Soms humoristisch, soms zakelijk, maar altijd in een volstrekt eigen vorm. De poëzie van Alfred Schaffer wordt alom geroemd om haar meerstemmigheid en schakelt moeiteloos tussen engagement en absurditeit. Schaffer ontving de P.C. Hooft-prijs 2021 en is daarmee een van de jongste laureaten ooit van Nederlands belangrijkste literaire oeuvreprijs. Sinds zijn debuutbundel Zijn opkomst in de voorstad (2000), die werd bekroond met de eerste Jo Peters Poëzieprijs, weet Schaffer zich constant te vernieuwen, met het vol lof onthaalde wie was ik. strafregels (2020) als meest recente uiting van zijn virtuoze dichterschap. , zo heb ik u lief. alle gedichten tot nu toe brengt twintig jaar dichterschap en negen bundels samen in één band en laat zien dat Schaffer ontegenzeggelijk een van de beste hedendaagse dichters in het Nederlandse taalgebied is.
Toen deze verzameling aangekondigd werd leek me ‘, zo heb ik u lief’ een vreemde titel voor Schaffers poëzie, die vaak koud en raadselachtig over kan komen. Na het hele boek gelezen te hebben, langzaam gedurende bijna 9 maanden, snap ik pas hoe geëngageerd, warm en liefdevol deze poëzie is, en hoe Schaffer met zijn taal het leven en de wereld in al zijn tegenstrijdigheden en gevaar probeert te doorgronden, een relatie probeert aan te gaan, keer op keer, tevergeefs maar toch. Wat een oeuvre.