Was macht einen zur Mutter? Besonders dann, wenn man sein Kind nicht selbst auf die Welt gebracht hat? Als Saskia mit ihrer Freundin Juli ein Kind bekommt, verschieben sich die Koordinaten ihres Lebens. Alles richtet sich neu aus. Auf dem Papier ist sie Mutter, innerlich wachsen Zweifel.Juli möchte ein Kind. Saskia nicht. Trotzdem gibt sie irgendwann nach, und Juli bringt ihren gemeinsamen Sohn Saul zur Welt. Doch Saskias Muttergefühle lassen auf sich warten, eine Schieflage, die das Familiengefüge immer stärker kippen lässt. Das Paar entscheidet, Sauls leiblichen Vater Karl und dessen Familie zu besuchen. Auf der abgelegenen kanadischen Hippieinsel muss Saskia sich ihren innersten Ängsten stellen.Zwischen ihr und Juli wachsen die Spannungen, Karls Mutter, die dreißig identische moosgrüne Gewänder besitzt, füttert Saul ununterbrochen mit selbstgebackenen Keksen, und immer wieder bricht das WLAN zusammen und damit auch jeglicher Kontakt zur Außenwelt. Dann reist Karl überraschend ab, und Saskia gerät mitten hinein in einen alten Familienzwist, der sie und ihren Sohn ganz unmittelbar betrifft."Ein Buch von epischem Ausmaß."De Volkskrant
Saskia de Coster (1976) publiceert in literaire tijdschriften, schrijft filmscenario’s en is de auteur van de romans Vrije val (2002), Jeuk (2004), Eeuwige roem (2006) en Held (2007). Ze werd door humo en De Groene Amsterdammer verkozen tot een van de twintig beste schrijvers jonger dan 35 jaar. Held werd genomineerd voor de BNG Literatuurprijs en won de Cutting Edge Award Beste Nederlandstalige Roman 2007. Andere genomineerden waren Arnon Grunberg met Tirza en Annelies Verbeke met Groener Gras.
The Flemish writer Saskia de Coster (° 1976) writes about the issue of parenthood, within the context of a lesbian relationship, very similar to her own situation. She zooms in on how the very unsympathetic protagonist Saskia struggles to give this parenting a place in her live. This novel was a mixed bag to me: it contains relevant musings, but as a story it just didn't resonate with me. Dutch review below.
Ouderschap, het is nooit een evident gegeven. En daarvoor hoef je niet eens mee-moeder te zijn, zoals in deze roman, waarin Saskia De Coster wel heel erg dicht bij haar persoonlijke verhaal lijkt te komen. Ze voert een bijzonder antipathieke Saskia ten tonele die in een lesbische relatie haar partner een kind gunt, ook al ziet ze dat zelf niet zitten. Tot in den treure wordt er afgerekend met die interne demon, ingekleed in het verhaal van het verblijf op een Canadees eiland, bij de familie van de donor-vader Karl, die zelf met een aantal demonen blijkt te worstelen. De compositie is erg gevarieerd en gelukkig maar, want er gebeurt heel weinig in deze roman; het accent ligt op het louteringsproces waar Saskia door moet. Ik moet zeggen: ik had moeite om te connecteren met het verhaal en met de voortdurende introspectie en flashbacks van de worstelende protagoniste. Niet alle verhaallijnen zijn even goed uitgewerkt en de catharsis-afloop voelde erg geforceerd en zelfs ronduit melig aan. De droge stijl, in vele korte zinnen met af en toe erg goedkope metaforen, droeg ook al niet bij tot extra leesplezier. Het spijt me, niks voor mij, deze roman.
Hiervoor las ik een boek van John Irving, een rasechte verhalenverteller. Dit is het eerste boek dat ik lees van Saskia de Coster (dus mijn mening is enkel gebaseerd op dit boek) maar zij is het tegenovergestelde van een verhalenverteller. Zij vertelt over gevoelens, gedachtegangen, fragmenten van het leven.
