brengt hem in tweestrijd en laadt zijn gemoed vol zelfverwijt. En houdt hij zich alleen met zijn onverzettelijke wil staande. 'De oorlog verbrijzelt de individuele wil. Dat is onvermijdelijk. Vanzelfsprekend ook. Wensen dat jij een uitzondering op die regel bent is iets heel anders. Waarschijnlijk kon Kaji het bewijs van zijn eigen menselijkheid alleen binnen die regel vinden.'
Ook als de oorlog over is wil hij zich niet overgeven. Nu hij na de onderdrukking in het Japanse leger en de ongelijke strijd tegen de Russen zijn vrijheid terug heeft wil hij deze niet meer afgeven. Hij begint nietsontziend aan de terugreis naar huis. Zijn moed en onverschrokkenheid houden hem in leven en bezorgen hem steeds opnieuw vluchtelingen die met hem mee willen. Totdat ook Kaji inziet dat hem niets rest dan overgave en hij krijgsgevangen wordt gemaakt. Om opnieuw in de verschrikking van het Japanse leger gezogen te worden totdat hij zich er met bloed aan zijn handen opnieuw aan ontworstelt om voor de laatste keer te vluchten en op huis aan te gaan. Naar zijn geliefde Michiko.
'Menselijke voorwaarden' is een prachtig boek en inkijkje in Japanse oorlogsherinneringen. Elk land heeft zijn eigen geschiedenis. Elk land zijn eigen oorlog. Elk land zijn eigen verschrikkingen. En die van Japan blijken niet onmenselijker dan die van welk ander land. Gomikawa's stijl is prachtig. Zijn zinnen zijn kort en staccato als de harde werkelijkheid dat vraagt en zijn metaforen op gezette tijden weergaloos mooi. 'Kaji ging terug naar zijn schuttersputje. De nacht verstrijkt. De tijd loopt af. In een gat zit een man. Hij brengt de laatste momenten van zijn leven nietsdoend door. Wat kan hij doen? Luisteren naar de voetstappen die hij hoort in de stilte van de nacht. Dat kan hij. Het zijn de voetstappen van de dood. Het zijn de mistroostig weglopende voetstappen van zijn jeugd.'
Een humanistische kijk op de tweede wereldoorlog vanuit Japans perspectief bezien.
Kaji, die een baan heeft gekregen bij personeelszaken van een mijn in Mantsjoerije, heeft een vrijstelling van de dienstplicht gekregen. Hierdoor kan hij een relatief rustig leven leiden met zijn jonge vrouw Michiko.
De mijn heeft als doel om zoveel mogelijk erts te winnen voor het vervaardigen van staal ten behoeve van de oorlog, ongeacht de consequenties voor de Chinese mijnwerkers.
Op het moment dat Kaji de leiding krijgt over 500 gevangenen die te werk worden gesteld in de mijn, komt hij in de problemen met zijn geweten en humanistische levensvisie gezien de oorlog op een onverbiddelijk tempo doorgaat.
Als hij er vervolgens van beschuldigd wordt dat hij betrokken is bij een ontsnappingspoging van een aantal gevangenen, blijkt de dienstplicht onvermijdelijk voor Kaji. Hij moet alsnog het leger in. Kan hij nog mens blijven in een situatie die onmenselijk is?
Deze totaalroman is werkelijk fraai en vlot geschreven en verdeeld over maarliefst drie (uitgebreide) delen.
Tot slot is de roman ook nog eens prachtig verfilmd door Masaki Kobayashi in de vorm van een trilogie onder de titel The Human Condition (Ningen no Jôken).
Weergaloos. Bijna 1400 pagina’s waar je als een trein doorheen gaat. Knap hoe de dilemma’s hoe te leven binnen de oorlogsmachine die Japan is, en hoe je menselijke waarden daarbinnen overeind kan blijven houden. Je leeft jaren met de hoofdpersoon mee, maar ook met de bele andere personages die aan het woord komen en wiens gedachtes ook vaak kan volgen. Hoewel het feitelijk van kwaad tot erger wordt, heb je nergens het gevoel dat het te veel, te lang is, daarvoor gebeurt er binnen het grote verhaal te veel en leef je met alle personages mee.
