Een vrouw die in de keuken gerechten vult met verlangens en verdriet. Een dochter die in brieven aftelt tot het weerzien van haar geliefde. Een kleindochter die in essays een taal geeft aan de onherbergzaamheid van familieverbanden.
Half leven onderzoekt hoe het is je te verhouden als moeder, dochter, grootmoeder, echtgenote, weduwe, geliefde, vrouw. De vrouwen reflecteren op zichzelf en hun wereld, maar vooral houden ze elkaar een spiegel voor, terwijl hun levens bewegen, botsen en verstrengelen.
Op zintuiglijke wijze voert Aya Sabi vervlogen en verdrukte herinneringen op, van ontheemding en vervreemding, van Marokko tot de Lage Landen. Een familiekroniek over hoe pijn blijft zingen, generaties openbreekt en verbindt. Over hoe thuis soms de warmte is die een mens afgeeft, maar ook de kilte is die een mens mee kan brengen.
Aya Sabi (1995) is schrijver. In 2020 werd ze door NRC benoemd tot een van de literaire talenten van het jaar. Haar debuutroman Half leven werd genomineerd voor de Confituur Boekhandelsprijs, de Hebban Debuutprijs en de Opzij Literatuurprijs en won de PrixFintro Publieksprijs. In 2024 ontving Sabi de Jonge Veer en de Ultima voor Opkomend Talent.
Ik heb Half leven van de Vlaams-Nederlandse schrijfster Aya Sabi gelezen. Een boek over grootmoeder Fatna, die opgroeit in een traditioneel gezin in een klein Marokkaans dorp. We ontmoeten Fatna als ze in 1955 als kokkin binnenkomt bij een rijke revolutionaire vrouw die strijdt voor de onafhankelijkheid van Marokko tijdens de Franse kolonisatie. In het boek leren we langzaam Fatna's voorgeschiedenis kennen.
Verweven doorheen het verhaal van Fatna lezen we de brieven die haar dochter vanuit Nederland schrijft aan haar geliefde. De kleindochter kijkt dan weer als schrijfster en academicus naar de generaties die haar voorafgaan, en probeert alles te verbinden tot een samenhangend verhaal. Pas op het einde van het boek wordt de échte problematiek van grootmoeder schrijnend en hartverscheurend duidelijk.
Dit boek heeft mij meegesleept, verward en overhoop gehaald. Half leven is een buitengewone ode aan een onconventionele grootmoeder. Zeer benieuwd wat Aya Sabi ons nog gaat schenken in de toekomst. Dankjewel alvast voor dit boek.
Soms komt op een boek op zoveel vlakken binnen, dat ik niet goed weet wat ik erover moet zeggen. Dat het de moeite waard is om te lezen. Dat het naar de keel grijpt. Dat het zo echt is, dat het mooi is maar ook pijnlijk.
“‘Ik wil herinnerd worden als de vrouw van de grapjes en gerechten, niet als de vrouw die vertrok en een leegte naliet, dood, gemis, aangevreten etensresten, beschimmeld brood. Ik wil geliefd zijn, niet levensnoodzakelijk. Ik ben een vrouw. Niet de vrouw van iemand. Ik ben een kok, ik ben iemand die graag kookt. Ik ben grappig en direct.’”
Ik hoorde eens een auteur verzuchten dat interviewers vaak willen weten of er iets autobiografisch in een roman verstopt zit, terwijl het gaat om het verhaal an sich. Zelf probeer ik altijd het verhaal los te zien van de schrijver, maar bij ‘Half leven’ kon ik me niet aan de indruk onttrekken dat Aya Sabi iets van zichzelf op papier gezet heeft. Óf ze beschikt over een enorm inlevingsvermogen in Marokkaanse vrouwen die in eeuwenoude tradities gevangen zitten, want dit boek greep me bij de kraag en liet me niet los.
