Het naderende einde van de jaren negentig. Twee jonge meisjes groeien op ergens tussen stad en achterland. Vikki wordt door haar wereldvreemde moeder aan haar lot overgelaten en sleept haar vriendin mee op een ontdekkingstocht naar de wereld en zichzelf. In de loop der jaren komt hun vriendschap op scherp te staan; Vikki gaat steeds verder met het verleggen van grenzen en verlangt van haar vriendin volledige overgave. Tot de nacht waarin het onherroepelijk misgaat.
Het wolfgetal is een buitengewoon zintuiglijke en duistere roman over een ontsporende pubervriendschap. Met haar stilistische brille en haar hoogst eigen gevoel voor humor weet Laura van der Haar de lezer tot het bittere einde in haar greep te houden.
Laura van der Haar (1982) is de auteur van onder meer de romans Het wolfgetal (2018) en Een week of vier (2020, longlist Libris Literatuur Prijs), de vrolijke essaybundel Loslopen (2019) en het historische non-fictieboek Rooswijk 1740 (2021). Ze debuteerde met de dichtbundel Bodemdrang (2014) nadat ze het Nederlands Kampioenschap Poetry Slam won. Van der Haar heeft een achtergrond als archeologe, maakte de podcast Het Volkskrantgeluid en schreef satirische stukken voor De Speld . De kuil is haar eerste roman bij De Bezige Bij.
Originele taal, erg goed gevat voor de hoofdpersoon (een pubermeisje) en vol verwijzingen naar hoe het was om op te groeien in de jaren negentig. Ik heb op momenten bijna koortsachtig zitten lezen; korte scène na korte scène, toewerkend naar een noodlottige gebeurtenis. Dat die eraan komt weet je, want al vanaf de eerste bladzijde worden die scènes afgewisseld met zinnen die uit een autopsierapport lijken te komen. Heel erg sterke debuutroman.
In deze debuutroman zet Laura van der Haar de objectieve verslaglegging van een autopsierapport en een psychiatrische evaluatie tegenover de spreektaal van twee ontluikende tienervrouwen. Alsof een Grieks koor het onvermijdelijke noodlot aankondigt van hoe de ik-figuur zich zal verliezen in haar BFF-relatie (Best Friends Forever!) met Vickie. Totale overgave aan 'haar zonnetje' als dé manier om verzet te bieden aan alle saaie, belerende volwassenen die geen weet meer hebben die heftige pubergevoelswereld, maar wel steeds rigide kaders willen aanbrengen met regeltjes, voorwaarden en eisen. Die kwetsbare leeftijdsfase waarin scheldkannonades, ruzies/conflicten en slechte seks manieren zijn om eigen grenzen te ontdekken, of op te rekken. Maar de echte wereld is niet grenzeloos en kleine beslissingen kunnen grote gevolgen hebben, terwijl deze twee jonge vrouwen nog niet het morele besef hebben om voorbij hun egoïstische behoeftes en onzekerheden te kijken. Alle ingrediënten voor 'een boek met een belangrijke boodschap' zijn er - over kwetsbare, onbegrepen jongeren uit verschillende milieus, waar zowel instituties als de maatschappij geen vat op hebben - maar Laura van der Haar schreef toch vooral een inktzwarte komedie met een ontroerend slotstuk. Of hoe dat lichtelijk misantrope tienerperspectief, vol vileine observaties naar volwassen treurzakken die het goede willen maar het verkeerde doen, ragfijn blootlegt hoe hypocriet kleinburgerlijkheid en goede zeden eigenlijk zijn.
Van der Haar beschrijft een vriendschap tussen twee totaal verschillende meisjes in de jaren '90.
Woorden die bij me opkomen na het lezen van dit boek zijn: rauw, beklemmend en authentiek. Rauw omdat het de hardheid van het leven laat zien en het bijna voelt alsof je als lezer de hoofdrolspelers kunt aanraken. Beklemmend vanwege het grote ongeluk en de precisie waarmee Van der Haar dit beschrijft. Deze passages grepen me soms naar de keel. Authentiek omdat ik het een verrassend en origineel plot vind. Het verhaal is niet te vergelijken met boeken die ik eerder gelezen heb.