Laat ons dus zeggen dat de overgang nogal abrupt was, en dat in het begin de klik er niet was. Neen, dacht ik, dit is niets voor mij, soms staan er mooie zinnen en rake observeringen tussen, maar dit is me allemaal net wat te gefragmenteerd. Ik herken me niet in Saskia, die helemaal niet een ouder wil zijn. Ik herken me niet in Juli, die precies een echte perfecte ouder is. Ikzelf val daar immers tussenin. (Zoals de meeste mensen?) En dan nog op zo een raar eiland.
Maar toch. De klik kwam er wel. Misschien wel door de directheid waarmee Saskia de Coster schrijft, in dit boek dat zoveel biografische elementen bevat. Als lezer heb je er het raden naar wat echt is en wat niet, maar dat verandert niets aan de emotionele kracht van wat ze vertelt. Langzamerhand word je geraakt door de frustraties van Saskia. Net zoals je wordt geraakt door de frustraties van Juli, die er ook blijken te zijn. (We dragen allemaal frustraties in ons)
Want. Er zijn zoveel vormen van moederliefde, en dit prachtig boek raakt uiteindelijk perfect de kern.
Op een dag gaan we allemaal dood Maar al de andere dagen ontwaken we en worden we bevrijd.
Nachtouders geeft een bijzonder perspectief op ouderschap, namelijk van een niet-biologische moeder.
Het begin van het boek vind ik heel prettig lezen, er is veel afwisseling in het boek en het is op een interessante manier geschreven (vooral de dialogen). Dit vond ik wel verfrissend. Het boek gaat over moederschap maar ook meer dan dat, de vele gevoelens die daarbij komen kijken (al helemaal vanuit het bijzondere perspectief van de hoofdpersoon).
Het tweede deel van het boek gaat voor mij echter (bijna letterlijk) een beetje de mist in. Je wordt meegenomen in de verwarring van de hoofdpersoon. Dit is symbolisch gezien misschien wel geplaatst en mooi, maar ik kon het boek zelf niet meer zo goed volgen. De vreemde relatie met de biologische vader van Saul en zijn familie kon ik echt niet meer volgen. Er wordt een soort ''moeilijkdoenerij schrijven'' gecreëerd waar ik gewoon niet zo van houd.
Gewoon lezen. Omdat het zo mooi is. Maar ook omdat het je op de momenten dat je twijfelt en denkt dat je alles verknalt en dat je de enige bent, eraan herinnert dat dat niet zo is. We verknallen allemaal samen en dat is niet erg.
Mijn leesplezier ging op en neer als een sinus-functie en eindigde waar die begon: in het midden.
De band van 'moeder' tot kind: zeer overtuigend. Het hele hippie-dorp gebeuren: mwah. Sommige metaforen: schitterend. Andere metaforen: pffft. En ga zo maar door.
Bijzonder inkijkje in de gedachten van een niet-biologische moeder. Spijtig dat de hoofdpersoon Saskia heet en van beroep schrijfster is. Daardoor betrapte ik me tijdens het lezen regelmatig op de vraag: in hoeverre is dit autobiografisch? - een storende gedachte tijdens het lezen van zo'n mooi verhaal.