Het is wonderlijk dat dit boek in de jaren ‘50 in Japan zo’n succes is geworden, het geeft een ander beeld van de stereotype Japanse samenleving in de oorlog.
Voor wie de kans krijgt de verfilming ooit te zien van Kobayashi: aarzel niet. In 10 uur is het een waardige bewerking van dit grootse boek. Kanttekening, na het terugzien van wat stukken uit de film: de film volgt heel nauw het boek, maar de viezigheid, de stank, die in het boek naar voren komt, de smerige omstandigheden zijn in de film veel gestyleerder.
Moest onwillekeurig denken aan Maarten Koning, de hoofdpersoon van Het Bureau. Kaji, de held van Menselijke voorwaarden lijkt op hem qua onzekerheden, superioriteitsgevoel, eigenzinnigheid, intelligentie en moreel besef, al zijn de omstandigheden waaronder Kari leeft honderd slagen serieuzer dan die van het bureau voor volkskunde. Een Japanner tijdens de Tweede Wereldoorlog, probeer daar maar eens sympathie voor te winnen. Het is Gomikawa gelukt, al maakt hij zijn held wel erg edel. Nog een weetje: de vernederingen in het Nederlandse leger zijn peanuts in vergelijking met wat er in het Japanse leger gebeurde. Ik heb bewondering voor schrijvers van turven, maar zou toch een ster meer hebben gegeven als het boek 500 pagina’s dunner was geweest. Dan waren het er nog 900 geweest.
Wat een prachtig boek, over een verschrikkelijke geschiedenis. Het boek weet van het begin tot het eind te boeien, heeft een enorme spanning in zich en kan de dilemma's van vandaag de dag verwerken in een geschiedenis die voor mij onbekend was. Gomikawa weet de vragen van de hoofdpersoon tot de eigen vragen te maken, maakt er geen held van, maar laat de dilemma's zien, die het leven met zich meebrengt. Het boek heeft me behoorlijk in beslag genomen, en de mengeling van het boek en de artikelen in de krant anno 2019 vermengden zich tot een ware ervaring die nu het boek uit is, tot ontwenning leidt.
Gestopt na 470 bladzijden. Het is goed geschreven, maar echt veel en veel te dik. Er worden in dit boek erg veel mensen afgetuigd door machtswellustelingen, met als excuus dat het oorlog is. En vrouwen zijn er alleen maar om mooi te zijn en braaf hun mannen te volgen.
Waar te beginnen met het schrijven over dit boek. Ik heb dit boek in eerste instantie ontvangen als luisterboek, maar dat viel wel heel erg tegen. De 'stem' las dit boek voor zoals je dat bij anime-films tegen komt, zoals Pokemon. Dat was vervelend, en ik was blij om te merken dat dit boek ook in het Kobo Plus abonnement beschikbaar was. Toen ging het lezen op eens stukken sneller en het verhaal ook duidelijker.
Het centrale punt in dit boek is vooral, 'kun je je nog beschaafd blijven gedragen in onbeschaafde tijden'. De hoofdpersoon Kaji, een Japanner van ongeveer 20, goed opgeleid, stelt zich deze vraag steeds, eerst als personeelschef bij een groot mijnbouwbedrijf, waar hij ook de verantwoording draagt over zo'n 600 'speciale krachten', een mooie naam voor dwangarbeiders. Ook later in het leger, en tijdens zijn tocht terug naar huis blijft hij zich dat afvragen. Stap voor stap moet hij een laag van zijn menselijkheid af pellen om te overleven.