Aan het begin van het boek worden de jaren negentig door je strot geramd als een hand Smiths Wokkels met de Flippo er nog tussen, maar misschien zat mijn tattooketting daarvoor gewoon te strak om mijn nek...
Erg mooi geschreven. Poëtisch bijna. Steeds korte hoofdstukken, scènes uit een tienertijd. De ik-persoon blijft naamloos; voor zowel haar als de lezer draait alles om de relatie met 'best friend 4-evah' Vikki. Een meisje bij wie, denk je al gauw, een steekje los zit. De ik-persoon, met wiens blik we alles zien en (niet) begrijpen, is echter idolaat van haar, zodat je als lezer ook (ijdel) blijft hopen dat al Vikki's streken en gemanipuleer eigenlijk maar onschuldig blijken te zijn. Uiteraard loopt het allemaal gruwelijk fout en dat weet je al vanaf het begin(de hoofdstukken worden afgewisseld met korte zinnen uit een sectierapport), maar het boek draait niet per se om het plot, maar om de vriendschap tussen de twee meisjes en hoe die vorm krijgt en heeft. Erg mooi beschreven door de auteur. Soms wel een griebelmomentje, want Van der Haar heeft er plezier in om 'vieze' dingen minutieus te beschrijven. Een soort nagels-over-schoolbordmomenten, maar dan op schrift - denk: met een naald onder een duimnagel poeren, en dan die naald steeds verder duwen.. aargh!
Laura van der Haar weet alles heel mooi en gedetailleerd te beschrijven. Van de vriendschap tussen de twee meisjes tot de omgeving. Je ziet de natuur voor je, het veen, de kraanwagens… Je ruikt de natuur, je ruikt de mengeling van shag, alcohol en wierook. Het sijpelt allemaal tussen de regels door en daardoor kruip je nog dichter in het verhaal.
Eerste deel kwam ik moeilijk door, vooral omdat ik het heel naar vond om te lezen, werd een beetje ontstemd van de vriendschap. Het verhaal deed me op een gegeven moment denken aan de film 'thirteen', voornamelijk de overtuigingen mbt de seksuele handelingen. Naar het einde toe was het interessanter om te lezen en kon ik hem in een ruk uitlezen. Maar al met al was ik door de eerste helft niet overtuigd van meer sterren.
This entire review has been hidden because of spoilers.
Zo ontzettend goed geschreven. Dit boek gaat over een zeer beklemmende vriendschap. Soms schreeuwde ik bijna hardop: 'Doe normaal!', maar toch bleef ik met liefde doorlezen omdat de schrijfster alles zo mooi, onbevooroordeeld en rustig observerend beschrijft. Een genot om te lezen.
In 2012 deed Laura van der Haar, volgens haarzelf per ongeluk, mee aan een poëzieslag en werd in dat jaar de winnaar van het Nederlands Kampioenschap Poetry Slam. Een paar jaar later stelde ze haar gedichtenbundel Bodemdrang samen en dat betekende eveneens het einde van haar carrière als archeoloog. Ze ging zich vanaf dat moment volledig toeleggen op schrijven. Zo heeft ze bijvoorbeeld bijgedragen aan de satirische website De Speld en ook aan de Nederlandse versie van VICE. Verder begon ze met het schrijven van een eerste roman. Dit romandebuut, Het wolfgetal, is in het voorjaar van 2018 verschenen.
Het is het einde van de jaren negentig. Twee elfjarige meisjes raken met elkaar bevriend en groeien op in een provinciestad. Ze staan aan het begin van hun puberteit en hebben dus de leeftijd om te ontdekken. Zowel zichzelf als de omgeving om zich heen. Vikki, een van de twee, verlegt haar grenzen steeds meer en verwacht dit ook van haar vriendin. Nadat ze, samen met een ander meisje, een avond uit zijn geweest, gaat er iets gigantisch fout. Het is zelfs zo erg dat dit hun vriendschap danig onder druk zet.