Het boek begint met een fragment uit het leven van Fatna, 1955, Casablanca. Ze spreekt niet veel, maar door de soort hypnotiserende stijl raak je niet uitgelezen over haar kookkunsten in het huis van een vrouw die Fatna in bescherming heeft genomen tegen haar man. ‘Wat is er groter voor een vrouw dan het huwelijk?’ Dat is de traditie die ze van haar moeder heeft meegekregen. Je schikt je naar zijn wil en zwijgt. Al trekt de ongeletterde Fatna, die op dat moment hooguit 15 en voor de tweede keer getrouwd is, die geboden voor je gevoel wel heel ver door. Dat gevoel werd bevestigd door kleindochter Shams die op haar beurt in het Nederland van nu schrijft over de levens van haar (groot)moeder. In haar essays blikt ze terug op haar opvoeding. De relaties die de vrouwen onderling hadden, waren soms liefdevol maar vaker oorlogsachtig. Maar toch, altijd: ze zijn met elkaar verbonden en kunnen niet losgesneden worden. De derde verhaallijn wordt ingevuld door de generatie tussen Fatna en Shams. De dochter en later ook moeder schrijft brieven naar haar geliefde in Casablanca. Ze is aangekomen in Nederland waar ze de herfst leert kennen. De Marokkaanse geliefde vraagt haar hand maar niet en ze wordt gekoppeld aan een moslim uit de buurt. Dat het huwelijk niet goed verloopt, verneem je via de brieven en Shams’ essays.
Het motto is ontleend aan Toni Morrison: ‘If there’s a book that you want to read, but it hasn’t been written yet, then you must write it.’ ‘Half leven’ is een boek over de bewegingsruimte van de Marokkaanse vrouw toen en over de kapitalistische uitbuiting van vrouwenlichamen nu. Maar hiermee alleen doe je de roman tekort; boven alles staat de band tussen (groot)moeders en (klein)dochters. Hoe tradities en trauma’s overgeleverd worden, hoe er onderling stilzwijgend gestreden en voor elkaar gezorgd wordt.
‘Half leven’ is Sabi’s debuutroman, maar ik zag dat eerder de verhalenbundel ‘Verkruimeld land’ is verschenen. Hongerig naar meer werk van haar hand zal ik dat zeker eens opzoeken. Hopelijk schrijft deze auteur verder, maar tot die tijd is het zaak dat veel meer lezers kennis nemen van deze stem die op de plank hedendaagse literatuur in de boekhandel hoort te staan.
Drie generaties vrouwen, drie generaties pijn, verbittering en stilzwijgen. Maar ook drie generaties (kwetsbare) liefde, zorg en kracht.
Terwijl ik dit boek aan het lezen was, realiseerde ik mij dat ik nog nooit echt heb stilgestaan bij de band tussen moeders en dochters en hoe tradities, maar ook trauma's overgeleverd worden. Vermoedelijk heeft dat te maken met het feit dat ik een gepriviligeerde witte vrouw ben die zich niet moet ontworstelen uit rigide tradities of te maken krijgt met kolonialisme, migratie of integratie. Eye opener! Want chips zeg, wat een 𝒉𝒂𝒓𝒅 𝒌𝒏𝒐𝒄𝒌 𝒍𝒊𝒇𝒆 hebben Fatna, Hamouda en Shams.
Boeiende en leerrijke debuutroman over een urgente zoektocht
Aya Sabi schreef met 'Half leven' in 2022 een kanjer van een debuutroman, waar ze in oktober 2023 de Fintro Publieksprijs mee won. In 2017 schreef ze al eerder een kortverhalenbundel 'Verkruimeld land' die met stip op mijn leeslijst komt te staan.
In 'Half leven' neemt deze in Genk opgegroeide Nederlands-Marokkaanse auteur ons mee in de verhalen van drie generaties vrouwen waar ook de Marokkaanse geschiedenis doorheen schemert. Het verhaal van grootmoeder Fatna is het meest uitgewerkt en de rode draad doorheen het boek. Zij groeit in de jaren 1950 op in een armoedig gezin in een klein dorp waar ze al als jong meisje hard moet meewerken in het huishouden. Totdat ze wordt uitgehuwelijkt, heeft ze het nog vrij gelukkig met haar zusjes. Je hart breekt als je leest over het grote trauma en het harde leven dat ze meemaakt. Door een gelukkig toeval wordt ze opgenomen in het huis van een meer wereldse progressieve Marokkaanse vrouw die een rol opneemt in het verzet tegen de Franse bezetter van die tijd, die als voorbeeld dient voor Fatna. Fatna’s leven breekt dan open vanaf het moment dat ze gezien wordt als een kokkin waarvoor velen van heinde en verre komen om van haar hemelse gerechten te proeven. Pas dan voelt ze zich ook gezien als vrouw, en zal ze ook durven spreken en uit haar eigen opgelegde zwijgen losbreken.