Ich hätte dieses Buch gern empfohlen, kann es aber nicht. Saskia de Coster erzählt in "Eine echte Mutter" (übersetzt von Isabel Hessel) von Juli und Saskia, die gemeinsam einen Sohn bekommen. Saskia gibt Julis Kinderwunsch irgendwann nach, der Vater ist Saskias Freund Karl. Ein Künstler, der in Kanada mit seiner Hippiefamilie lebt. Dorthin brechen die beiden Frauen nach der Geburt ihres Sohnes auf. Ich hätte diesen Roman über lesbische Elternschaft so gern gefeiert, doch er ist problematisch und in seiner Struktur zu verwirrend. Die Geschichte ist in sehr viele Kapitel unterteilt, die zum Teil nur eine Seite lang sind und aus unterschiedlichen Perspektiven erzählt werden. Zum einen erzählt Saskia in der Ich-Perspektive, dann gibt es Kapitel in Dialogform, in denen die beiden Frauen im Bett liegen und reden. Zum anderen gibt es einen auktorialen Erzähler, der Szenen aus der Vergangenheit und der Gegenwart schildert. Zu allem Überfluss gibt es noch ein Notizbuch, das über die beiden Frauen geführt wird. Somit haben wir vier verschiedene Formen, die nicht alle funktionieren; es bleibt mir ein Rätsel, warum die Autorin sich nicht auf weniger Perspektiven beschränkt hat. Problematisch wird es zusätzlich durch die Verwendung des N-Wortes. Unbegreiflich, dass es diese Formulierung durchs Lektorat geschafft hat. Keine gute Lektüre.
Tweede boek dat ik van Saskia de Coster lees en opnieuw heel graag gelezen. Bij de start moest ik wel wennen aan de structuur, zeker het "Schrift" deel in 3e persoon, maar eens ik dat gewoon was vond ik het heel vlot lezen. En de gevoelens zijn zo raak beschreven, de twijfels overvallen niet alleen niet-biologische mama's... Heel vaak zat ik te knikken en mompelen dat was bij mij ook... Hoe het er op het hippie-eiland aan toe gaat is een ander paar mouwen natuurlijk, maar ook daar passen de sfeer en de situaties bij het moment en de gevoelens van het hoofdpersonage, dus mooi geheel eigenlijk.
Een aangrijpend verhaal over ouderschap en de obstakels als je niet de biologische ouder van je kind bent. Saskia (fictief karakter) en Juli besluiten als hun zoon (Saul) 1 jaar oud is, om naar Canada te gaan. Canada, het thuisland van Karl, een heel goede vriend én de donor van Saul. Ze reizen af naar een klein eiland waar de familie van Karl leeft in een commune; met bijbehorende rituelen en het liefst geen/zo min mogelijk contact met de buitenwereld. Hier wordt het gezin met open armen ontvangen en zouden ze een deel van hun sabbatical spenderen. Maar een week wordt twee weken. Twee weken worden drie weken. Drie weken worden vier weken. Etc. Saskia wordt steeds wantrouwender naar de familie van Karl en haar kind. Het lijkt alsof er zich onder het verwelkomende uiterlijk van de familie lugubere geheimen bevinden...........
Ik vond de schrijfstijl tamelijk briljant, vooral de dialogen waren ontroerend, schrijnend en grappig. Alhoewel ik nog mijn twijfels had bij wat nu eigenlijk het genre van dit boek is, zou ik dit zeker aanraden en vond ik het een heel bijzonder en snel lezend boek.
Het eerste boek dat ik lees van Saskia de Coster en dat ze kan schrijven is zeker! Ik hou van haar schrijfstijl en ik hou ook enorm van semi-biografische boeken maar toch kwam ik maar moeilijk in het verhaal. Misschien omdat ik wat moeite had met het onderscheid tussen de verschillende delen die steeds terugkwamen. Niettemin ben ik toch nieuwsgierig naar haar andere boeken. Ze gebruikt ook goeie metaforen zonder dat die geforceerd aanvoelen.
Het begin vond ik best oké maar ergens halverwege had ik wat moeite om verder te lezen, het ging wat in ups en downs maar al bij al vond ik het verhaal wel goed. Het is pas het eerste boek dat ik van haar lees en ik wil zeker andere romans een kans geven, tips altijd welkom! :)
Saskia De Coster weet hoe ze een boek moet schrijven. De twijfels over moeder zijn, gezin zijn lijken mij heel oprecht. Het in eerste instantie idyllische hippie-eiland gaat langzaam richting nachtmerrie. Mooi !