Samen met zijn vrouw, Michiko, probeert Kaji te oorlog te ontvluchten. Hij krijgt een vrijstelling van dienst áls hij een overplaatsing naar een mijn in Laohuling accepteert. Eenmaal daar komt hij tot de ontdekking dat ook hier de oorlog het leven beheerst. Al vrij snel krijgt hij de leiding over een groep dwangarbeiders. De Militaire Politie dwingt hem om hen goed te bewaken, maar biedt geen steun aan. Kaji probeert de dwangarbeiders een zo menswaardig bestaan te laten leiden, om zo hun vertrouwen te winnen. Gedeeltelijk lukt hem dat, maar toch blijven ze hem zien als een Japanse overheerser zien. Ha een paar ontsnappingen dreigt de MP met harde maatregelen. Als dan alsnog 7 dwangarbeiders proberen te ontsnappen, slaan zij keihard toe. De 7 worden ter dood veroordeeld, ondanks Kaji pogingen dit te voorkomen. Na 3 onthoofdingen lukt het Kaji om de 4e en volgende te stappen. Dit heeft echter grote gevolgen voor hem. De Militaire Politie pakt hem op en als straf wordt hij gedwongen het leger in te gaan.
Hier begint dan echt het ontluisterende deel van het boek. Het Japanse leger is hard, keihard voor zijn soldaten. Niet alleen gedurende de trainingen, maar ook daarna. Rekruten worden mishandeld door oudere-jaars, geweld onderling is niets bijzonders. In het Japens leger tellen dienstjaren zwaarder dan het aantal sterren op je schouder. Zo is het niet ongewoon dat een 4-jaars soldaat der 2e klasse een 2e-jaar soldaat der 1e klasse geheel negeert.
Kaji wordt ingedeeld bij het Kwantungleger dat in Mantsjoerije gestationeerd. Ook in het leger probeert Kaji humanist te blijven, maar dat valt hem zwaar. Hij wordt van humanist, groepsleider, scherpschutter, moordenaar en bandiet. Dit alles om te overleven.
Als de oorlog over is, wil hij zich niet overgeven aan de Russen, maar wil hij zijn vrijheid behouden. Hij start met de thuisreis naar zijn Michiko, een thuisreis die langs vele obstakels gaat. Door zijn moed en zijn onverschrokkenheid krijgt hij langzamerhand een steeds grotere groep achter zich aan. Uiteindelijk ziet hij echter geen andere mogelijkheid dan zich alsnog over te geven en in krijgsgevangenschap te gaan. Opnieuw wordt hij de verschrikkingen van het Japanse leger ingezogen (de Japanse (onder)officieren proberen het gezag weer terug te krijgen, iets wat hen door de Russen oogluikend wordt toegestaan). Na de dood van een van zijn vrienden lukt het hem om uit krijgsgevangenschap te ontsnappen en reist hij weer, dit maal alleen, richting Laohuling waar zijn vrouw woont.
Het boek geeft ons een inkijk in de Japanse oorlogsherinneringen. De stijl van Gomikawa is goed. Zijn zinnen zijn niet nodeloos ingewikkeld wanneer de situatie dat vereist, maar kort en bondig. Een prachtig boek over een verschrikkelijke geschiedenis die ons Nederlanders lang onbekend is gebleven. Een lange zit is dit wel. Ik heb er ruim 45 uur overgedaan om het boek te lezen, maar het was zeer de moeite waard.
Eenvoudige rechttoe-rechtaan literatuur die daarom niet minder aangrijpend is. Authentiek anti-oorlogsepos dat ook schitterend verfilmd is. De auteur was geen sand in eigen land omdat zijn werk zogezegd vulgair was (lees: veel verkocht) en sentimenteel (enkel liefde voor zijn Michiko houdt Kaji op de been temidden van al het geweld). Zou redelijk auto-biografisch zijn. In de stijl van De Tolk Van Java van Alfred Birney of De Goede Moordenaar van Jef Geeraerts, al is dat laatste (louter literair) wel sterker en experimenteler. Zie Menselijke Voorwaarden ook nooit gepubliceerd geraakt zijn in het Vlaanderen van de jaren ‘50. Wat waren die Japanners schaamteloos viriel. Wellicht is het boek canon zoals Tolstojs Oorlog en Vrede. Heb de 1400 blz. verslonden na zelfs de film gezien te hebben. Het gaat over de ziel, niet alleen de Japanse, en de vraag wanneer een mens ophoudt mens te zijn. Na deze literatuur ben je pacifist voor het leven. Er is niks maar dan ook niks nobel aan een ander mens te kleineren en in het ultieme geval te vernietigen. Eigenlijk is macht onmacht. Dikke pluim voor het vertaalproject van Jacques Westerhoven.