Het verhaal van Fatna wordt niet chronologisch verteld. En tussen de fragmenten over Fatna’s leven lees je de brieven die haar dochter Hamouda schrijft vanuit Nederland waar ze dankzij haar geëmigreerde ouders opgroeide, naar haar grote Marokkaanse liefde. Als derde verhaallijn heb je de essays van kleindochter Shams die geboren is in Nederland. De verschillen tussen de drie vrouwen zijn groot op cultureel vlak en qua opleidingsniveau, en tegelijkertijd zijn ze met elkaar verbonden door de pijn die van generatie op generatie werd doorgegeven en het leed dat ze alle drie dragen. Shams heeft Geschiedenis gestudeerd en gaat in haar essays op zoek naar de leegte die in haar zit, en probeert die te begrijpen. Tegelijkertijd graaft ze naar de geschiedenis van haar familie, hoewel de lezer meer weet over het leven van haar grootmoeder dan zij ooit kan weten. Zowel de fictie als de non-fictie zijn op zich onvoldoende om haar doel te bereiken hoewel ze de gave van het woord en een scherpe pen heeft.
Er zitten vele lagen in dit boek. De geschiedenis van Marokko is een voorbeeld van kolonisatie, verzet en dekolonisatie. Er wordt weleens gezegd en geschreven dat in Marokko de dekolonisatie van het land tegenover de Franse bezetter de metafoor is voor de dekolonisatie van de vrouw tegenover het heersende patriarchaat, de vrouw die onderdanig moet zijn aan haar man. Aya Sabi wou met dit boek een gemengd beeld brengen van verschillende vrouwen die allemaal een bepaalde evolutie hebben doorgemaakt, en wou hiermee het cliché van de stille, onderdanige vrouw bijstellen zonder deze problematiek te onderbelichten, waarin ze zeker is gelukt. Ook het beeld van de “heel luide” vrouw en als “minister van binnenlandse zaken”, een gezegde uit Marrakech, is in feite een soort cliché.
Verschillende complexe thema’s worden in het boek aangehaald waarvan sommige weliswaar beter worden uitgewerkt dan andere. Die thema’s zijn niet typisch voor een zogenoemde “migratieroman” maar herkenbaar voor zovelen onder ons: de zoektocht naar onszelf, de pijn die kan doorgegeven worden van een (groot)moeder naar de volgende generaties, de psychologische inslag, enz. De gehele roman is gekruid met prachtige metaforen, fragmenten en zinnen. Niet alleen dat, ook de gerechten die Fatna met haar handen ineen tovert en de bijhorende geuren uit haar keuken zijn de moeite waard om volledig in je op te nemen.
Als de verhalen van de dochter en van de kleindochter verder waren uitgewerkt, hadden we waarschijnlijk nog steeds een prachtig familieverhaal gekregen van minsten 800 pagina’s. De verhaallijn van Fatna mag dan wel de spannendste zijn, de combinatie met de andere levens beschreven in de andere stijlen en genres maken in mijn ogen het boek boeiender, origineler en leerrijker, en heeft me zeer zeker aandachtiger gemaakt en meer doen nadenken dan een volledig uitgesponnen uitwerking van de drie beschreven levens. De tijd die voor dergelijke uitwerking meestal nodig is heeft het hier waarschijnlijk afgelegd tegen de urgentie van de zoektocht van deze jonge talentvolle schrijfster. Hopelijk krijgen we nog veel moois te lezen van Aya Sabi!