Een openingszin is belangrijk voor een boek. Zo’n zin kan een verhaal, nog voordat het begonnen is, maken of breken, maar wat het in ieder geval moet doen, is de lezer nieuwsgierig maken. Dat doet deze zin in Het wolfgetal zonder meer, het trekt de aandacht en blijft gedurende het verhaal zonder meer hangen. Natuurlijk is dit niet het enige waar de lezer nieuwsgierig naar wordt. Dat wordt hij ook naar Vikki en haar naamloze vriendin, de ik-figuur vanuit wier perspectief het verhaal wordt verteld. Naarmate het verhaal vordert, wordt er steeds meer een tip van de sluier opgelicht en daarom kom je ook meer over beide meisjes te weten. Dat creëert een spanningsveld, dat overigens nog eens wordt versterkt doordat sommige hoofdstukken afgewisseld worden met eerst fragmenten uit een autopsierapport en later uit het verslag van een psychiater. Uit dat eerste blijkt dat er iets gebeurd is, maar wat dat dan is en over wie het gaat, is aanvankelijk nog niet duidelijk. Dat wordt het gedurende de plot, en dat was min of meer te voorzien, wel, maar het gevoel van spanning verdwijnt daardoor niet.
Het wolfgetal is vooral een verhaal van twee meisjes in de puberteit. Wat hen beweegt, waar ze zich mee bezighouden. De ene keer hebben ze nog wat van een kind over zich, maar het andere moment pretenderen ze al heel wat te zijn. Dat wordt door Van der Haar erg goed beschreven, ze heeft zich in de gedachtewereld verplaatst van meisjes van die leeftijd en weet dat dus ook goed over te brengen. Soms denk je zelfs dat ze haar uit eigen ervaringen in het verhaal verwerkt heeft. Hoewel de vertelster en Vikki uit totaal verschillende milieus komen, lijkt hun vriendschap daar niet onder te lijden. Die is innig, zelfs zo erg dat de lezer de indruk krijgt dat het verder gaat dan alleen maar dat. Zelfs als ze elkaar, vele jaren later, weer tegenkomen, pakken ze de draag als vanouds weer op. Beide meisjes zijn het belangrijkst voor het verhaal, hun personages zijn dan ook prima uitgewerkt en zorgen voor een heel acceptabele diepgang.
Van der Haar weet in een vlotte schrijfstijl met soms mooi geformuleerde zinnen ook de toon van de jaren negentig goed neer te zetten. Tijdens de plot worden gerezen vragen beantwoord en dat gebeurt ook in de ontknoping. Desondanks kan de lezer aan het eind toch het gevoel hebben dat het verhaal niet helemaal af is. Omdat er wel enkele onbeantwoorde vragen overblijven. Dat neemt echter niet weg dat de auteur met Het wolfgetal een bijzonder innemende debuutroman geschreven heeft.
In haar romandebuut Het wolfgetal beschrijft Laura van der Haar de twee tienerlevens van Vikki en haar beste vriendin die als naamloze verteller fungeert. Vikki is een getroebleerd meisje dat thuis wordt verwaarloosd. Haar moeder heeft vooral oog voor haar spirituele werkzaamheden waardoor Vikki nergens heen kan met haar stemmingswisselingen, angsten en sombere gedachten. De verteller lijkt zich hier eveneens niet zo van bewust. Ze geniet van de kleine notes, die soms lezen als liefdesbriefjes, die Vikki voor haar achterlaat, en is gefascineerd door haar lef, kennis en ervaring. Zelfs haar ‘afgeratste lip’ die ‘rafelend overgaat in de volle rechterhelft van haar mond’ heeft voor de verteller een onverklaarbare charme. Als hun pubervriendschap duistere vormen aan begint te nemen, blijft de verteller alles slikken wat Vikki doet en van haar verlangt. Alleen haar ouders zien bij vlagen dat hun dochter verkeerd beïnvloed raakt en stellen meermaals ‘een kleine Vikki-pauze voor’. Maar pubers luisteren niet naar hun ouders, en dat is de verteller ook beslist niet van plan te doen.