Het begin van dit boek leest fantastisch. De Coster slaagt erin haar verhaal van persoonlijk tot universeel te maken, waardoor dit niet leest als de zoveelste persoonlijke beschrijving van het ouderschap, maar veel ruimer kan gezien worden.
===MOGELIJKE SPOILERS HIERONDER===
Op twee manieren gaat dit boek vervolgens de mist in. De beloofde verderzetting van de reis blijft uit, waardoor niet alleen Saskia zelf, maar ook de lezer op zijn honger blijft zitten. Ik begrijp dat de Coster dit waarschijnlijk bewust heeft gedaan, om de lezer ook haar eigen verwarring te laten ondergaan, en dan ben ik inderdaad heel onvoldaan op het einde van het boek. Op een bepaald moment treedt de Coster ook weer in de cryptische, pseudo-mystieke moeilijkdoenerij waar ik ook in haar vroege werken geen fan van was. De grens tussen realiteit en dwaling vervaagt, helaas op een iets te geforceerde, weinig steekhoudende manier.
Jammer, want voor de rest was ik er echt wel fan van, van de stijl en de inhoud van dit boek.
Saskia, die ergens in het boek terloops vermeldt dat ze het maar niets vindt als schrijvers simpelweg over hun eigen leven schrijven, schrijft over haar eigen leven (of zij lijkt het althans). Het moet ook wel wat zijn: moeder worden zonder ook biologisch moeder te worden. Zeker voor iemand die deze situatie herkent, kan ik me voorstellen dat Nachtouders een mooi boek is dat je meeneemt in het verwarrende eerste jaar.
Zelf kon ik er minder mee. Het lukte me amper mijn aandacht te houden bij een onderwerp dat ver van me afstaat, zeker nu het moment van lezen samenviel met de allesoverheersende uitbraak van de coronacrisis. Waarom dat hele Canadese eiland dan bijvoorbeeld nodig was (oke, o.a. omdat Molly toch ook een moeder met struggles bleek en omdat die afstand van thuis uiteindelijk juist voor wat verbinding met thuis kon zorgen) en in hoeverre alle gebeurtenissen zich nu echt of in Saskia's gedachten afspeelden: de ruimte en zin om daar echt op te reflecteren, ontbrak bij mij.
Mooi geschreven boek over voor het eerst ouder worden als lesbisch echtpaar.
Aantekeningen voor mezelf gemaakt. Wat hierna volgt is één grote spoiler.
Heksen Op 3 juni 2023 bericht de NOS dat op verschillende plekken in Nederland witte bloemen worden gelegd ter nagedachtenis aan de heksenvervolging in de 15e, 16e en 17e eeuw. Tussen 1472 en 1610 zijn 250 heksen terechtgesteld, aldus de Stichting Heksenmonument. Elk individueel geval is vreselijk natuurlijk maar om voor 250 gevallen voor een nationaal monument te strijden… ik twijfel. Inmiddels weten we beter, namelijk dat heksen helemaal niet bestaan. Heksen zijn een sprookje net zoals pratende dieren. Over beide kunnen we boeken lezen en films kijken en begrijpen dat het niet werkelijk is. ‘Heks’ is een metafoor en moet dat vooral blijven. In dat licht vind ik het vreemd dat schrijfster (!) Susan Smit die de beweging voor een nationaal heksenmonument aanvoert, zichzelf een moderne heks noemt, aldus het artikel van NOS. Door zichzelf een heks te noemen erkent ze het bestaan van heksen, wat volgens mij negatief gedrag jegens vrouwen eerder bestendigt dan tegengaat. Het laatste wat we moeten willen is dat er mensen, waarschijnlijk in eng extreemrechts, te hoop gaan lopen tegen afwijkende vrouwen (volgens hun normen van gewoonheid, waarschijnlijk conservatief en mogelijk vrouw-onvriendelijk) zoals de twee hoofdpersonen in dit boek, twee vrouwen die zijn getrouwd en samen een kind hebben gekregen met hulp van een donor. Het is een niet-alledaagse constructie waar we geen moderne heksenjacht op moeten voeren. Misogynie bestaat en moet bestreden worden. Vrouwen die zich misdragen naar andere vrouwen, naar mannen of anderen, bestaan ook. Dat soort vrouwen metaforisch ‘een heks’ noemen, is geen misogynie en ik zie er geen kwaad in. Net zoals je mannen die zich misdragen ‘een hufter’ mag noemen. Volgens Van Dale Etymologisch woordenboek betekent ‘hufter’ overigens ‘iemand die aan de galg hoort’ - voel de parallel met ‘heks’. Heksen bestaan niet, ook moderne niet. Het is onzin.