Met dank aan de leesclub van Karakter Collectief (theatergezelschap Merksem)
In deze bijzondere debuutroman verweeft de auteur de levensverhalen van drie generaties Marokkaanse vrouwen: Fatna, die in de jaren ’50 als dertienjarige voor het eerst wordt uitgehuwelijkt, weduwe wordt en na een tweede huwelijk door een vrouw in bescherming wordt genomen en in een keuken komt te werken, waar ze haar ziel en zaligheid in gerechten stopt. Het verhaal van haar dochter, die vanuit Nederland brieven schrijft naar haar geliefde en haar verlangens, twijfels en verplichtingen openbaart. Haar kleindochter Shams blikt in essays terug op haar opvoeding, op belangrijke waarden en normen, en probeert de levens van haar moeder en grootmoeder te ontrafelen, ze vindt raakvlakken en verschillen, beschrijft hoe pijn doorleeft in verschillende generaties en hoe ze met elkaar worden verbonden.
“Ik draag het trauma van moeder en grootmoeder in mijn genen, heb de mutaties doorgekregen, wil zelf nooit moeder worden zodat ik geen onschuldig kind hoef op te zadelen met mijn pijn. Maar hoe krijg ik de pijn in mezelf geheeld?”
Het is een roman over de positie van de vrouw, over verwachtingen, eenzaamheid en vergeving, zwijgen en openheid, pijn en heling, strijd en begrip. Een verhaal over liefde en de verschillende wijzen waarop die liefde geuit kan worden, over botsingen, gelatenheid en moed, overgave en boosheid, ongeletterdheid en scholing, over je ontworstelen uit bepaalde patronen en hoe er in drie generaties veel kan veranderen. Een verhaal over traditie, kolonisatie, migratie en emancipatie, over hulp uit onverwachte hoek, onverwerkte herinneringen en zaken die nooit worden uitgesproken. Een verhaal over geheimen, contrasten en hoe je nooit alles weet maar je je wel verbonden kunt voelen, over hoe je je verhoudt als oma, moeder en dochter, geliefde, echtgenote en weduwe.
“Zij hebben nooit van zichzelf kunnen houden want ze waren op zichzelf niets waard, maar ik hou van hen, ik hou van de delen die ze in mij hebben achtergelaten en op een dag zal ik dus ook van mezelf kunnen houden.”
Aya Sabi trekt je meteen haar mooie, zeer gelaagde en indringende verhaal in, ze laat je meeleven met deze verschillende vrouwen, verlangen naar extra informatie over hun levens en ze zorgt ervoor dat er nog veel meer tussen de regels door te lezen is. Als lezer weet je soms meer dan de personages omdat herinneringen worden verzwegen en pijn lang niet altijd wordt gedeeld, maar ieder verhaal is pas compleet door de aanvulling van de andere perspectieven. Het is een indrukwekkende zoektocht, geschreven in rijke taal die je zintuigen prikkelt, het verhaal komt binnen en beklijft. Een rake roman!
Aanrader! Naast een inkijk in de geschiedenis van Marokko in de jaren vijftig, krijg je ook een beetje een idee hoe het was en is om hier in de decennia die volgden hier in Europa terecht te komen. En dit alles uit een vrouwelijk perspectief waarvoor dank Aya Sabi. Doorheen pakkende verhalen staat de zoektocht naar hoe het leven te leiden centraal. Elk van de drie vrouwen in het boek heb ik op gegeven momenten leuk, dan weer niet leuk gevonden. En dat vat het boek wat samen. In die zoektocht ben je niet altijd de liefste tegenover diegene die het dichtst bij je staan.
een prachtig prachtig prachtig boek dat, nu het uit is, een gapend gat in mij heeft achtergelaten. over je taal verliezen en terugvinden, over vrouw-zijn, over pijn, over vreugde. een must-read.
Ik zal enkele dagen nodig hebben om het einde van dit boek te verwerken. Wat een opbouw en structuur van het verhaal. Telkens je denkt dat je op het hoogtepunt zit, lees je verder en word je opnieuw meegesleurd in een andere wereld. Want dat is effectief bijzonder: je reist mee door erg verschillende omgevingen en de rijkheid aan menselijke ervaringen. Je lijkt de personages telkens opnieuw voor een eerste keer te ontmoeten. Het verhaal van Fatna zal me, oprecht, altijd bijblijven.
