Na een geniaal inzicht vertrekt sterrenkundige Julie naar het stille Amerikaanse hooggebergte voor de vuurproef van haar theorie. Televisiebioloog Thomas de Poes reist haar achterna in een poging hun eerste gênante ontmoeting recht te zetten. In zijn tas zijn levensverhaal, opgetekend door de geplaagde schrijver Maarten Schrepel.
Drie mensen die tegen wil en dank elkaars leven onstuimig in beweging zetten. Op wervelende wijze toont Daniël Samkalden ons hun complete verschillende gedachtewerelden en laat hij hun paden kruisen tot in de duisterste uithoeken op aarde. Ieder voor zich moeten ze de vraag zien te beantwoorden of ze hun lot kunnen ontlopen of het hebben te dragen.
Niet bijzonder goed of slecht, eerder bevreemdend. Normaliter zie ik altijd beelden voor me terwijl ik lees, hier vond ik dat voor bepaalde passages (zeker deze met Julie) geen eenvoudige opgave… Het was dus een tikkeltje op karakter uitlezen en uitkijken naar het volgende boek.
Een alternatieve leeservaring. Sommige hoofdstukken laten het midden tussen hallucinaties en wartaal. Geen touw aan vast te knopen, maar ‘t zal aan mij liggen, anderen zullen Nova geniaal vinden. Op andere momenten vond ik het weer fijn leesbaar: het liefdesavontuur in de bergen, de wandeling naar de bedreigde gorilla’s en de ongemakkelijke gesprekken op de burelen van een moderne uitgeverij. Voor de rest voelde ik mij verloren tussen onbegrijpelijke astrologische experimenten en berekeningen rondom een afgelegen sterrenwacht.
De term nova is in de kosmologie voorbehouden voor een ster die plotseling uitbarst. In de buitenste gaslaag stapelen atomen afkomstig van nabije hemellichamen zich op tot het punt dat er kernreacties ontstaan. Bij een dergelijke uitbarsting komt zoveel energie vrij dat de helderheid van de ster tot wel honderdduizend keer groter wordt, met als gevolg dat het hier op aarde lijkt alsof er uit de oneindige duisternis van de ruimte plots een nieuwe ster tevoorschijn komt.
Het is tevens in deze donkerte – de ruimte tussen dat wat we kennen – dat wij moeten gaan zoeken naar wie wij echt zijn, naar onze drijfveren en verlangens, tot de antwoorden als het ware oplichten aan de hemel. Of juist niet natuurlijk.
Dit is een boek dat twee kanten op kan. Of je vond het verschrikkelijk slecht, geen draad aan vast te hangen en ronduit vaag. Of je vond het fantastisch, meeslepend, herkenbaar in het gevoel dat prachtig beschreven wordt en het doet he stilstaan bij je eigen pad in het leven. Ikzelf categoriseer mij in het tweede standpunt. Één van de beste boeken die ik tot nu toe heb mogen lezen
‘Waarom wandel ik toch zo weinig, vroeg hij zich af. Als ik iedere dag een uur had gewandeld, had mijn leven er nu heel anders uitgezien. Dan was ik een man geweest met overzicht. Zonder buik. (p. 119)
Niet slecht, niet goed. Over het algemeen is het een goedgeschreven boek, alleen is het verhaal nogal oppervlakkig en sommige passages zijn zo onduidelijk dat je niet weet wat er aan de hand is. (En Julie is een behoorlijk irritant personage)