Gezin Claudia de Breij vertelde in een conference dat ze een doorsneegezin heeft: twee mannen en twee vrouwen; alleen de verdeling is niet helemaal gemiddeld, de twee vrouwen zijn namelijk de ouders en de mannen de kinderen. Zo ook de opzet van dit boek. Een lesbisch getrouwd stel krijgt met hulp van een homoseksuele donorman een zoontje, Saul. De naam Saul is een samentrekking van SAskia en jULi. Het boek gaat er vooral over hoe de niet-biologische moeder dat allemaal ervaart. Met uitstapjes naar de ontdekking van haar lesbische geaardheid, een affaire naast het huwelijk, de rol van de donorman en diens familie in hun leven en dat van hun zoontje, plus alle onzekerheden en ergernissen die elke verse ouder ervaart met een baby, familie, schoonfamilie, instanties, vermoeidheid, ergernissen tussen de echtelieden etc. Saskia, de niet-bio moeder, raakt het gevoel van regie over haar leven kwijt. Deels door zoon Saul en deels door bemoeienis van de hippie-familie van de bio-vader waaraan Saskia zich ergert. De bio-vader zelf, Karl, gedraagt zich overigens heel netjes jegens de twee moeders en houdt afstand van baby Saul maar worstelt met een op te lossen geheim. Pas laat in het verhaal wordt dat geheim onthuld: het verhaal gaat dat Karl zich vroeger op het eiland schuldig heeft gemaakt aan pedofilie met het zoontje van zijn broer. De broers zijn gebrouilleerd en de moeder en anderen geloven het verhaal niet.
Alaska Saskia en Juli reizen met Karl naar zijn familie op een Canadees eiland. Het idee is om zoontje Saul aan de familie te presenteren en Karl en zijn familie een poosje op Saul te laten passen zodat Saskia en Juli naar en door Alaska kunnen reizen. Juli vindt het leuk bij Karls hippiefamilie, Saskia voelt zich niet op haar plaats met het softe zweverige gedoe. Juli trekt op het eiland op met een jonge surfergirl. Consequentie is dat het vertrek naar Alaska steeds wordt uitgesteld totdat Juli Saskia vertelt dat ze niet door wil reizen. Saskia denkt: vanwege de surfergirl. Als lezer denk je: misschien, maar ook dat het kind de twee partners uiteen drijft. ‘Wij’ wordt weer twee maal ‘ik’ plus een nummer drie die sterker met de ene ik verbonden is dan met de andere.
Stijl Nachtouders is mooi en boeiend geschreven. Het bevat allerlei stijlwendingen en ze werken goed. Zo leren we stukje bij beetje Saskia kennen. Geïsoleerd opgegroeid, door ouders weggehouden bij de wereld. Haar seksualiteit mocht er niet zijn. “De indirecte communicatie was het dieet waarmee Saskia opgroeide. Het omfloerste, de schijnbeweging, het schaduwspel, de omwegen.” Een angstige vrouw. De Coster gebruikt haar stijl ook effectief om naar het eind het tempo op te voeren en Saskia steeds verwarder en achterdochtiger te laten zijn.