Ik lees Aya Sabi al jaren en wist al langer dat ze met haar woorden magie kan creëren. Mijn verwachtingen lagen al erg hoog, maar met deze debuutroman heeft ze me volledig weggeblazen. Ik las ergens dat een reviewer schreef dat dit werk een belangrijke meerwaarde is voor de Nederlandstalige literatuur. Dat volg ik volledig.
‘Half Leven’ doet me sterk denken aan de fantastische boeken van Khalid Husseini. De verwevenheid van verschillende personages en hun lot, het ontsluieren van ongekende en onuitgesproken ervaringen, het opensnijden van wie we als mens zijn, in onze angsten, verlangens en diepste geheimen.
Dank, Aya, om het verhaal van de meest gepolitiseerd groep vrouwen in onze samenleving, vrouwen waar we van houden, vrouwen die we kennen, vrouwen die we zijn, neer te schrijven vanuit hún perspectief, ervaringen, humor en meningen.
Aya Sabi (1995) is een Vlaams auteur en columnist (voor De Morgen) met Nederlandse en Marokkaanse roots. Half leven is haar debuutroman waarin ze de levens van drie generaties vrouwen beschrijft: Fatna, geboren rond 1940 in een dorp aan de voet van het Atlasgebergte in Marokko, haar dochter Hamouda, geboren in Nederland en haar kleindochter Shams.
In interviews zegt Aya Sabi dat het geen autobiografisch boek is, maar dat het een boek is dat moest geschreven worden. Omdat het over Marokkaanse vrouwen gaat over wie veel misvattingen bestaan. In "De Afspraak" vertelt Aya Sabi hoeveel er van haar zelf in de roman zit: "Heel veel. Alles en tegelijk niets. Ik ben een dochter en kleindochter. Maar mijn uitgever zegt dat de grootmoeder het dichtst bij mij staat."
Half leven gaat over vrouwen en hoe ze in het leven staan als moeder, dochter, grootmoeder, kleindochter, echtgenote, weduwe, geliefde. Hoe de Marokkaanse vrouw leeft onder het patriarchaat dat ze mee helpt in stand houden, het patriarchaat dat zonder die vrouw zelfs niet zou kunnen blijven bestaan.
Want de Marokkaanse vrouw is een sterke vrouw. Dat blijkt uit het levensverhaal van de grootmoeder, dat het grootste deel van de roman beslaat. Fatna is een (bewust) ongeletterde vrouw die heel goed weet wat ze wil en die haar talenten ten volle benut, vooral dan haar kookkunst. Ze komt in het Marokko ten tijde van de onafhankelijkheidsverklaring niet over als onderdrukte vrouw, wel integendeel.
Maar binnen drie generaties kan er veel veranderen. Fatna’s dochter Hamouda is in Nederland geboren maar is veel minder zelfverzekerd dan haar moeder, zij gedraagt zich onderdanig en terughoudend. Kleindochter Shami geeft dan weer de indruk dat ze het gemaakt heeft, ze heeft geschiedenis gestudeerd en vult haar dagen met het schrijven van essays.
De vrouwen begrijpen elkaar niet altijd goed, ze houden elkaar een spiegel voor. Maar ze weten ook niet alles over elkaar … Als lezer weet je beter dan de dochter en de kleindochter wat de grootmoeder allemaal heeft moeten doorstaan. Ze weten niet half van elkaar wat ze allemaal hebben meegemaakt (en nog meemaken): vandaar de titel “half leven”? De titel kan ook verwijzen naar het oppervlakkige (en dus maar halve) leven van de dochter en de kleindochter – zeker in vergelijking met dat van de grootmoeder.
Voor Aya Sabi is taal heel belangrijk. Toen zij als dertienjarige van Roermond naar Genk verhuisde, was taal haar enige houvast. Ze zegt dat ze in Nederland leerde lezen en in België leerde schrijven. En dat schrijven beheerst ze tot in de perfectie. De grootmoeder gebruikt weinig of geen woorden, maar Sabi beschrijft de gerechten die ze maakt, de gevoelens die ze heeft, de omgeving waarin ze leeft … op zo een beeldende en treffende wijze dat je het als lezer bijna fysiek kan ervaren. Je ruikt en proeft als het ware de gerechten die Fatna bereidt, de grondig gepoetste pannen in de keuken schitteren zo erg in de zon dat je met je ogen zit te knipperen, het huis van de visser is zo klein en vies dat je je als lezer onbehaaglijk gaat voelen. En dat zijn nog maar enkele van de talrijke voorbeelden.
