Was Leopold II (1835 - 1909) een grote koning of een massamoordenaar? De vorst regeerde vanaf 1865 tot aan zijn dood in 1909 over België en was gedurende 23 jaar de soeverein van Congo-Vrijstaat. Johan Op de Beeck onderzoekt zijn echte verantwoordelijkheid daar. Leopolds leven omvatte echter veel meer dan het koloniale verleden van België. De koning vocht voor de defensie en de economische onafhankelijkheid van zijn prille natie. In zijn omgang met staatshoofden en media getuigde hij van sterk staatsmanschap, zoniet van doortrapte sluwheid. Hij regeerde over België in een van de woeligste periodes. Controversieel is ook zijn privéleven, vol koppigheid, avontuur, bizar gedrag en overspel.
Johan Op de Beeck is a well-known TV face and has had a renowned career in media and journalism for 35 years. Previously, he was active as an anchor of the VRT news, documentary maker, director of Canvas, presenter and interviewer of various talk shows and editor-in-chief of various media at home and abroad. Today he is an independent communications consultant and author of a series of successful non-fiction books, which do very well in the bestseller lists and are always well received.
Op de Beeck is een goed verteller: wie al iets van hem las, weet dat droge geschiedschrijving niet te verwachten valt. Leopold is in dit boek een mens van vlees en bloed, een zoon, echtgenoot, vader en minnaar naast politicus en monarch van België en Congo.
Het is een boek voor iedereen die niets, een beetje, toch wel het één en ander of zelfs redelijk veel weet over België en zijn kolonie tijdens het leven van Leopold II. Er zal voor iedereen iets te leren vallen. Populaire geschiedschrijving dus, geen academisch werkstuk. Een academicus zei – en het was denigrerend bedoeld- dat het een verdienstelijke samenvatting was van veel onderzoek van minstens tien jaar oud. Ik kan daar als leek mee leven. Voor iemand die geen tijd heeft om 20 boeken te lezen over dit onderwerp is het zelfs een kwaliteitslabel, want het betekent dat de feitelijkheid in dit boek waarachtig is.
Op de Beeck durft wel eens speculeren over wat Leopold of één van de andere protagonisten dacht of voelde, maar het wordt dan ook als speculatie met de nodige vraagtekens gepresenteerd. Zo komen de romanlezers toch ook een beetje aan bod zonder aan geschiedkundige kwaliteit in te boeten.
Waarover gaan die 800 bladzijden dan? Over de moeilijke kinder- en jeugdjaren van Leopold en de omstandigheden waarin hij opgroeide met een vader en een omgeving die geen al te hoge pet op had over de nietsnut, over zijn leergeld als prins en senator en zijn ontluikende ambities, zijn gearrangeerd huwelijk en bedpraktijklessen van Prins Albert, gemaal van Queen Victoria. Over zijn reizen en zijn belangstelling voor internationale politiek en economie. Over zijn zakeninstinct. Over zijn politiek instinct, zowel nationaal -schipperend tussen de partijpolitieke kanonnen van zijn tijd- als internationaal -negotiërend met Napoleon III of Bismarck-. Dan natuurlijk over zijn koloniale projecten of territoriumuitbreiding, waar van er velen mislukten of zelfs niet de status van het idee voorbij raakten. Laat u verbazen dat hij op een bepaald moment zelfs een stuk Nederland op het oog had. En dan natuurlijk ook over “zijn” Congo met alles erop en eraan, dus ook weg van de ééndimensionale karikatuur die zo vlot bevochten wordt vandaag. Over Très Vieux en Très Belle, de koning en zijn veel jongere minnares.
Voor mij een goede biografie in een aangename vertelstijl. Zet u in de sofa en laat u een goed verhaal vertellen.
Maar natuurlijk zijn Leopold II en Congo vandaag een erg controversieel onderwerp. De laatste tijd en vooral het laatste jaar is deze geschiedenis zelfs verworden tot een soort grabbelton van anekdotes, beelden en clichés die als munitie moeten dienen in een al even clichématig identitair debat dat het moeilijk maakt om er een beetje met een brede blik naar te kijken. Het boek werd door een aantal recensenten en academici afgebrand, wegens het vergoelijken van de kolonisatie, als ik het zo mag uitdrukken. Laat u niet afschrikken. Lees en oordeel zelf.
Ik heb zelf ter compensatie wat andere boeken gelezen over of grenzend aan de kolonisatie. Later meer daarover.
Johan Op De Beeck is een gevestigde waarde in de journalistieke wereld. Bovendien werd journalistiek hem met de paplepel ingegeven, als zoon van nieuwsanker Ward Op De Beeck, voormalig journalist bij de BRT nieuwsdienst. Als verslaggever heeft hij een heuse carrière opgebouwd, die begon bij de redactie van de BRT, waarna hij gewerkt heeft voor onder andere de internationale nieuwszender Euronews, Kanaal Z, European Journalism Centre, Canvas, etc… . Hij schreef reeds meerdere bestsellers waaronder Het verlies van België, die gaat over het ontstaan van België. Als geschiedenis liefhebber was ik benieuwd naar zijn boeken. Zijn zij echt zo goed of zoals vaak met een hype inhoudelijk teleurstellend? Zijn nieuwste boek geeft ons een inkijk in het leven Leopold II (1835-1909). Het begint bij zijn jeugdjaren waarin hij voorbereid wordt op zijn latere koningschap. Vaak bezorgt hij zijn vader, de eerste vorst van België Leopold I, kopzorgen. Is hij überhaupt wel geschikt om later de taak op zich te nemen een land te leiden? Hiernaast leren we niet alleen de politieke zijde van hem kennen als prins, senator, hertog van Brabant en later als vorst, maar we worden ook meegenomen in zijn privé leven: zijn passie voor reizen, de band met zijn kinderen, zijn (moeilijke) relatie met zijn echtgenote. Natuurlijk mag het thema kolonialisme en de Congo-vrijstaat, waar hij soeverein was, niet ontbreken. Was hij echt verantwoordelijk voor de misdrijven daar gepleegd? Was hij ervan op de hoogte? Vragen uit het verleden die heden terug brandend actueel zijn geworden. Leopold II kwam de laatste maanden terug heel wat onder de (negatieve) aandacht door onder andere de Black Lives Matter-beweging. Men eist dat zijn standbeelden verwijderd of vernietigd worden, net zoals men heeft gedaan met de beeltenissen van sommige dictators zoals bijvoorbeeld met Saddam Hoessein in Irak en met Lenin in Oekraïne. Door de vele media aandacht gaan we als lezer dit boek ook in een ander daglicht plaatsen en interpreteren. Mij gaf dit een dubbel gevoel en ik stelde er mij toch enkele vragen bij. Is het doel eerder commercieel? Een boek geschreven om vruchten te kunnen plukken van de hype rond het hoofdpersonage en werd het hierdoor te snel afgerond? Want er zijn toch wel wat slordigheden in terug te vinden, die vermeden hadden kunnen worden. Ik kreeg tijdens het lezen soms het gevoel dat de research niet overal even grondig gebeurd is. Het boek begint met een sterke inleiding waarin de auteur uitlegt dat hij het niet over Congo zelf zal hebben, maar wel over de rol van koning Leopold II en vanwaar zijn idee kwam van een kolonie. Jammer genoeg kan hij het niveau van de inleiding niet aanhouden wanneer hij het verder in het boek over Congo heeft. Hij trapt namelijk in de valkuil van het kolonialisme en de nog steeds zeer koloniale denkwijze. Hij gaat het toenmalige Congo omschrijven als een maatschappij van ‘primitieve stammen’ (een term waar mijn haren al van gaan rechtstaan) waar kannibalisme normaal leek te zijn (en nu trek ik mijn haren helemaal uit). Dit strookt helemaal niet met de werkelijkheid en geeft geen correct beeld van de toenmalige Congolese staat. Dit geeft enkel weer hoe men eind 19 de eeuw in onze Westerse wereld naar niet Westerse bevolkingsgroepen keek: alles wat niet Westers was, werd gezien als primitief en heidens. Hoe Congo echt was, wordt niet weergegeven in het boek, waardoor de lezers een verkeerd beeld voorgeschoteld wordt.