Op pagina 362 staat de titel en op pagina 939 een spelfout dikke shoutout naar Jacques Westerhoven voor deze schitterende vertaling
De afgelopen drie weken heb ik mij (misschien wel beschamend) veel bezig gehouden met een boek. Toch, ter verdediging: het was denk ik het dikste boek dat ik tot nu toe in mijn leven gelezen heb, en ik betwijfel eigenlijk toch wel een beetje of ik nog een dikkere ga lezen. Een oorlogsepos van duizend vierhonderd en veertig pagina’s die (zo heb ik horen zeggen) op meesterlijke manier verfilmd is in wat ik mensen de beste trilogie ooit heb horen noemen. Een Japanse bestseller die toch pas in 2018 voor het eerst in een Westerse taal is uitgegeven, het levenswerk van Junpei Gomikawa. Het gaat hier inderdaad over het boek ‘menselijke voorwaarden’. Maar misschien ken je hem beter als ‘the human condition’ zoals de filmtrilogie bekend staat. Dat is ook hoe ik initieel over dit verhaal te horen heb gekregen. Ik had een tijdje geleden tijdens een college (dat de aandacht van mij en wat medestudenten niet kon trekken) een discussie die opbloeide: is ‘hoe tem je een draak’ een top 5 film trilogie aller tijden. Ik was de enige die zei van niet (een positie waar ik nog steeds achter sta overigens). Maar deze discussie deed mij toch denken: wat zouden de film critici, de echte kenners, nu het beste vinden. Op de IMDb staat Lord Of The rings steevast op 1, en daar zal wel nooit een andere trilogie over heen komen. Maar op letterboxd viel mij iets op, een trilogie die erboven stond: the human condition van Masaki Kobayashi. Ik heb toen een hele tijd gezocht naar de DVDs, die heb ik gevonden en toen kwam ik er pas achter dat er ook een boek van is. Vertaald naar het Nederlands door Jacques Westerhoven (de goat!). Ik besloot mijzelf een uitdaging voor de neus te zetten en deze eerst maar te lezen. Het boek is verdeeld in drie delen, en elk deel in twee boeken. In feite zijn dit dus zes boeken. In alle zes de boeken volgen we Kaji, een Japanse man die tijdens de tweede wereldoorlog wordt opgeroepen om zijn kantoorbaan achter zich te laten en te komen werken in een mijn in Laohuling, om het glorieuze Kwantungleger te dienen. Hier staat wel tegenover dat hij dan niet het leger in hoeft. In een periode van nationale onzekerheid grijp je elke kans aan op zekerheid die je hebt. In tegenstelling tot veel andere Japanners, heeft hij geen rotvast vertrouwen in dit haast heilige Kwantungleger om de oorlog te overwinnen. De grondstof rekensom klopt niet. Echter, door dit fel onder woorden te brengen verspreid je anti-keizerlijke praat en riskeer je toch ernstige consequenties. Kaji is echter toch fel tegen de oorlog en is van plan in de mijn alles op alles te zetten om zichzelf niet als ‘Japanse duivel’, maar als humanist te vertonen. Hij is immers een mens, toch? En als hij zich beestachtig gedraagt, tot in hoeverre heeft hij dan nog het recht zichzelf een mens te noemen? Gedreven door zijn morele kompas en zijn eeuwige liefde voor zijn vrouw Michiko gaat hij proberen om deze oorlog als humanist, mens en vooral levend door te komen. Ik zou graag meer over het verhaal willen schrijven, maar ik vrees toch dat ik dan aan het spoilen ga en dat zou zonde zijn (ik zeg dat wel alsof iemand dit boek n.a.v. mijn halfbakken review zal gaan lezen. Die kans zit er dik niet in. Maar toch he, een soort principe is het denk ik waar ik me aan vasthoud zoals Kaji zich aan andere, belangrijkere, principes vast probeert te houden). Wat ik echter wél kan zeggen is dat ik dit boek hartstikke vermakelijk vond. Ik heb er echt veel tijd in zitten, meer dan ik zelfs verwacht had. Ik heb reviews gelezen die het boek als volgt beschreven: ‘Bijna 1400 pagina’s waar je als een trein doorheen gaat’ (ik kijk