Afscheid nemen bestaat niet, zo zong Marco Borsato het en misschien heeft hij wel gelijk. Hoewel we voelen dat we soms afscheid moeten nemen van mensen, blijkt dat in realiteit knap lastig. En dan bedoelen we voor één keer niet het afscheid van mensen die er niet meer zijn, maar van hen die er wel nog zijn. Levend afscheid. Zoiets. In Dag en tot ziens, kijkt Joris Hessels naar de vele vormen van afscheid nemen. De talloze jeugdkampen waaraan je schoorvoetend begint maar die steeds het toneel worden van hartverscheurende taferelen. Of de lange stoet van ex-lieven, jeugdvrienden en oude schoolgenoten. Allen zijn ze ergens in ons hoofd en hart blijven hangen als onafgeronde levens die niet het afscheid hebben gehad dat ze wel verdienen. Of spreekt Joris alleen voor zichzelf ? Hij is vast niet de enige die moeilijk punten zet, hoewel hij wel degelijk inziet waar die leestekens des levens moeten komen. In twaalf ontmoetingen gaat Joris Hessels, samen met psychiater Uus Knops, op zoek naar de knelpunten van afscheid nemen. Wat hij tegenkomt is schoonheid, genegenheid en steeds weer de onmacht om die laatste woorden te uiten: dag en tot ziens.
Als kind kampte ik regelmatig met gevoelens van heimwee. Een logeerpartijtje werd onderbroken door dit hardnekkige gevoel, waardoor mijn moeder me vervolgens middernacht weer kwam ophalen. ‘s Ochtends als ik dan wakker werd, had ik spijt. Ik baalde ervan dat ik niet sterk genoeg was geweest om de heimwee de baas te blijven. Nu ik dit boek zo lees over een klein afscheid, met prachtige, persoonlijke portretten van veertien mensen over een klein afscheid, daalt er een soort rust over mij neer. Het gevoel dat al deze mensen op verschillende manieren woorden geven aan dat gevoel en daar op eigenzinnige wijze mee hebben leren omgaan. Ik schreef laatst ‘Aan dat ene afscheidsmoment, raak ik nooit gewend’. Dat zal onveranderd blijven en de woorden van al deze mensen die Joris Hessels in een boek heeft gebundeld, vertellen mij dat we hierin niet alleen staan. 🤍
Over afscheid nemen en geven, maar vooral hoe niemand daar echt goed in is op zijn of haar eigen manier. Zo herkenbaar, zo rakend en toch zó simpel.
Elk hoofdstuk bloeide tot iets moois, met gevoelens die perfect beschreven werden. Hessels zijn persoonlijke toets maakte het allemaal nog iets beter. Al waren de veertien ontmoetingen triest, toch bezorgde het slot van elk hoofdstuk een glimlach.
“Niets is voor eeuwig, behalve de dood. Het zet de dingen in perspectief en de deur op een kier. Dat ook.”
Ik pretendeer niet Joris Hessels te kennen maar dit boek heeft dezelfde authenticiteit, eenvoud en puurheid als zijn optreden in TV programma’s. En ja, hij is geen groot schrijver maar soms mag dat ook zijn want zo heeft dit boekje iets stralends, herkenbaar en troostend.
Joris Hessels zal misschien geen groot schrijver genoemd worden, maar dat hij een groot verteller is, daar bestaat geen twijfel over. Hij vertelt de verhalen van veertien mensen die met afscheid te maken hebben gekregen, ‘klein’ afscheid, omdat het niet gaat om mensen die overleden zijn, maar om wie/wat er ook vandaag nog is. Dit doet hij in een herkenbare eigen stijl, zoals hij ook mensen in zijn tv-programma’s benadert, heel open, authentiek en zonder vooroordelen.
Afscheid van een klasgenoot, van een patiënt, van een job en de collega’s, van de persoon die je zelf vroeger was, van een jeugdkamp, je stiefkinderen. Afscheid in zovele vormen, en herkenbaar, omdat we allemaal al vaker afscheid (moeten) nemen dan we misschien op het eerste zicht denken. Hier mogen we best aandacht aan besteden, en dat is precies waar dit boek om draait.
Met een heldere en waardevolle nabeschouwing door psychiater Uus Knops, over hoe we met deze soorten klein afscheid kunnen omgaan.
Wat een mooi gegeven. Afscheid nemen van mensen die er nog zijn, we moeten het allemaal in grote of in kleine mate en ook dit is een rouwproces dat tijd nodig heeft. Erkennen en verkennen, activeren en accepteren. Mooie uiteenlopende verhalen en een prachtige nabeschouwing van Uus Knops. “Dit boek wil aandacht schenken aan het feit dat klein afscheid bestaat. Dit boek wil attenderen. Dit boek wil aandacht schenken aan het feit dat klein afscheid ook lastig is. Dit boek wil doen accepteren. Dit boek wil zorgzamer doen omgaan met klein afscheid. Dit boek wil accentueren.”… “Afscheid nemen. Soms moet het, soms mag het. Maar als het niet anders kan én het kan: doe het dan.”
Enorme fan van Joris Hessels zijn werk op televisie, waardoor ik dit boek liever als gesprekken op tv of als podcast had ervaren. Er zitten interessante en herkenbare bedenkingen in, die helaas ingekort worden om binnen het thema ‘afscheid’ te blijven. Toch nog een derde ster door het laatste gesprek en de nabeschouwing.
Leek veelbelovend, maar ik bleef op mijn honger zitten. Ik geef toe, ik pikte er dit boek uit omdat de ‘problematiek’ mij wel bekend is. Hulp bood het niet. Inzicht ook niet. Misschien doet het dat wel, voor lezers die niet zo met het thema vertrouwd zijn. Maar dan blijft de vraag of zij dit wel zullen lezen.
Soms neem je afscheid zonder dat je het beseft. Soms nam je afscheid en wil je dat moment een tweede kans geven. Soms besef je dat je geen afscheid wil nemen. Soms verkies je een punt, soms drie puntjes.
Een klein afscheid is een beetje zoals de tv-programma's van Joris Hessels: warm, menselijk en liefdevol. De verhalen zijn divers en deden me nadenken over alle soorten van afscheid die er bestaan. Een perfect boekje om in één ruk uit te lezen op een luie zondag.
Geen grote literaire kunst. Toch graag gelezen omwille van de herkenbaarheid van de verscheidene vorm van klein afscheid/verdriet. De ‘weekenden’ in boekvorm.
2,5 Ik heb een zwak voor Joris Hessels, maar dit boek deed het niet voor mij. Niet alle verhalen waren even interessant en zijn manier van interviewen werkt niet zo goed op papier.
Mooie menselijke verhalen in de stijl die we gewend zijn van Joris op TV. Vooral ook de nabeschouwing met wat meer psychologische duiding vond ik best waardevol!