“Deze man loopt tegen de vijftig. Nog steeds zoekt een wild dier zijn weg uit hem.”
“Saskia voelde vanaf de achterbank hoeveel liefde deze vrouw in zich verborg.”
Einde Het boek eindigt met de realisatie van Saskia dat een moeder niet degene is die een kind baart: “Ik heb geen kind gemaakt, ik heb geen kind, maar het kind heeft mij.” Niet de moeder maakt het kind, maar het kind maakt de moeder. Saskia kiest, na enige twijfel, voor de versie dat Karl onheus is beschuldigd en dat hij gewoon geen vader wil zijn. Ze kan eindelijk haar kind omarmen, of liever gezegd: haar moederschap omarmen. Juli en Saskia komen weer tot elkaar en verlaten het eiland, terug naar het vasteland, naar een leven als gezin met “een vermoeden van later.”
Spook, heks “Een beschuldiging is besmettelijk. Het paarse spook dat niet bestaat.” Of een heks… Op de achterflap staat een citaat van De Coster: “Dit is mijn verhaal, maar het is, denk ik, ook het verhaal van iedere ouder die wel eens gewankeld heeft.”
Herkenbare twijfels over het ouderschap (al is dat er hier (nog) niet). Inzicht in hoe een maatschappij omgaat met vrouwen die houden van vrouwen en kinderen willen. Canada was een verfrissende achtergrond voor de "Vlaamsche" mentaliteit, maar niet alle verhaallijnen op het eiland overtuigden evenveel.
Omdat letterlijk alle ongelezen boeken op mijn planken licht tot zeer deprimerende non-fictie waren, trok ik naar de bib in de hoop er een iets luchtigere roman mee naar huis te nemen. Ik had al een vermoeden dat Nachtouders niet bepaald luchtige kost zou zijn, maar the heart wants what it wants en ik verbrak dan maar mijn eigen belofte. Ik zou ten minste nog eens een roman lezen, dat is al een goed begin. Bovendien zou dit de eerste roman zijn die ik dit jaar van een Nederlandstalige auteur lees..... oeps. Nu ik Nachtouders gelezen heb, schaam ik me extra hard. In tegenstelling tot sommige andere lezers was ik er van in het begin tot in het einde volledig bij. De verschillende vertelvormen stoorden niet maar verbeterden mijn leeservaring. De setting van het Canadese hippie-eiland kwam me ook goed uit: een deel van mijn afkeer ten opzichte van de meer Canonische Vlaamsche Literatuur is bepaald door hoe oer-Vlaams die altijd is. Moet werkelijk elk boek zich afspelen in een Vlaams boerengat waar alles en iedereen betongrijs, treurig, en enggeestig is? In Nachtouders krijg je de steeds herkenbare portie kerktorenmentaliteit mee dankzij de reflecties van Saskia en Juli, maar zij bevinden zich, dank god, uiteindelijk wel op een bebost eiland bewoond door een familie vol Gutmenschen. Ook al blijkt dat deze mensen dezelfde duistere geheimen met zich mee dragen als hun Vlaamse tegenhangers - ik hoefde ten minste niet constant beschrijvingen te lezen van mannen die in een marcelleke en een walm van bier naar de TV zitten te staren, de ronde van Vlaanderen kijkend ofzo. In de plaats daarvan: veel meer water, lucht, bomen, aarde. De balans deed deugd.
Of het herkenbaar is voor "iedere ouder die weleens wankelt", bwa. Tot op zekere hoogte. "Het eigen de Coster-universum", zeker herkenbaar. De meest gestelde vraag in interviews over dit boek is of het een autobiografisch boek is. Ik zou zeggen: lees het vooral als roman, dan kan je mee in alle richtingen zonder dat je wenkbrauwen hoeft te fronsen.