Naast het politieke leven van Leopold zal het boek ook gaan over hoe de koning was in zijn privéleven. We worden meegenomen op zijn vele reizen. We leren hem kennen als echtgenoot en vader, maar ook als minnaar. Waar andere biografieën over de vorst stoppen gaat het boek van Johan Op De Beeck verder, wat het boek zeker boeiend maakt maar vooral ook origineel. “Met nauwelijks merkbare vleugelslag verhief een arend zich hoog boven de boomtoppen...Leopold staarde naar de hoge Alpenkammen die hem omringden… Maar hun schoonheid bekoorde hem niet. Wat, zo vroeg hij zich af, zat hij hier te doen?’’ Uit bovenstaand citaat blijkt onmiddellijk dat de auteur een mooie, en sterk beeldende schrijfstijl heeft. Als lezer hang je vanaf de eerste pagina aan zijn lippen en de dikke pil van 900 pagina’s verveelt geen seconde. Maar uit het citaat blijkt ook dat waar het aan bronnen ontbreekt, de auteur zelf aanvullingen maakt door in het hoofd van Leopold te kruipen. Hij zal gevoelens en bedenkingen aanhalen die Leopold gemaakt zou hebben en hier gaat het volgens mij mis, want als auteur van non-fictie dien je je aan de feiten te houden. Je kan onmogelijk weten hoe iemand zich op een bepaald moment voelde zonder dat er hier geschreven bronnen over zijn zoals bijvoorbeeld dagboekfragmenten of brieven. Dergelijke aannames kan je je als auteur veroorloven in historisch romans, maar niet bij non-fictie. Hierdoor ontbreekt het bovendien ook aan objectiviteit, de stem en vooral de mening van de auteur is voelbaar doorheen gans het boek. Op zich niets mis mee, maar het blijft non-fictie waarbij er nog steeds ruimte moet overblijven voor de lezers om zich een eigen mening te vormen, wat hier bij Leopold II moeilijk is. Het voelt aan alsof de auteur zijn eigen point of view opdringt bij zijn lezers. Het boek bevat heel wat sappige anekdotes over Leopold’s liefdesleven en zijn bordeelbezoeken, wat enerzijds leuk om te lezen is en voor een leuke afwisseling zorgt tussen de soms droge politieke materie. Anderzijds de vele en te sappige details bieden geen meerwaarde aan het verhaal. Het mocht niet ontbreken in een volledige biografie over de vorst maar door de veelheid wordt het iets waar een geschiedenis liefhebber niet in geïnteresseerd is. Maar waar ik mij het meest aan stoorde na het lezen was dat ik niet overtuigd ben een correct beeld over koning Leopold II gekregen te hebben. Er zijn toch wel wat inhoudelijke slordigheden en er worden aannames gemaakt over Leopolds handelingen en gedachten die de auteur niet kan weten. Johan Op De Beeck heeft met Leopold II een zeer lijvig werk geschreven in zijn gekende, mooie beeldende schrijfwijze. Hierdoor verveelt het boek geen moment. Maar het is en blijft een non-fictie en hierbij is de inhoud ook zeer belangrijk en hier stel ik mij toch af en toe vragen bij. Persoonlijk denk ik dat het fictie werk van Johan mij veel beter zal bevallen! Voor nu kom ik jammer genoeg niet verder dan 2 sterren **
Mooi boek, fantastische koning! Om de auteur te citeren: “Wat andere afschrikte, koesterde hij aan de borst: het kijken over de horizon”. Een visionair dus en een geslepen tactisch denker. Wel met een bovengemiddeld libido, dat wel…
Dat Johan Op de Beeck een goeie biografie kan schrijven was na zijn Napoleon-trilogie en 'De Zonnekoning' al wel duidelijk. Ook deze lost de verwachtingen vlotjes in. Het boek geeft een genuanceerd beeld over onze tweede vorst die we nu vooral kennen van het hele Congoverhaal, maar die ons land in zijn prille begin ook door een woelige (inter)nationale periode heeft geleid. Ik heb hier in ieder geval wel wat van opgestoken en mijn beeld over Leopold II wat bijgesteld. Ik kijk al uit naar zijn volgende biografie!
Mooi geschreven, maar wat een verschil met het laatste boek van Zana Etambala over hetzelfde thema. Amper benadering van het thema vanuit het beeld van de Congolezen. Verheerlijking voor een despoot, maar dat heeft Op de Beeck ook al gepresteerd voor Napoleon. Maar mooi geschreven ...
In de slipstream van BlackLivesMatter-demonstraties (na de moord op George Floyd in de VS) kwam er in 2020 plots een gelijkaardig protest in ons land. Standbeelden van Leopold II werden beklad en gevandaliseerd. Het koloniale verleden van België werd weer actueel in het maatschappelijk debat. Reden te meer om de dikke biografie van Leopold II, die Johan Op de Beeck eveneens vorig jaar uitgaf, te lezen om aldus meer te weten te komen over wie de vorst eigenlijk was. Voor de auteur van dit boek, waaraan hij ongetwijfeld lang gewerkt heeft, was dit een gunstige wending: plots werd het onderwerp van zijn boek weer brandend actueel.
Zoals algemeen geweten was Leopold II (1835-1909) een omstreden vorst, met name omdat hij niet alleen koning der Belgen was (vanaf 1865 tot zijn dood) maar eveneens de souverein van Congo-Vrijstaat (1885-1908). Zelf heeft hij nooit één voet aan land in Congo gezet, maar als politiek verantwoordelijke werd en wordt hij beschuldigd van talrijke misdaden in Congo, volgens sommige activisten zelfs van een ware genocide. Vandaar de acties tegen de standbeelden omdat ze een 'moordenaar' zouden vereren. De biografie die Johan Op de Beeck schreef, gaat deze omstreden facetten van zijn koningschap geenszins uit de weg. Maar het boek schetst ook een veel ruimer beeld van wie hij was. Hij wordt hier beschreven als koning der Belgen, als echtgenoot en vader en als minnaar. Het is immers een publiek geheim dat Leopold II vaak minnaressen had. Ook zijn belangstelling voor architectuur en openbare werken komen aan bod, zo is het bekend dat de vorst een grote stempel heeft gedrukt op het uitzicht van Brussel en van Oostende. Leopold II heeft ook een oog voor de defensie van zijn land, in tegenstelling tot de politieke partijen. Prioritair zijn wel de politieke aspecten, zijn verhouding tot de Belgische regeringen (in die tijd van katholieken of liberalen, later komen ook de socialisten in het parlement). Maar ook zijn droom om voor België een kolonie of handelsposten in verre oorden te vinden. Het blijkt dat de jonge Leopold, al van voor zijn koningschap, een sterke belangstelling had voor het buitenland en vooral voor eventuele economische opportuniteiten voor België. Het verwondert dan ook niet dat Leopold II zijn oog laat vallen op Afrika, een continent dat nog grotendeels onbekend en onontgonnen was. En dat in een tijd dat andere Europese mogendheden eveneens een koloniale politiek voerden. Leopold II, de vorst van een klein en ongebonden landje, moest schipperen om zijn droom te kunnen verwezenlijken. Hij ziet zijn kans schoon in de figuur van ontdekkingsreiziger Henri M. Stanley. Nauwgezet schetst Johan Op de Beeck de verschillende stappen, zowel op het terrein zelf als politiek en diplomatiek, om uiteindelijk tot een Congolese staat te komen. Belangrijk hierin is het congres van Berlijn (1884-1885) dat Leopold II groen licht geeft. Belangrijk om te weten is dat politiek België in het geheel geen zin had in een kolonie, maar wel aanvaardde dat de vorst de souverein werd van een ander land. Tot dan heeft hij zijn plannen goed verpakt in een humanitair kleedje: hij zou de Arabische slavenhandel bestrijden en de beschaving brengen naar primitieve mensen. Beide doelstellingen verloor hij niet uit het oog, maar in de praktijk ging zijn aandacht vooral naar de economische mogelijkheden van Congo. Hij zette daartoe talrijke constructies op . Aanvankelijk investeerde Leopold II zelf veel in zijn kolonie (hij betaalde ambtenaren en militairen) en was Congo alles behalve winstgevend. Maar dat veranderde eind negentiende eeuw met de automobiel en de nood aan rubber voor de banden. Het bleek dat er in Congo veel rubberbomen waren. De exploitatie hiervan bezorgde Leopold II veel inkomsten, maar het was ook de bron van ellende. Het waren de Afrikaanse bewoners die bij wijze van "belastingen" gedwongen werden in de rubberplantages te werken. Begin twintigste eeuw kwamen steeds meer verhalen over misdaden, onderdrukking en ellen de van de zwarte arbeiders aan het licht. Vooral in de Angelsaksische pers verschenen verhalen, getuigenissen en cartoons waarin de koning als een monster afgebeeld werd. Zelf was de vorst op de hoogte van getuigenissen over misbruik en misdadige behandeling en hij probeerde hier iets aan te doen door verordeningen allerhande. Maar op het terrein zelf veranderde niet veel Uiteindelijk liet Leopold II de betichtingen door een internationale commissie onderzoeken. Dat leidde vervolgens tot de overdracht van Congo aan België (1908).