Wil je mijn volledige recensie lezen? Ga dan naar elineschrijfthier.nl. ↖️
Interessant geschreven, afwisselend met in het begin een autopsie rapport. In het begin denk je steeds: hoe past dit nou weer in dit verhaal? Deze verhaallijn maakt erg nieuwsgierig! De "gewone verhaallijn" over de ik-persoon en Vikki vond ik beklemmend, origineel en bizar. Zoiets heb ik nog nooit gelezen. Sommige stukken drijven je echt tot wanhoop waarbij je de ik-persoon even stevig door elkaar wilt rammelen. Jammer genoeg heb ik te lang over het eerste stuk gedaan, waardoor ik er niet meer helemaal in zat. Echter ben ik voor de laatste 150-200 bladzijdes echt gaan zitten en die las ik dan ook achter elkaar uit.
Een knap beschreven verhaal over hoe de vriendschap tussen twee pubermeisjes geheel uit de hand kan lopen. Hoewel bij de een uiteindelijk alles wel goed komt, zou ik het boek niet aanraden aan moeders van pubermeisjes. Het is heftig, maar niet onrealistisch. Bij aanvang van het boek zitten de meisjes nog op de basisschool. Vikki vertoont dan al destructieve en jaloerse trekken en claimt de vriendschap met de ik-figuur. Als lezer wilde ik ze wel uit elkaar rukken omdat de een hulp nodig heeft en de ander een eigen leven. Of de schrijfster deze mening ook heeft, kom je niet te weten. Het boek wordt geheel geschreven vanuit het perspectief van de ik-figuur, de vriendin van Vikki. Daarin zit geen enkel oordeel. We zien en beleven de gebeurtenissen door haar ogen.
Ik hou van romans waarbij je helemaal in de huid van het hoofdpersonage kruipt. Het is alsof je tijdens het lezen verdwijnt uit je eigen leven, om de wereld door de ogen van een ander te beleven. ‘Wolfgetal’ van Laura van der Haar is zo’n boek. Ze schetst op bijzondere wijze een bijzondere vriendschap tussen twee pubermeisjes. Ik moest vaak denken aan mijn eigen vriendschap met mijn ‘beste’ vriendin als tiener. Ook het tijdsbeeld - het boek speelt in de jaren negentig - is heel herkenbaar. Het boek bevat een thrillerelement, waardoor de spanning gedurende het verhaal flink oploopt. Daarbij lardeert Van der Haar het verhaal van de vriendschapschap met korte fragmenten uit een forensisch rapport en later met de aantekeningen van een GGZ-behandelaar. Deze keuze vind ik minder sterk; de citaten zijn overbodig en doen wat gekunsteld aan qua taalgebruik. Het verhaal zelf is juist in een fijnzinnige, tintelende stijl geschreven. Die schrijfstijl krijgt veel lof in vrijwel alle recensies die ik las over Wolfgetal, en terecht. Aanrader dus, dit boek. Het verdient zeker een plek in je vakantiekoffer!
Wolfgetal krast in je ziel, kruipt als vuil onder je nagels, geurt naar lichamen die te lang in het water hebben gelegen. van der Haar imponeert met dit destructieve BFF noodlotsdrama. Ze schrijft heel zintuiglijk, heel beeldend, eigenlijk heel mooi, ware het niet dat het zo'n gruwelijk verhaal is. Niet iets waar je blij van wordt en alvast geen zomerliteratuur. Wolfgetal laat een bittere nasmaak achter, een wee gevoel van verwarring en angst, alsof je stikt in een mengsel van spinnenwebben en waterplanten (Margje toch). Krachtig als je dit kunt teweegbrengen bij je lezer!
2 Sterren, net te weinig. 3? Teveel. Ik wist het maar niet. 2,5 dan.
Ik werd heen en weer geslingerd tussen fascinatie en afschuw. Bizarre vriendschap. Te veel smerige details. Ik wilde doorlezen en ook weer niet.
