Marten Toonder (2 May 1912 – 27 July 2005) was a Dutch comic strip creator. He was probably the most successful comic artist in the Netherlands and had a great influence on the Dutch language by introducing new words and expressions. He is most famous for his series Tom Puss and Panda.
'Een misselijk gedoe' bundelt drie Bommelverhalen uit 1949/1950, een periode (1948-1952) waarin Bommel en Tom Poes de kinderverhaaltjes begonnen te ontgroeien, maar diepere lagen nog zeldzaam waren. 'De betoverde prinses' is het sterkste van de drie: dit is het allereerste verhaal waarin Heer Bommel aan trouwen denkt. Maar zijn keuze blijkt een enorme misser: voor hij het weet is hij helemaal ingepalmd door de dominante prinses Berta, en heer Bommel is teveel een heer om dit vrouwmens zijn slot uit te zetten. Het is aan Tom Poes om zijn probleem op te lossen.
'Kwetal de breinbaas' introduceert de geniale dwerg Kwetal die in 26 Bommelverhalen zou optreden, tot en met het één-na-laatste verhaal ('het Bommel-verschiet, 1985). In dit verhaal weet Toonder duidelijk nog niet zo goed wat Kwetal eigenlijk is: hij is hier vooral uitvinder en niet zozeer lid van 'het kleine volk'. Hij staat hier al duidelijk op een ongeletterde manier in relatie met de natuur, maar is hier nog ook in staat om een formule te schrijven, die door wetenschappers gelezen kan worden. Deze discrepantie zit ook nog in zijn tweede verhaal, 'De daadsteller' (1955, zie 'Bedenk eens wat, Tom Poes!'), en pas met 'De toornviolen' (1960, zie 'Kommer en kwel') is hij helemaal zichzelf. Uiteindelijk is dit verhaal nogal richtingloos en matig, maar het introduceert wel al het woord 'denkraam'.
'Het lijmteem' is het zwakste verhaal uit deze bundel en één van de zwakste Bommelverhalen überhaupt. het is een vermoeiend avonturenverhaal over parelmoerproducerende slakken. Het tekenwerk wordt wel langzaam beter, met strook 966 als voorlopig hoogtepunt.