Johan Op de Beeck heeft zich grondig gedocumenteerd, niet alleen door historische boeken maar ook door talrijke archieven te raadplegen. Het resultaat is dan ook een zeer genuanceerd portret van Leopold II. Hij komt hier niet naar voren als een monster dat mensen uitbuitte en liet vermoorden, maar evenmin wordt zijn verantwoordelijkheid voor mistoestanden onder de mat geveegd. Het is belangrijk dat hier alles tot in de puntjes verhaald wordt, zodat alle nuances tot hun recht komen. Voor wie een historische belangsgtelling heeft en zeker voor wie nu wil weten wat er echt gebeurd is in Congo-Vrijstaat is dit boek een 'must read'.
Read half of the book Left it for a year Listened the autors Podcast about Leopold II (and really enjoyed it) Don't really want to continue to read because "I KnOw ThE StOry"
Je hoeft geen geschiedkundige te zijn om dit boek te kunnen lezen. Het leest erg vlot en de auteur slaagt erin om aan te tonen dat niets zo zwart-wit is als het soms lijkt. Een gegeven dat tegenwoordig soms ver te zoeken is...
Eigenlijk is dit boek 5 sterren waard, het is het meest complete boek dat je zal kunnen vinden over Leopold II, het is objectief en zeer goed geschreven.
Maar op een persoonlijk vlak was het moeilijk om door te geraken. Na "De Zonnekoning", was dit boek minder interessant of minder tot de verbeelding sprekend voor een casual geschiedenis liefhebber zoals ik.
Ik heb wel het gevoel dat ik veel heb bijgeleerd en dat ik nu een vrij compleet en objectief beeld heb van deze koning.
Klein minpuntje, toch minstens 2 keer een foutje gezien (bv 1907 ipv 1917 schrijven). 2 foutjes op 800 pagina's is bijna niet noemenswaardig maar toch doe ik het omdat dit boek anders perfect zou zijn. Alsook is €40 voor een boek (met een zeer mooie hardcover) het waard om foutloos te zijn.
Excellent biography of Leopold II. A very controversial figure to this day and quite unlikable, linked to atrocities in the Congo. There are also scandals in his private life such as his liaisons with various women and his alienation from his daughters. The book is extensive and very well written. It clearly aims to be nuanced around this problematic figure.
Miste de schwung uit de Napoleon-biografie van dezelfde auteur maar misschien was Leopold II gewoon minder interessant of gaat de formule na paar keer (er was ook nog de Zonnekoning) wat vervelen.
Ik heb reeds eerder Johan Op de Beecks boek over Lodewijk XIV gelezen en nog enkele andere boeken van hem, maar dit was eerder een tegenvaller. Het is wel heel duidelijk dat er immens veel historisch onderzoek gedaan is om het boek te schrijven en ik wil hier zeker geen afbreuk aan doen. Voor mij zat de teleurstelling eerder in de schrijfstijl, zeker in het begin van het boek is die bijna bizar te noemen: veel heel korte zinnen die amper op elkaar lijken te volgen, zelden een zin die met een onderwerp begint, komma's lijken uit den boze om enkele zinnen met elkaar te verbinden,... Verder in het boek betert dit wel, maar af en toe komt deze stijl toch terug naar boven. Over de inhoud: ik ga akkoord dat Leopold II niet enkel op Congo mag beoordeeld worden, maar dit boek slaat iets te veel de richting van het "goedpraten" in. Bij het lezen kreeg ik sterk het gevoel dat Leopold II naar voor geschoven wordt als onze beste koning ooit. Een laatste opmerking: er staan toch wel meerdere data-fouten in het boek, bvb. een schilderij uit 1710 van iemand die pas meer dan 100 jaar later geboren is?
Het boek begint met een beschrijving van de kille sfeer in het paleis van Laken en het opgelegde huwelijk van de 18-jarige en 1,90 meter grote Leopold met de 16-jarige Marie Henriette van Oostenrijk. Dan volgen de snode plannen van de jonge Leopold (°1835) om in 1854 Nederland aan te vallen en zo het katholieke zuiden en de kolonies te annexeren. De Franse keizer Napoleon III liet weten dat dit niet mocht gebeuren (p. 44).
Op zijn reizen in Egypte (1855 en 1862) ontmoette Leopold twee keer Ferdinand de Lesseps, de bouwer van het Suezkanaal en onderhandelde hij met de (onbetrouwbare) onderkoning over een scheepvaartlijn Antwerpen-Caïro. Op zijn 20ste, dus 21 jaar vóór zijn Congo-avontuur, was hij al veel ondernemender dan het parlement en de regering en stelde hij hun tevergeefs voor om Brussel te voorzien van parken en grote monumenten. Bij diplomaten zoals Lambermont en militairen zoals Brialmont vond hij wel gehoor. En al in 1859 pleitte hij in de senaat voor handel met China. In 1861 en 1866 herhaalde hij dat pleidooi
(p. 75, 98, 113). In 1864-65 reisde hij ernaartoe, maar hij moest vervroegd terugkeren omdat zijn vader op sterven lag. In december 1865 volgde hij hem op. Iedereen was overtuigd van zijn intelligentie en sluwheid. In 1866 wou hij de Filipijnen overkopen van Spanje, maar de verkoop ging niet door. Familiale tegenslagen bleven hem niet gespaard: zijn schoonbroer Maximiliaan werd in Mexico geëxecuteerd (1867), zijn zus Charlotte werd daarop gek, zijn zoontje en troonopvolger Elias stierf in 1869, de relatie met zijn vrouw was slecht. Bovendien wilden zowel Napoleon III als Bismarck België annexeren. Leopold pleitte daarom voor algemene dienstplicht, maar het parlement en de regering boden weerstand tot 1909. En lang vóór Congo, was hij al aan het bouwen in Brussel: de koninklijke serres, lanen, kazernes, de Beurs, parken zoals het Jubelpark en het Zuiderpark (net ten noorden van het Dudenpark), het Justitiepaleis, allemaal tegen de zin van de bekrompen regeringen (p. 177).