Glavna tema 'Noćnih roditelja' Saskije de Coster jest roditeljstvo, u ovom slučaju lezbijskog para od kojih je jedna (Juli) oduvijek sanjala postati majkom, dok druga (Saskia) nije dijelila isti san kao svoja partnerica. Nakon rođenja sina Saula, obje odlaze na Aljasku u posjet Saulovom biološkom ocu, Saskijinom najboljem prijatelju Karlu. Roman je podijeljen u tri različite faze - aktualnu u kojoj pratimo njihov dolazak na mali otok na Aljasci gdje obitava Karlova mnogobrojna hipi obitelj predvođena matrijarhom Molly, "bilježnicu" u kojoj Saskia dijeli s čitateljima ono što se ne usuđuje reći na glas, te fazu u kojoj nas Saskia vraća u prošlost svoje veze s Juli. 'Noćni roditelji' pitak je roman, rečenice klize zahvaljujući de Costeričinom izuzetnim stilom pisanja, no čitatelj treba biti skoncentriran na radnju koja ponekad zna vrludati. Pred sam kraj knjige, zabrazdila je na trenutak s Karlovom pozadinskom pričom što me je na tren toliko naljutilo da sam htio knjigu baciti u zid i ne dovršiti je. Na svu sreću, ubrzo se korigirala.
In 'Nachtouders' zijn er zinnen en ideeën - over schrijverschap, over (niet-)biologisch ouderschap - die vijf sterren verdienen, absoluut! Ook het vertelperspectief (eenzelfde personage vertelt zowel vanuit de eerste als de derde persoon) fascineerde me, en van de nachtelijke dialogen tussen beide moeders Saskia en Juli - echtelijk gekissebis met flair - of de terugblikken op Saskia's jeugd heb ik genoten. Jammer dat het verhaal een spanningsboog mist die al die lichtpunten met elkaar verbindt. Het verhaal hobbelde en mijn aandacht als lezer daardoor ook.
Da vam budem iskrena, već danima pišem recenziju za ovu knjigu. Noćni roditelji u meni su probudili toliko stvari, otvorili toliko zatvorenih, zaboravljenih vrata i podsjetile me koliko je zapravo roditeljstvo krhka stvar i koliko značenje roditelja, odnosno značenje oca ili majke, ne donosi famozni DNK. Nije svaki roditelj roditelj, kao što ne mora svaki roditelj biti majka ili otac u biološkom smislu. Roditelj je titula koju moraš zaslužiti. Vjerujte mi, ja to znam jer imam osobu uz sebe koja godinama pokazuje mom djetetu što znači biti otac, tata iako ih ne veže krvno srodstvo.
No, ni kod mene nije uvijek sve med i mlijeko. Naravno da uvijek ima propitkivanja radimo li dobro, usmjeravamo ih dobro, savjetujemo li ih dobro. Uvijek postoji strah, pogotovo kod supruga, hoće li ikada čuti rečenicu koja će se nadviti nad nama poput crnog oblaka i koja će biti izgovorena, možda ne namjerno ali koja će pogoditi u najbolnije mjesto – ravno u srce. Jer, svatko tko ima dijete, pa bilo to i dijete s kojim vas veže samo neizmjerna ljubav, sumnja u svoje roditeljstvo, a to nije ništa drugačije s književnicom Saskiom de Coster.
Nije sasvim slučajno što je Saskia de Coster svojoj protagonistici dala svoje ime. Autorica je djelomično svoju priču izgradila na priči vlastita života, iskoristivši je da na njoj izgradi roditeljstvo iz odnosa dviju majki.
Čini se kao autobiografski roman – no je li u potpunosti takav ili djelomično izmišljen, zapravo ne znamo.
Saskia i njezina partnerica Juli postale su majke sina Saula. Juli je biološka majka, dok je Karl, istodobno donor, otac i Saskijina srodna duša. Saskia se – prema novom zakonu – također smatra majkom. Svi odlično igraju svoju ulogu, svatko zna gdje su im granice i tko je zapravo tko. Dijete ima oca, no nikada ga neće zvati ocem jer Saul ima dvije mame, Juli i Saskiu.