naar jou nu Gertjan, wie je ook mag zijn). Ik denk dat ik andere treinen gewend ben. Het las allemaal hartstikke prima en alles was duidelijk, maar het duurt wel gewoon allemaal. Ik ben echt geen langzame lezer, maar ik moest hier wel steeds even goed voor gaan zitten. Dat deerde allemaal niet enorm, maar goed ja. Het zijn wel gewoon 1400 pagina’s, daar kun je niet echt omheen (1350 eigenlijk als we real zijn. Achterin staat allemaal informatie over de schrijver en de tijdsperiode enzo) dus wees daar op voorbereid. Historische boeken trekken mij denk ik wel, en dat bleek hierbij dan maar weer. Het boek is tamelijk realistisch, daar die schrijver het grotendeels op zijn eigen ervaringen tijdens de tweede wereldoorlog heeft gebaseerd. En dat vind ik toch wel gaaf eigenlijk. Ik haat best veel op Japan, heb het daar niet enorm mee, maar verdorie ze kunnen wel schrijven zeg. En wat kunnen wij Nederlanders toch vertalen. Jacques Westerhoven verdient een standbeeld (of tenminste een wikipedia pagina). Alle boeken die ik gelezen heb die door hem zijn vertaald zijn boeken waar ik tamelijk van genoten heb. Toeval, of..? Ik vond het best gaaf dat er bepaalde stukken in een Japans dialect zijn geschreven in het boek, en die heeft hij in een Brabants (?) dialect in het boek opgeschreven. Vond ik leuk. Ik merkte dat ik rond pagina 600 ofzo een beetje in de contramine raakte (ik heb dit woord geleerd uit het boek en wilde deze graag eens toepassen). Maar ik had het toen ook drukker met de uni en de hele dag excursie, dus of het lag aan het boek of de omstandigheden weet ik niet helemaal, misschien moet ik hem nog eens lezen. Ooit. Dat zal ik sowieso wel doen denk ik, ik heb mij kostelijk vermaakt en het is toch wat zonde om dat boek dan te kopen en hem daarna in de kast te laten verpieteren. Mijn favoriete deel van het boek was het derde deel (en dan van het derde deel het vijfde boek). Ik ben wel echt enorm STOM geweest want ik heb mij voor het lezen laten spoilen door een review, en dat was echt dood- en doodzonde. Ik weet niet meer welke review het was of waar ik die gelezen heb, maar toch ben ik er mild ontevreden over. Terada was mijn favoriete karakter, al vond ik Shinjo en Obara ook erg leuk om over te lezen. Ik heb dit boek nu vijf sterren gegeven, een behoorlijke score, maar ik weet niet echt of dat is omdat het echt zo’n briljant boek was of omdat ik gewoon graag wíl dat het goed is nadat ik er al die tijd in heb gestopt. Heel veel maakt dit niet uit, maar ik wilde het gewoon wel even benoemd hebben. Ik zou iedereen aanraden dit boek te lezen, omdat het zeker een heel mooi inzicht geeft van de Japanse mentaliteit tijdens de tweede wereldoorlog. Iets dat volgens mij erg waardevol is om over te lezen. Het lijkt me dus bijzonder sterk dat iemand dit boek gaat lezen door deze review, dus deze aanbeveling zal op dovemansoren vallen. Maar heel veel maakt dat allemaal niet uit. Ik heb erg genoten van het lezen (dat denk ik althans), en dat is aan het einde van de dag het belangrijkste
Gomikawa beschrijft een onmenselijke verhaal. Onmenselijk omdat het dilemma tussen goed doen en overleven voortdurend op de proef wordt gesteld en onmenselijk omdat het systeem waarin de onderdrukte mens moet leven zo hardvochtig is. Daarnaast leidt het morele standpunt dat bijdraagt een een vermenselijking van de omstandigheden tot onmenselijk zware offers. De schrijver weet het relaas gedurende 1500 pagina's indrukwekkend en meeslepend te laten zijn. Tot en met de laatste zin. Niets menselijk is ons vreemd, zelfs niet het onmenselijke. Gomikawa heeft veel van het geschrevene zelf ondervonden. Vele duizenden moeten dergelijke offers hebben gebracht. Ook dit maakt dit boek een monument in een prachtige vertaling.