Afrika dan. Vanaf 1875 kreeg hij informatie van ontdekkingsreizigers over wantoestanden daar: slavenhandel, verkrachtingen, moorden, kannibalisme, … Hij kon dus iets goeds doen en tegelijk er economische voordelen uit halen.
In 1876 belegde en betaalde hij in zijn paleis in Brussel met succes een grote, geografische conferentie. Er werd een internationale vereniging opgericht voor de verkenning en beschaving van Midden-Afrika. Heel Europa beschouwde Leopold als de leider van de strijd tegen de slavernij, behalve de Belgische en Britse politici en de koninklijke familie, die vreesde dat hij al het geld zou besteden aan Congo.
In 1878 ontving hij Stanley twee keer en vond hij geldschieters zoals bankier Lambert(Rotschild). De exploratie van Congo kon beginnen. Men trof er georganiseerde maatschappijen aan, maar ze hadden slavenhandel en ze martelden slaven dood en vilden ze levend (p. 225). De wreedste slavenhandelaar was wellicht Tippo Tip, een Afrikaanse islamiet. Kannibalisme was een normale zaak in vele regio’s. Begrijpelijk dat velen in Europa zich geroepen voelden om hier beschaving te brengen (p. 226-230).
In 1879 begon Stanley zijn tocht langs de Congostroom. Vanaf 1880 sloot hij vele verdragen met analfabete stamhoofden. Hij kreeg snel concurrentie van Brazza, die voor Frankrijk gebieden inpalmde. Bismarck geloofde niet in Leopolds avontuur en dacht dat hij zijn fortuin zou kwijtspelen. Hij organiseerde in Berlijn een grote Afrika-conferentie (1884-1885) met 15 landen. Grote triomfator was Leopold, die Congo kreeg nadat hij in 8 jaar tijd 29 expedities betaald had. Maar hij was geen sant in eigen land: hij kreeg geen financiële of militaire steun van België (p. 271). In 1886 was hij al 19 miljoen kwijt van zijn fortuin van 50 miljoen BF (p. 315, 319). De inkomsten van Congo bedroegen 10% van de uitgaven: het faillissement kwam dichtbij (p. 332).
In 1887 hield hij in Brussel zijn eerste toespraak in het Nederlands (p. 279). Hoewel hij sociaalvoelend was (hij liet op eigen kosten een groot park aanleggen voor de Brusselse arbeiders), was hij geen voorstander van algemeen stemrecht, dat rond 1890 door de BWP (Belgische Werkliedenpartij) met veel straatgeweld opgeëist werd (p. 347-352). In 1893 werd het algemeen meervoudig stemrecht ingevoerd: het aantal kiezers steeg van 46.000 naar 1,37 miljoen. De socialisten deden hun intrede in het parlement met 28 leden (p. 365).
Toen in 1894 de Engelse wapenhandelaar Stokes opgehangen werd wegens levering van moderne wapens aan de slavenhandelaars, kreeg Leopold de Britse publieke opinie tegen zich (p. 376). In 1897 had hij nog graag Soedan en Egypte veroverd en eventueel ook Marokko, maar dat mislukte. China dan. Al drie pogingen had hij ondernomen: 1859, 1864, 1872. Telkens mislukte hij, deels door tegenwerking van de Belgische regering (p. 416). Hij wou dat België er spoorwegen mocht aanleggen en fabrieken bouwen. Daarom ontving hij in 1896 de Chinese mandarijn Li Hongzhang. In 1897 was het zover: België mocht de spoorweg Beijing-Hankou (nu Wuhan) aanleggen. Daarover gaat een flink deel van het boek van Johan Mattelaer: ‘A Belgian Passage to China’, dat hier niet vermeld wordt.
Rond 1890 vond de Ier Dunlop de rubberband uit. De Fransman Michelin volgde. De behoefte aan rubber schoot de hoogte in: men had het nodig voor autobanden en voor telefoon- en elektriciteitsnetwerken (p. 434). De inlanders werden met geweld verplicht om vaste hoeveelheden rubber in te zamelen en te leveren. Bij de Belgen die toezicht hielden, waren onervaren en wrede figuren. Leopold kwam zelf nooit in Congo, omdat hij als actief staatshoofd geen verre reizen meer mocht maken. Dat gold ook voor de staatshoofden van de buurlanden (p. 440). Geweld was toen helaas eigen aan elk koloniaal systeem en ook in Britse, Franse en Duitse kolonies werden handen afgehakt van gedode rebellen om de afgevuurde kogels te verantwoorden. Pas in 1896 werd het verminken van lijken bij wet verboden. Er werden geen handen afgehakt van levende mensen die te weinig rubber leverden: dat was een fabel, aldus Daniël Vangroenweghe (p. 447-448). De zwaarste vergrijpen speelden zich af in de gebieden van de twee Antwerpse concessiemaatschappijen: de Anversoise en de ABIR (p. 449). In het koninklijk domein was het verboden om dorpen plat te branden, moest men vrouwen, kinderen en privébezit respecteren en mocht men enkel rebellen straffen (p. 450-452).
Vanaf 1888 trokken de Scheutisten naar Congo, op verzoek van Leopold en met de steun van het Vaticaan. Bij de wereldtentoonstellingen in Antwerpen (1885, 1894) en Tervuren (1897) werden dorpen met Congolezen getoond. Toen zag men daar geen probleem in. Leopold maakte zich wel zorgen om de vele betogingen en stakingen die de BWP organiseerde om enkelvoudig mannenstemrecht te krijgen. Dat kwam er in 1919. Al rond 1900 voorzag Leopold een Duitse aanval en pleitte hij bij de regering voor nieuwe forten. Tevergeefs.
In 1902 overleed de koningin in Spa. Leopold zat in een ander kuuroord, Bagnères-de-Luchon, met Blanche Delacroix, een meisje van eenvoudige afkomst, dat hij had leren kennen op de wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs. Het duo haastte zich naar de begrafenis van de vrouw met wie hij 49 jaar meer leed dan vreugde had gedeeld. In dat jaar ontsnapte hij aan een aanslag gepleegd door een anarchist.
In de kolonie kreeg men de rubberarbeiders enkel met grote dwang aan het werk. Dat leidde tot wandaden, die Leopold wel wilde stoppen: hij stuurde een onderzoekscommissie en wenste dat elke wreedheid tegenover inlanders bestraft zou worden (p. 521-527). Maar op de wandaden in de gebieden van de concessiemaatschappijen had men weinig controle. Massamoordenaar Léon Fiévez werd in Boma door de rechtbank dan ook vrijgesproken bij gebrek aan bewijzen.
Pas in 1903-1904 kwam er verandering, maar toen was de internationale en vooral Angelsaksische hetze tegen Leopold niet meer te stoppen. Vooral de Britten Edmund Morel en Roger Casement schreven tegen betaling anti-Leopold-artikelen. De auteur toont aan hoe vooral de Amerikaanse activist Adam Hochschild vals speelde door bewust stukken uit teksten weg te laten (p. 543-550) en hoe Casement een foto verspreidde van een ’afgehakte hand’, die in feite door een wild dier afgebeten was (p. 579). Het onheil was geschied. De Britse activisten repten met geen woord over de veel ergere gedwongen arbeid en zelfs concentratiekampen in hun eigen kolonies en over hun repressie in hun dichtstbijzijnde kolonie Ierland (p. 655-658).