Door het abrupte einde (e-book, ik voelde het eindelijk letterlijk niet aankomen) 2,5 sterren. Toch een beetje teleurgesteld en ik blijf met een aantal vragen achter en daar houd ik persoonlijk niet zo van.
'Als je alles wilt delen moet een van de twee altijd wat meer zijn best doen.'
Op de achterflap wordt dit een zintuiglijke roman genoemd, dat is een rake omschrijving. En verder: even terugdenken aan puber zijn in de jaren '90. Flik flaks, Heartbreak High, Toni Braxton.
Pubertoon goed getroffen, misschien wel te veel, op shockeren gericht, effectbejag, al past dat wel goed bij de karakters. Maar het gaat enorm irriteren, net als in het echt. De tekst zit te dicht op de werkelijkheid, te weinig gecomponeerd om de lezer te boeien. Er zit nauwelijks ontwikkeling in.
JA! Spannend, verdrietig, rauw, donker, toch ook nostalgisch met al die jaren-negentig-referenties en bovenal heel mooi en stilistisch geschreven. Echt een aanrader.
Meeslepend en spannend. Het boek zakt eigenlijk nergens in. Je krijgt langzaam meer zicht op de bijzondere vriendschap tussen deze meiden. De beklemming groeit terwijl het verhaal heel aannemelijk blijft. Heel knap en mooi geschreven.
4.5* Echt een mooi en indringend boek, ik heb al lange tijd niet zo snel iets willen uitlezen. Het klopt gewoon. De pubergevoelens en -vriendschap zijn heel goed gevangen in de sfeer en toon. Knap hoe Van der Haar een personage heeft geschreven dat zo intens, destructief en manipulatief is als Vikki (ook als lezer is ze moeilijk te verteren) zonder haar te ontmenselijken: uiteindelijk wil jij evengoed niet dat ze in de steek gelaten wordt. Alleen in het vertel-tempo kon ik me af en toe niet helemaal vinden, er waren wat stukken die wat mij betreft wat korter of juist wat minder gehaast hadden gemogen.
Ondanks de lovende recensies, heb ik dit boek maar één derde volgehouden. Een beetje zoals "Het Smelt" van Lize Spit, een beetje zoals "De avond is ongemak" van Marieke Lucas Rijneveld, maar vooral heel wat minder goed geschreven. Het verhaal kabbelt voort. De verhalen van 3 puberende meisjes, ze gingen vooral heel snel vervelen...
4,5 sterren. Rauw en realistisch. Herkenbaar en voorstelbaar. Aanrader voor iedereen geboren in deze periode.
Af toe alleen werden zaken uit de jaren '90 genoemd irrelevant voor het verhaal maar om te benadrukken dat het zich in deze periode afspeelde. Jammer. Anders waren het 5 sterren.
Het verhaal speelt zich af in de negentiger jaren en de schrijfster laat het puberleven in die tijd herkenbaar en geloofwaardig zien. Maar het boek levert geen vrolijke leeservaring op; het is een beklemmend verhaal.
Vikki is een getroebleerd, verwaarloosd, explosief en gedoemd probleemkind in een probleemgezin, met een afwezige vader en een moeder die volledig opgaat in haar zweverigheid. Ze rookt, drinkt en rommelt met foute jongens. Maar ze is ook stoer, autonoom, en onweerstaanbaar voor haar vriendin, de naamloze ik-figuur (ik refereer aan haar met X), bij wie ze een onvoorwaardelijke, exclusieve vriendschap die grenst aan verliefdheid, afdwingt met brieven, telefoontjes en bezweringen dat ze er altijd voor elkaar zijn: zij tweeën tegen de rest van de wereld. X, een kind uit de middenklasse, met ouders die die vriendschap bezorgd aanzien, wordt door Vikki uit haar saaie leventje gehaald en is idolaat van haar. Ze laat zich gewillig op sleeptouw nemen naar dranklokalen en jongens.
Vikki is destructief; voor dieren (insecten, pissebedden, een paard), voor haar vriendin, en voor zichzelf.