Het is razend knap hoe Gomikawa de lezer binnenvoert in de strijd van zijn held Kaji voor het goede. In de mijn in Mantsjoerije waar hij naar toe wordt gestuurd en later in het leger dat strijdt tegen de Sovjet Unie, maakt hij ongewild vuile handen, maar steeds probeert hij mens te blijven. De lezer leeft met hem mee tot het einde aan toe en wordt niet bedolven onder ingewikkelde manoeuvres of een overvloed aan namen. Weergaloos, dat iemand zo schrijven kan!
Een verhaal zonder weerga verteld zonder opsmuk of ellenlange bespiegelingen maar met een ongelooflijke detaillering. Dat het boek 60 jaar geleden is geschreven is niet te merken. Alhoewel het verhaal zich afspeelt in een voor mij onbekende omgeving en periode zijn de gebeurtenissen universeel en herkenbaar. Het boek leest als een thriller en kent een grote spanningsboog.
Laat je niet afschrikken door het aantal pagina,s want dit is een pracht boek. Het "verhaal" opzich geeft de zinloosheid van de oorlog aan, met vooral alleen maar verliezers aan beide kanten.
De hoofdpersoon Kaji is een denker en idealist, hij probeert altijd het beste te doen voor anderen en verafschuwt onrecht. Dit komt hem duur te staan.
Dit boek bestaat uit 3 delen, die ook weer zijn onderverdeeld in 2 delen. De Mijn Het Leger De weg naar huis
Uit het voorwoord "...Ik kreeg het briljante idee te willen bestuderen of iemand onder bepaalde voorwaarden nog wel mens kan zijn"
Ben blij dat dit boek vertaald is, ook veel verklaringen in het boek en de Levensloop van Junpei Gomikaw.
Ondanks het verdrietige verhaal heb ik van dit boek genoten omdat het zo menselijk is beschreven. Had vaak een brok in de keel en zeker op het einde.. Heeft diepe indruk op me gemaakt.
Zoiets heb ik nog nooit gelezen, wat een verhaal. Niet altijd prettig om te lezen, het gaat nu eenmaal over de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog, maar altijd even fascinerend: van de mijn tot in de bergen. Ontzettend goed vertaald ook, nergens stroef en de accenten zijn slim en goed uitgevoerd. Een beetje sip dat deze joekel uit is.
It was a long journey with Kaji, in every chapter the writer gave hope, made me and Kaji believe in magic, believe in that people get what they deserve. It was very emotional reading for me, the last 10pages were the hardest to read, but I'm glad that I have finished the 700 pages of book (in Russian).
Een van de meest indrukwekkende boeken dat ik al gelezen heb. Hoe menselijk kun je blijven in extreme situaties. De mooie intenties van deze hoofdpersoon op dit vlak die zo onder druk komen te staan om te kunnen blijven overleven. Het zijn 1500 pagina's, maar het leest als een trein.
Wat een leeservaring! De morele vraag "Hoe hou je je staande en je geweten zuiver in de waanzin van een oorlog". De belevenissen en overwegingen van Kaji houden je 1500 flinterdunne blaadjes in de ban.
Tjongejonge, wat een boek. Qua stijl ruk (komt wellicht doordat het een vertaling is?), maar qua verhaal indrukwekkend. Ben wel blij dat ik er nu klaar mee ben, merk ik. Ik heb maandenlang met Kaji geleefd en dat was mooi en ik zal hem nooit vergeten, maar nu graag even wat anders.