Leopold decreteerde dat inlanders maximum 40 uur per week mochten werken voor de staat, tegen gangbare lonen. In september 1904 stuurde hij een internationale commissie naar Congo om de waarheid te achterhalen. Hun rapport was genuanceerd: verplichte arbeid was het enige dat de inlanders konden leveren in ruil voor een moderne staat. Maar ze moesten vaak te lang werken op te verre afstanden van huis. Nooit had een blanke een hand afgehakt bij een levende Congolees. De rechtspraak was vaak arbitrair en seksuele misbruiken bleven onderbelicht (p. 577-584). Het rapport had gevolgen: de twee Antwerpse concessiemaatschappijen stopten ermee. In 1905 stelde keizer Wilhelm II aan Leopold voor om toe te staan dat Duitsland via België in Frankrijk zou binnenvallen. Als beloning zou België dan de (tijdens Lodewijk XIV) verloren Vlaamse gebieden terugkrijgen.
Leopold trok zich steeds meer terug in Zuid-Frankrijk, samen met zijn Blanche, die in 1906 beviel van een zoontje. Leopold overlaadde Blanche met kastelen en andere geschenken, de socialistische pers met hatelijke scheldwoorden (p. 612-615). Hij reageerde als volgt: “Ik ben de vorst van een klein land met kleine mensen. Heel mijn leven heb ik opgeofferd om hen te dienen. Maar zij behandelen mij als een dief en een moordenaar.” (p. 617). In 1906 was de groothertog van Luxemburg ziek en kinderloos. Leopold deed een bod om het hertogdom, dat in 1839 van België was afgepakt, terug te kopen. Dit mislukte (p. 620-623). In hetzelfde jaar besefte de koning dat hij Congo zou moeten afstaan aan een vijandig België, maar hij wilde zelf de voorwaarden en het tijdstip bepalen. In 1908 gaf hij zich gewonnen (p. 661). De meeste liberale en bijna alle socialistische parlementsleden waren tegen de overname. Vanaf 15 november 1908 was België een koloniale mogendheid, zonder er trots op te zijn. Tot dan had Congo niets gekost aan België, integendeel (p. 661-670).
Rond 1900 had Leopold het grootste deel van zijn fortuin nagelaten aan de ‘Koninklijke Schenking’, dus aan de gemeenschap. Zijn dochters Stephanie en Louise waren boos en spanden een proces in tegen hem, maar ze verloren het (p.676-680).
In 1909 kreeg Leopold een ernstig medisch probleem: zijn dikke darm was geblokkeerd. Op zijn sterfbed won hij nog een decennialange strijd: zijn eis om de algemene legerdienst in te voeren werd verwezenlijkt. Premier Schollaert beperkte ze wel tot één zoon per gezin (p. 688-690). En op zijn sterfbed trouwde hij op zijn 74ste met Blanche Delacroix (26). Op 17 december 1909 overleed hij aan een hersenbloeding, precies op dezelfde dag waarop hij in 1865 koning was geworden. Blanche werd door Goffinet, beheerder van Leopolds vermogen, uit het paleis gezet en mocht op 22 december de begrafenis niet bijwonen (p. 693-700). Dan ontstond de discussie over de erfenis. De Belgische staat, die hem altijd had tegengewerkt, verrijkte zich met het grootste deel, ten koste van zijn drie dochters.
In de laatste twee hoofdstukken zoekt de auteur het antwoord op de vraag: “Hoe groot is de schade die Leopold al dan niet heeft aangericht in Congo?” (p. 714).
België haalde het meeste voordeel uit het project: het investeerde 40 miljoen BF en kreeg er 66 miljoen terug (p.716-717). Voor Leopold stond het overleven van België en van de monarchie voorop. Daarvoor moest het volgens hem een kolonie hebben. Zelfverrijking was niet zijn drijfveer. Congo kostte hem 5 à 10 miljoen BF. België haalde ook voordelen uit zijn bouwwerken en zijn Koninklijke Schenking.
De balans in Congo zelf was minder fraai. Het aantal doden kennen we niet: niemand weet hoeveel inwoners er waren vóór 1885: 15 miljoen? 28 miljoen? Volgens UCL-demograaf Jean-Paul Sanderson waren het er 10 tot maximaal 15 miljoen in 1885 (p. 718). Op sensatie beluste auteurs zoals Hochschild spreken over 10 miljoen doden door het geweld bij de rubberwinning: dan bleef er bijna niemand meer over. Zij verzwijgen ook de andere doodsoorzaken: lage geboortecijfers, voedseltekorten door misoogsten en droogte, stammenoorlogen, slaapziekte, pokken en andere epidemies (p. 719). Bij ontdekkingen ging de sterfte overal omhoog.
Bij Leopold was er alleszins nooit een doelbewuste uitroeiing: het begrip ‘genocide’ is hier dus ongepast. Hij had het onheil kunnen verminderen door parlementaire controle toe te laten, meer toezichters aan te duiden voor de ontginningen en voor de lange tochten naar de rubber en meer rechters om de wandaden te bestraffen. Wanneer hij berichten kreeg over gruweldaden, veroordeelde hij die, maar dacht hij dikwijls dat het geïsoleerde gevallen waren. Critici van toen zijn veel genuanceerder dan de huidige beeldenstormers en activisten: zelfs de Britten Casement en Grenfell prezen hem voor het grondig uitroeien van de Arabische slavenhandel, de goed onderhouden posten, de spoorwegen, de transporten over rivieren (p. 726-727). De Belgen maakten ook zoveel mogelijk een einde aan het kannibalisme en aan andere gruwelen. Bovendien zorgden ze voor infrastructuur: wegen, spoorwegen, havens, scholen, medische centra. En voor één gemeenschappelijke taal voor de 400 stammen én voor een geschrift. Want behalve het Arabisch in Oost-Congo, was er enkel analfabetisme. Voortaan konden de Congolezen communiceren met andere volkeren en andere werelddelen (p. 728).
Leopold heeft onvoldoende krachtig gereageerd op de wantoestanden, zijn topambtenaren (Liebrechts, Van Eetvelde, Thys, de Browne de Tiège, …) en zakenlui eveneens, maar die zijn steeds buiten schot gebleven, ook bij de huidige critici, die vaak veroordelen met de normen van nu (p. 731-733).
Zana Etambala signaleert dat Leopold de stichter is van Congo, dat zijn portret ginds overeind blijft en dat degenen die zijn standbeeld op het Troonplein willen verwijderen zich beter zouden bezighouden met de bestrijding van de Afrikaanse drugsdealers in de Matongewijk (p. 734). Congolese historici oordelen veel genuanceerder over Leopold dan vele huidige Belgische: hij heeft van 400 elkaar bestrijdende stammen een natie gemaakt door middel van het onderwijs, de kerstening en de Franse eenheidstaal. De katholieke missies waren de enige die deze taak op zich wilden en konden nemen (p. 734-736).
Als vorst van België had hij ideeën die te groot waren voor de kleinburgerlijke bevolking en dito politici. Als bijna enige waarschuwde hij in 1906 voor het plan von Schlieffen en voorspelde hij de Eerste Wereldoorlog. Niemand luisterde. 6 jaar later deed Churchill dezelfde voorspelling. Leopold ondernam ook heel veel voor de industrie en voor de Antwerpse haven. Van Brussel wou hij de mooiste stad van Europa maken, met natuurbehoud, parken en mooie lanen zoals de Tervurenlaan. En dit al vóór het Congo-project, dus met eigen centen (p. 741-742). In 1925 organiseerde (de hem vijandige krant) ‘Le Peuple’ een opiniepeiling over ‘De Grootste Belg”. Leopold won met grote voorsprong.
Bij de beoordeling hebben historici en publieke opinie zich te veel gefocust op de wandaden in Congo en niet op zijn prestaties daar en in België. De auteur eindigt met een naschrift over Blanche Delacroix, die ongelukkig en berooid stierf.