Als de vriendinnen naar twee verschillende middelbare scholen gaan, ontspoort Vikki pas echt. Margje, een bedeesd meisje waar X ook mee bevriend is (maar niet in de verste verte zoals met Vikki), gaat naar dezelfde school als X en Vikki’s jaloezie stijgt naar gevaarlijke hoogtes.
Natuurlijk gaat het fout. De vriendschap explodeert. Ze krijgen ruzie over jongens, ze wonen niet meer in elkaars buurt, ze groeien intellectueel en sociaal uit elkaar, en uiteindelijk verliest X Vikki uit het oog.
Het einde, dat zich jaren later afspeelt, is anders dan ik had verwacht, en liever, maar ook wat tam.
Laura van der Haar heeft een zintuigelijke en beeldende manier van schrijven. Wat overigens niet altijd even aangename beschrijvingen oplevert. Plastische beschrijvingen van piemels, van pijpen, van sadistisch gerotzooi met dieren, van een door X gevonden lijk.
Soms zweemt dat naar effectbejag. Zo begint het boek met kutje kijken en een per-ongeluk-expresplas, en dat doet aan als een doorzichtige poging de aandacht van de lezer te trekken.
Het eerste deel, als de meisjes nog samen op de basisschool zitten, is (te) lang; het wordt vooral gebruikt om de twee personages te tekenen; maar die karakters zijn op een gegeven moment wel duidelijk.
De ik-persoon groeit op in de jaren 90 (herkenbare items als de Nintendo en de kleding). Gedurende het verhaal neemt ze je mee in alle ontwikkelingen die een puber ondergaat: vriendschappen, ruzies met ouders, alchohol etc. Tot ze Vikki ontmoet. Vikki is zacht gezegd wat apart, krijgt een vrije opvoeding wat tegenovergesteld staat aan die van de Ik. Zij worstelt dan ook hoe ze met Vikki’s gedrag en denkwijze om moet gaan. Als lezer kan je je daar goed in verplaatsen door de goede schrijfstijl. Je krijgt een duidelijk beeld en soms voel je je wat ongemakkelijk omdat je niet weet hoe je zelf zou reageren op bepaalde onhandige acties.
Het interessante aan de opbouw is dat na vrijwel elk hoofstuk een deel uit een autoptierapport/psychisch rapport te lezen is. Je weet hierdoor als lezer dat er iets staat te gebeuren. Op de fatale avond gaan ik, Vikki en Margje naar een feest. Margje zal echter niet meer thuiskomen (geen spoiler, weet je al vrij snel), maar wat is er gebeurd en vooral: wie heeft het gedaan? De schrijfster neemt je mee op deze zoektocht die verwikkeld is met het puberale opgroeien, het ontdekken van alles en vooral het jezelf leren kennen. Ergens pakte het boek me wel, maar ergens ook weer niet. Wel, omdat de thema’s goed zijn uitgewerkt op een interessante manier. Niet, omdat het naar mijn mening wat te lang duurt.
Huiverachtig mooi. Ik vind het waanzinnig goed hoe de schrijfster zo treffend het puberleven beschrijft. Doordat het in de ik-persoon is geschreven, kun je je daar goed in verplaatsen. Het maakt het ook heel geloofwaardig dat de ik-persoon zo opgaat in de vriendschap met Vikki, ook al voel je dat er iets niet goed zit aan Vikki. Zoals de vreemde vragen die ze in haar briefjes stelt, haar verhouding tot jongens, haar thuissituatie. Alles wijst er op dat er daar iets niet klopt, op een gegeven moment komt er ook hulp, maar daar wordt heel puberaal tegen afgezet en de ik-persoon gaat daar vanzelfsprekend in mee. Er wordt ook redelijk veel me suggestie gewerkt, zoals over de spijker in Croky's hoef en wat er op de laatste avond van Margje gebeurd is. Pas aan het eind, als ze ouder zijn en letterlijk van elkaar verwijderd, verandert er iets in de idee van de ik-persoon. De beeldspraak die in het boek gebruikt is, vind ik erg mooi, er valt ook wat dat betreft een hoop te genieten in dit boek.