No osjeća li se Saskia zaista majkom? Na početku njihove veze Juli je nagovijestila da želi imati djecu. Saskia ni sama nije željela dijete, ali je Juliju razumjela zbog vlastite želje za pisanjem. Njezin jak nagon za pisanjem bilo je dokaz koliko jaka želja može biti. U (naivnoj) pretpostavci da se stvari neće odvijati tako brzo, Saskia je dala prijedlog: odgajat će dijete s Juli ako može zadržati slobodu pisanja. Zapravo, Saskia se sebično nije htjela odreći Juli i njihove veze a sada, s djetetom, Saskia mora pronaći svoju novu ulogu.
Strah od predanosti, roditeljstva, veze, odgovornosti, biti roditelj, nesigurnost sve to osjećamo kroz njezino pripovijedanje.
Za nju, Noćni roditelji poklapaju se s njezinim stanjem duha. Osjeća se izgubljenom i zaglavljenom u svijetu na koji je sama pristala. Smatra se neprikladnom za majčinstvo koje joj ne dolazi prirodno, pa si počinje predbacivati stvari na koje je pristala samo iz straha da ne izgubi voljenu osobu, a koje nije željela.
Ik geef het toe: Ik had er om totaal niet-objectieve redenen lange tijd geen zin in om een boek van Saskia de Coster een kans te geven. Ik had het moeilijk met het discours rond 'geen kinderen willen, dan toch een kind hebben en daar dan stampij rond maken'. Wat een misvatting van mijn kant. Saskia slaagt er me bravoure in om een verhaal te vertellen dat zoveel relevanter is dan haar persoonlijk verhaal. Ze overstijgt het op grootse wijze en schrijft een indrukwekkend eerbetoon aan elke ploeterende mens, ouder of geen ouder (dat is zelfs totaal irrelevant). Dit is een boek over worstelen met het ei waar je uit gekropen bent, over een leven lang zoeken, over het onvermogen om de schoonheid van het moment te zien, over goed willen doen voor iedereen en daarbij je zelf onrecht aandoen. Dit is een boek dat je moet lezen.
Wat een fijne ontdekking, deze Saskia de Coster. Ik herken mezelf op verschillende manieren in haar, en heb genoten van haar beeldende, wat rauwe stijl.
---- De Mercedes snijdt het vlakke, Vlaamse land in tweeën, gooit de helften achteloos achter zich. ---- Prikkeldraad van zenuwen om me heen gewikkeld. ---- Karls woorden krullen van trots. ---- En Saskia kan heel goed doordenken tot alles en iedereen omvalt. Zoals tegen mensen zeggen: Je vindt mij vervelend he, en dat net zo lang blijven herhalen tot ze krijsend weglopen en zeggen: Jij bent niet te doen, zo vervelend, zo vervelend. Dan kun je triomferen: Zie je wel, ik had het toch gezegd. ---- Ik durf mezelf nu een ouder te noemen, een mama. Niet als een naam of een trofee maar wel als een daad. Ik heb geen kind gemaakt, ik heb geen kind, maar het kind heeft mij.
Iedereen die een kind heeft, heeft twijfels over het ouderschap en dat is bij schrijfster Saskia De Coster niet anders. In 'Nachtouders' laat ze haar angsten en vragen de vrije loop tegen het decor van het Canadese hippie-eiland waar de roots van de biologische vader van haar zoontje liggen. Het bezoek aan zijn familie moest een tussenstop op een ontspannen vakantie worden, maar de eigen wetten en drukkende sfeer op het eiland beslissen er anders over. Ik vond het een mooi geschreven verhaal, soms wat zwaar en beladen. Maar elke ouder, al dan niet biologisch, zal er vast iets van zichzelf in ontdekken en herkennen.