Johan Op de Beeck heeft een zeer rijke woordenschat, hij is op de hoogte van vele details, hij vertelt alsof hij er zelf bij was, zijn taal klinkt soms wat barok en ouderwets (‘de koning verscheidde’, p. 112 in plaats van ‘stierf’), bij momenten langdradig. Maar als lezer geniet je wel van zijn proza.
Hij behandelt ook heel de binnenlandse politiek, de ruzies tussen liberalen en katholieken, de stakingen voor het algemeen enkelvoudig stemrecht, de school- en taalstrijd, kortom: het gaat niet enkel over Congo. We krijgen dus wat de titel belooft: het hele verhaal, een compleet portret. Een kaart van Congo ontbreekt: plaatsen zoals Boma of Stanley Pool moet je dus zelf opzoeken. Er is een register, maar het is niet volledig. In 1886 waren er nog geen communisten in België (p. 302). Elders trouwens evenmin.
Bij een volgende uitgave mogen er enkele drukfouten uit: opna (p. 148, 165, 395) schrijf je in twee woordjes, Baudouain (p. 171) zonder die tweede a. Na evenveel zeg je ‘als’ i.p.v. ‘dan’ (417). Bij ‘aten voorbijgaan’(p.418) ontbreekt de letter ‘l’. Chinees (p. 425) is met een hoofdletter. Bij ‘de kolonie maakten’ (p. 728) moet de -n weg. ‘Zich verwachten aan’ (p. 452) is een gallicisme. De nieuwe eeuw begon niet op 1/1/1900 (p. 465, 476), maar op 1/1/1901. ‘1917’ (p. 650) moet 1907 zijn. Het aantal kiezers ging van 46.000 naar 1,37 miljoen: de auteur noemt dat ‘x 10’ (p. 365), ik zou zeggen: ‘x 30’. Allemaal details dus.
Met meer dan 750 pagina’s en gedurende 4 maanden heb ik me met veel nieuwsgierigheid gewijd aan een zeer besproken figuur, namelijk Leopold 2. Het was mijn eerste boek van Johan Op De Beeck (en het wordt niet mijn laatste!) dat ik las, en met de zeer vlotte vertelstijl en een neutrale visie over het leven van Leopold 2 geef ik dit boek 5 sterren!
Leopold II ... het minste dat je over hem kan zeggen is dat hij een controversieel figuur was én nog steeds is.
Nu feiten steeds minder belangrijk schijnen te zijn, overheerst vooral het gevoél bij een groep luide activisten, daarbij niet gehinderd door enige feitelijke kennis, dat de man een massamoordenaar was waaraan iedere herinnering zo snel mogelijk uitgewist dient te worden. De talloze gevallen van vandalisme bij standbeelden van de vorst zijn daar een triest bewijs van.
Dat Johan Op De Beeck net Leopold II koos om te belichten in dit lijvige boek, is dan ook goed nieuws. Hij heeft immers al meermaals bewezen dat hij kan vertellen én hij heeft een verleden als journalist - eentje van het soort dat nog bronnen zocht en checkte.
Het resultaat is een zeer vlot leesbare biografie die de schandalen rond Saligaud II, zoals de socialisten hem noemden in hun kranten, niet uit de weg gaat maar ze net analyseert. Daaruit volgt dan een beeld dat genuanceerder is dan wat het zootje ongeregelde wokers aan de man proberen te brengen in de klassieke media. Die waren er dan ook als de kippen van Wout Van Aert bij om de auteur te beschuldigen van het vergoelijken van Leopold II. Quod non. Wie het boek leest (maar dat hebben die brulboeien vast niet gedaan) zal dat meteen bevestigen.
Op De Beeck volgt in dit boek immers zijn modus operandi die hij ook voor Louis XIV of Napoleon gebruikte: de bekende verhalen checken, waar nodig aanvullen en dan correct en genuanceerd brengen. In mijn ogen het beste recept om een geschiedenis te vertellen, maar in deze tijden een riskante activiteit die hevige kritiek uitlokt. Barbertje moet immers hangen!
De verhalen van zijn ongelukkige huwelijk, de dood van zijn zoon, zijn obsessie met het verbeteren van het lot van de arbeiders, zijn inzet om het groen in Brussel te bewaren, zijn botsingen met de politiek, zijn behendig laveren als constitutioneel vorst in woelige tijden van schoolstrijd, oorlogsdreiging, opkomende industrialisering, zijn strijd tegen de slavernij in midden Afrika ... en natuurlijk ook zijn eigen onderneming in Kongo, wat uiteindelijk de Belgische kolonie werd waar nu nog steeds een groot standbeeld voor de vorst staat, overigens zonder een spatje verf erop.
Op De Beeck maakt niet enkel een opsomming van alle vreselijks dat er in zijn naam gebeurde, hij kadert één en ander ook. En hoewel ik al behoorlijk wat gelezen heb over die periode, ontdekte ik vrij veel nieuwe feiten én duiding die me tot nieuwe inzichten bracht. De verantwoordelijkheid van de grote koloniserende landen bijvoorbeeld, die Leopold per sé wilden failliet krijgen, zodat ze zijn land konden inpikken. Ze waren minstens deels mee verantwoordelijk voor de grote druk op de inheemse bevolking. Maar de auteur haalde ook getuigenissen aan die iedereen wel kent: de foto's van de afgehakte handen, de getuigenissen van protestantse missionarissen, ... Waar veel boeken zich beperken tot het papegaaien van die getuigenissen, is Op De Beeck ze nog eens gaan nalezen en heeft hij ze ook verder opgevolgd. Zo ontdekte hij dat de jongen op één van de bekendste foto's van de "afgehakte hand" later onderzocht werd door artsen die allen tot dezelfde conclusie kwamen: de hand was niet afgehakt, maar afgebeten. Door een wild dier dus. Iets wat de man in kwestie uiteindelijk ook gewoon toegaf. Als je dacht dat manipulatie van de media iets van onze tijd was ... dan vergis je je dus. Een protestants missionaris die zijn kruistocht tegen Leopold voerde is vrij bekend, maar dat de man achteraf betrapt werd op leugens in zijn verhaal en dat hij vervolgens toegaf veel verzonnen te hebben, dàt heb ik pas in dit boek voor 't eerst gelezen. Dat Leopold opdracht gaf tot wreedheden, ontkracht dit boek ook. Meer nog: de auteur bewijst hoe de vorst orders gaf de inlanders goéd te behandelen en om degenen die over de schreef gingen bij zijn personeel, streng te bestraffen. Ook met de indrukwekkende cijfers die overal overgenomen worden, over de genocide ... dit boek legt haarfijn uit hoe dat nonsens is. Er zijn letterlijk géén cijfers van de bevolking voor de komst van de Belgen. Er zijn er ook geen van het aantal doden of de bevolking in de jaren nadien. Geen enkele telling. Daaruit dan besluiten dat het bloed van zoveel miljoenen Kongolezen aan de handen van Leopold II kleven, is dus statistisch niet mogelijk. Maar vergis je niet: dit is geen hagiografie van Leopold II. Het boek stelt heel duidelijk dat de man effectief eindverantwoordelijke was voor alles in Kongo en dus ook voor alle wreedheden die er ontegensprekelijk zéker gebeurd zijn. Ook al zijn ze dan, alweer volgens wat ik leerde uit dit boek, vooral gebeurd in de streken die niét onder Leopold vielen, maar onder de private ondernemers die die streken in beheer hadden gekregen. Het verhaal is, met andere woorden, heel genuanceerd gebracht. Zoals het hoort dus.
Is dit het beste boek dat Op De Beeck ooit schreef? Neen ... zover zou ik niet durven gaan. De concurrentie is immers sterk - de man schreef al veel en zeer goede boeken bij mekaar. Net als bij het hoofdpersonnage van zijn vorige boek, Louis XIV, de Franse zonnekoning, is het leven van Leopold II ook lang geweest én zat het vol met boeiende verhalen: van politiek, over koloniaal en amoureus tot stedenbouwkundig. Dat allemaal in één boek stoppen, dat is nu eenmaal niet eenvoudig.
Op De Beeck heeft net als in zijn vorig boek niet gekozen voor een chronologisch overzicht, maar bespreek zo ongeveer onderwerp per onderwerp. Dat heeft als groot voordeel dat het verhaal duidelijk blijft, maar het grote nadeel is natuurlijk dat Leopold in opeenvolgende hoofdstukken de ene keer weer jonger is en de andere keer weer ouder - of andersom. Ik mag dat dan niet aangenaam vinden, het stoort ook niet echt.
Als Op De Beeck nog eens zo'n monumentaal figuur aan wil pakken heb ik dan ook een voorstel voor hem en zijn uitgever: hak zo'n boek in 2 of 3 stukken. Dat heeft niet alleen als voordeel dat een chronologisch verhaal gemakkelijker te brengen is zonder dat dat verwarring veroorzaakt bij een breder publiek maar vooral ... het is aangenamer om te lezen. Fysiek dan, bedoel ik.
Daarmee komen we terecht bij mijn enige kritiek op dit boek: het is zo goed, uitvoerig, boeiend én zeer volledig gemaakt dat het daardoor ook zware lectuur is. Letterlijk zware lectuur. Het boek is zo zwaar dat het quasi sport is om het een uurtje in de handen te houden bij 't lezen.
Kortom: je leert met dit boek de sappige en de wrede verhalen rond Leopold II beter kennen en begrijpen. Het risico op een spierblessure in de onderarm, moet je er bijnemen.
Indrukwekkend werk van Johan Op de Beeck. Als lezers worden wij getrakteerd op een zeer genuanceerd portret van Leopold II, die bijna vijfenveertig jaar koning van België was en bijna vijfentwintig jaar soeverein van Congo-Vrijstaat. De koloniale periode komt uiteraard uitgebreid aan bod; Op de Beeck beheerst als geen ander de kunst om complexe onderwerpen als deze laagje voor laagje af te pellen en op een bevattelijke wijze tot de kern ervan door te dringen. Dit komt goed tot uiting in het hoofdstuk waarin een cruciale vraag wordt beantwoord, met name in hoeverre Leopold II op de hoogte was van en verantwoordelijk is voor de gruwelijke misdrijven die in de kolonie werden gepleegd (een bijzonder actuele vraag overigens, waarbij we ons moeten hoeden voor zwart-witdenken). Toch verheug ik mij vooral over de vele hoofdstukken waarin met veel humor en oog voor detail wordt verteld over het privéleven van de koning, en waarin met andere woorden een beeld wordt geschetst van Leopold II als echtgenoot, vader en minnaar. Mede dankzij de afwisseling tussen hoofdstukken over het zakelijke leven en hoofdstukken over het privéleven van de koning, verveelt het boek geen moment. Een monumentale biografie zoals er nog vele mogen worden geschreven.
Johan Op De Beeck beschrijft Leopold II als een product van zijn tijd en beoordeelt of veroordeelt niet op basis van een waardenpatroon uit de 21ste eeuw. Mooie, objectieve biografie met oog voor de fouten van deze koning, maar ook voor de goede bedoelingen voor zijn land die er zeker geweest zijn.
Absolute must-read voor iedereen geintresseerd in Leopold II en de totstandkoming van de Kongo-Vrijstaat. Een zeer genuanceerd boek, zonder een al te bevooroordeeld oordeel.
Door een ander boek over dictators raakte ik geïnteresseerd in de levensloop van Koning Leopold II, was hij zo een grote dictator? Het boek even lezen.. Ja het was een behoorlijk dikke pil. Het boek vertelt het hele leven van Leopold. Zijn jonge jaren, zijn vreemde gedrag tot zijn koningschap, het Congoitem, zijn vele buitenechtelijke relaties, zijn invloed op de ontwikkeling van België. Het komt allemaal voorbij.
Leopold II prins van België, hertog van Saksen, prins van Saksen-Coburg en Gotha, hertog van Brabant en senator, was de tweede koning der Belgen. Hij was de tweede, maar de oudste overlevende zoon van Leopold I van België en Louise Marie van Orléans. Hij volgde op 17 december 1865 zijn vader op en bleef koning tot zijn dood. Leopold II was ook de stichter, eigenaar en soeverein van de Onafhankelijke Congostaat (of Congo-Vrijstaat), zijn privé-project. Dit werd hem toegezegd door de Koloniale Conferentie van Berlijn. Ten tijde van zijn koningschap zijn er veel gruweldaden in Congo-Vrijstaat gepleegd, waardoor zijn nalatenschap omstreden is.
De auteur heeft een indrukwekkend boek afgeleverd. Wel gedocumenteerd, goede research. Niks is aan het toeval overgelaten. Een groot gedeelte gaat over de Congo vrijstaat en de gruweldaden die er gepleegd zijn. Leopold werd in een eerder boek een beetje vergeleken met Hitler. Maar dat is een onjuiste benadering. Hitler gaf zelf de opdracht om Joden, Zigeuners etc uit te roeien. Leopold II heeft daar zelf nooit opdracht voor gegeven. Dat deden de lokale generaal is Congo zelf. Leopold is het natuurlijk wel ter ore gekomen, maar was niet voldoende bij machte deze daden tegen te gaan. Of misschien bang de grote inkomsten mis te lopen..
Daarnaast veel aandacht voor zijn privéleven, zijn ongelukkige geregelde huwelijk, zijn niet zo goede vader rol. Daarin komt hij liefdeloos over. Zijn vermeende uitspattingen met minderjarigen en zijn minnaressen en buitenechtelijke kinderen. Zo weet je niks van de deze koning, zo weet je heel veel. Of het boek de vraag beantwoordt of Leopold II tot de grootste dictators van wereld behoort? Leopold II heeft goede dingen voor het vaderland gedaan, Congo heeft hem absoluut niet goed gedaan. Maar zoals eerder vermeld hij was geen opdrachtgever van geweld. Het enige wat je hem aan kan rekenen is zijn lust naar geld en het daarom niet voldoende ingrijpen bij de gruweldaden.
Samengevat : Een zeer compleet boek over de tweede koning van België. Alle goed en minder mooie kanten worden belicht. Het boek mag zeker niet op de boekenplank ontbreken als je interesse hebt voor het Belgisch koningshuis.
A 19th century soul that thankfully lived long enough to understand how the 20th century would remember him, a boastful megalomaniac whose sly method of action found enough time to be brooded upon in what was essentially a lonesome and tortured life. It is incredible how one man can stand in the centre of so many facets of history. Finding a fine balance between his relations to the great superpowers that were, France, Germany, and England, between the very border of constitutional monarchy and parliamentary rebellion, to have been the looming shadow who tore open a continent that then bled in the black of rubber and the red of tens of millions of casualties; in fact almost literally torn if we consider the grand scale and geography of the Suez Canal. Leopold II of course did not drive around himself on a horse chopping off heads or driving the israelites back to egypt to dig-up a trench, but he was the personification of the ideas that brought this unholy force upon such an unknowing peoples. The spirit of supposed benefaction and liberal free marketeering is enough to unleash forces beyond ones ken for it demands superiority whose methods can be absolved, and not just by god but by the invisible hand of capital and so is equally absolved in legality. In truth it attracts the most vile commodifiers of the human spirit deep into the jungle where their already skewed mind is driven into a whirling frenzy as the forest closes in around them and hands start to be cut off when rubber production falls.
All this is contrasted with the extreme banality of the petty bourgeoise behaviour of the King who is driven by accumulation and prestige, all whilst going off with women eventually up to 60 years younger than him to Alpine retreats, or delivering every next of kin some kind of trauma. I have always been an anti-monarchist on republican grounds, but now I am one on sympathetic grounds aswell, one only needs to get a feeling for what it is like to struggle to be good, but to always fail with such excess barred by the steel bars covered in gold leaf that surround your coveted existence that it can only be deemed tragic.
Johan Op de Beeck vertelt in dit omvangrijk, maar zeer interessant boek over het leven en werk van de tot op heden meest besproken koning van België. Zowel op privé- als op professioneel vlak valt er dan ook heel wat over Leopold II te vertellen. Doorgaans is het beeld dat men schetst niet echt positief, wat ook logisch is als je kijkt naar wat hij allemaal op zijn kerfstok heeft, maar toch is niet alles zo zwart-wit. In dit boek wordt die strikte visie, die men over Leopold II heeft, genuanceerd. Zonder de daden van Leopold II goed te praten, toont Johan Op de Beeck dat een verhaal steeds twee kanten heeft en dat er in het verleden vaak nogal eenzijdig en niet steeds correct over de veelbesproken koning der Belgen geschreven werd. . Met zijn 754 bladzijden (zonder bibliografie en bronvermeldingen) is het een stevig boek, waar je de tijd voor moet nemen, maar ik vond het het zeker waard. Ik heb het boek gelezen naast "Carlota" van Kristien Dieltiens, dat gaat over het leven van prinses Charlotte, de zus van Leopold II (zie mijn vorige post). Hoewel "Carlota" een roman is die gebaseerd is op historische feiten, was het toch interessant om in beide boeken parallellen terug te vinden. Dat was voor mij een meerwaarde. . Dit is het eerste boek van Johan Op de Beeck dat ik ooit gelezen heb, maar zeker niet het laatste. Ik kende de auteur al van zijn podcasts die hij in samenwerking met radiozender Klara maakte over zijn boeken rond Napoleon, de Franse Revolutie, de Zonnekoning en ook Leopold II. Nu ik weet dat zijn boeken ook zo meeslepend en interessant geschreven zijn, wil ik die zeker ook nog lezen.
Laat me beginnen bij het begin. Leopold II is een fantastisch geschreven boek waar Johan Op De Beeck diepgaande research voor heeft gedaan. Maar langs de andere kant heeft Johan Op De Beeck opinies over Congo en Leopold II waar ik niet volledig achter sta. Hij probeert zich op momenten te veel voor te doen als de man die de waarheid in pacht heeft. En laat ons nu één ding zeggen: niemand heeft de waarheid over de geschiedenis in handen. Er zijn zoveel verschillende meningen en het is dan ook jammer om te lezen dat het eveneens diepgaande werk van Hochschild, dat misschien wel controversieel is, zo snel wordt afgeschreven door Johan Op De Beeck. Laat ons dan eerder soms zeggen dat de waarheid ergens in het midden ligt. Maar het verhaal van Leopold II vertelt hij wel op een erg vermakelijke manier. Zo leren we de voormalige koning wel uitgebreid kennen en kunnen we zijn periode van regeren in zijn historische context plaatsen. Johan Op De Beeck zijn waarheid over dit onderwerp is misschien niet altijd mijn waarheid maar hij is wel een meesterverteller en dat laat hij uitgebreid blijken met dit uitstekend boek.
While there is quite some populist controversy around the person of Leopold II, this book tries to and succeeds in looking into the 360° aspects of this royal, who is even in Belgium, more subject of clichés than that people really know the full story. Johan Op de Beeck writes in an entertaining but very factual style which makes this biography almost into a page turner where most other history books are too factual and rather boring. It is a plus, maybe mainly because I am a Belgian too, that the story itself has a deeper meaning. Too often Leopold II and with him Belgium as well, are in a cliché way confronted with the atrocities that happened in the Congo, and while these happened and should not be ignored, there is much more to this interesting royal who is also shown in this book as being a true patriot and all he did in his lifetime was for the greater benefit of Belgium, not to increase his own personal wealth (as he left as much as possible, respecting the laws, to the Belgian state).
Decent biography on an important character in Belgium’s history. Would recommend if you’re interested in Leopold the second but nothing more. It gives a good idea of a monarch’s responsibilities around the time and also focuses on his personal struggles. In my opinion some subjects receive too much in-depth attention and other areas are barely touched. This means I’m missing some coherence. Either go full on into every detail or keep it broad. This book seems to go in-depth where the easily available sources allow and avoids in-depth research where needed. For example: his second wive and children take up a defining role to the end of his life but they are barely mentioned. Where they end up is as much a part of his legacy as Congo. Especially considering the amount of time that is spent on them during the rest of the book.
In that way I’m unsure what to think of the biography. It’s too middle of the road for some and too specific for others.
Wanneer men de naam Leopold II hoort, reageren de meesten negatief en wordt er onmiddellijk een link gelegd met Congo en de afgekapte handjes.
Maar zoals bij alles in het leven is het ook hier niet zo eenvoudig of zwart-wit. Er is veel grijs, heel veel zelfs. Deze koning was veel meer dan velen denken. Hij heeft zowel goede als slechte dingen gedaan. Soms was hij zelfs indrukwekkend.
Ik vond het een goed geschreven boek, makkelijk te lezen en Leopold II een interessant iemand. Het is een dik boek, maar ik heb me nooit verveeld en ben heel blij dat ik de stap gezet heb om zijn verhaal te lezen.
Dankzij dit boek heb ik nu een beter beeld van hem en ook al zijn er zowel slechte als goede zaken op te noemen, ik hoop dat mensen gaan beseffen dat men geschiedenis hoort te respecteren. Wees niet naïef en probeer bepaalde geschiedenis niet in de doofpot te stoppen of standbeelden te bekladden, maar respecteer het en, nog belangrijker, leer er uit.
Een meesterlijk relaas: op het ritme van een 19de eeuwse stoomlocomotief puf je doorheen het grandioos levensverhaal van Leopold 2. Politieke ontwikkelingen afgewisseld met romances, en met één rode draad doorheen het boek: Congo en de antwoorden die we zoeken op de vragen over invloed, wanbeheer, rijkdom, onderwijs en schendingen van mensenrechten. Johan laat ons het hele verhaal lezen en we krijgen inzage in een tomeloos ambitieus man, die het fragiele België op de wereldkaart wilde zetten, door een voetafdruk in Midden-Afrika en met een kordate scepter in Brussel. Absoluut aan te raden.
Tijdens m’n vakantie heb ik dit boek als pageturner verslonden. De schrijfstijl is er eentje die maakt dat voor velen academische materie behapbaar blijft. Johan brengt wel de politiek van toen en de politieke tijdsgeest naar voren zonder zich te verliezen in saai politiek gewauwel. Waar hij naar mijn gevoel ook in slaagde is om tegengewicht te geven aan de eenzijdige framing van deze koning als harteloze despoot die volledig gecanceld zou moeten worden. Neen, een objectief beeld van deze man wordt uw deel.
Het boek "gelezen" door naar de podcast te luisteren waarin de schrijver het verhaal verteld, in plaats van voorleest. Heerlijk is deze tijd van veel wandelen om naar zo'n interessant verhaal te luisteren, door een goed verteller. En het is een verhaal, van een relatief nieuw land, van de drang naar een kolonie te willen hebben, van de enorme misstanden in Congo, van de rumoer zowel op politiek als persoonlijk vlak. Een aanrader.
Johan Op de Beeck is en blijft weergaloos, hij mag over zijn versleten paar schoenen schrijven en ik ben nog gefascineerd denk ik. Ik had nooit gedacht dat een vuistdik boek over Leopold II godbetert mij zo ging boeien, eigenlijk een geschiedenis waar ik totaal geen voorkennis over had. Vooral zijn genuanceerde doch kritische eindconclusie vond ik zeer sterk. Helemaal klaar voor een volgend boek van Johan!