Half leven is een debuut dat naar meer smaakt. Aya Sabi is een beloftevolle aanwinst voor de Nederlandstalige literatuur.
Ik volg Tom Lanoye: ‘Amper te geloven dat dit een romandebuut is. Zo rijp en zelfverzekerd.’
Werelds vond ik het. Niet in de zin van het onnozele epitheton ‘wereldmuziek’ — die de Westerse muziek in het centrum zet en alles daarbuiten onder één noemer vat — maar wel in de zin van wereldliteratuur, lees: wereldklasse.
Niets in de hele roman voelt geforceerd aan, als een poging tot romanschrijven. Elk woord staat op de juiste plek. De complexe karakters zijn overtuigend geschetst — niet door als auctoriële verteller te beschrijven wat ze doen en denken, maar door de gedachten van de personages elk in hun eigen vorm voor zich te laten spreken (‘show, don’t tell’).
Het is geen familiekroniek met lange historische uitweidingen en ingewikkelde intriges, maar drie geheel eigen perspectieven die opeenvolgende generaties in pijn en trots met elkaar verbinden en elk scherpe inzichten schenken.
De debuutroman Half leven van de Vlaamse Aya Sabi (1995) beschrijft de levens van drie generaties vrouwen: Fatna, geboren rond 1940 in een dorp aan de voet van de Atlas in Marokko, dochter Hamouda, geboren in Nederland, en kleindochter Shams, levend in het Nederland van nu. Aan de hand van fragmenten uit hun leven laat Sabi zien hoe een transgenerationeel trauma doorwerkt en dat een vrouw de ‘som van de ondeelbare delen’ is van haar grootmoeder, moeder en zichzelf.
Veruit de meeste aandacht in Half leven gaat uit naar grootmoeder Fatna, een ongeletterde vrouw uit een dorp waar auto’s een bezienswaardigheid zijn. Op haar dertiende wordt ze uitgehuwelijkt, nog voordat ze überhaupt menstrueert. Haar man houdt haar kort, ze mag het huis niet uit en er is ook geen liefde. Fatna weet niet beter, haar moeder nota bene heeft haar geleerd gedienstig te zijn aan je echtgenoot en te zwijgen.
Een vrouw vervult verlangen, daarvoor hoeft ze niet mooi te zijn, maar het is wel makkelijker als ze mooi is. (…) De magie zit in je. Er is maar één regel: doe alles wat hij zegt. ‘Vraagt hij je om je handen in je schoenen te steken in plaats van je voeten en op je kop te wandelen, dan doe je dat. Oké?’
Fatna’s man, die veel ouder is dan zij, wordt ziek en overlijdt al snel. Fatna gaat terug naar haar geboortedorp en wordt opnieuw uitgehuwelijkt, aan een visser. De gang van zaken staat haar tegen, maar ze lijkt geen alternatief te zien. Dit is hoe het hoort. Ze wil ook niet geletterd worden; vrouwen hebben niets op school te zoeken. Fatna noemt zichzelf een karakterloze vrouw en dat klopt in de zin dat ze zich niet lijkt te kunnen uitspreken. Zelfs in de koloniale strijd tegen Frankrijk kiest ze geen kant. ‘Het kan me echt niet schelen van wie dit land is, ik wil gewoon dat er niemand meer sterft.’ Sabi trekt slim een parallel, want op het moment dat Fatna voor het eerst de regie neemt en naar een vrouwenopvanghuis trekt, woedt de onafhankelijkheidsstrijd volop. De onafhankelijkheid wordt uitgeroepen, wanneer Fatna voor het eerst een oprechte liefdesrelatie krijgt.
Uiteindelijk trekken Fatna en haar man naar Nederland, waar Hamouda geboren wordt. Hamouda’s verhaal lezen we via enkele brieven die ze als adolescent stuurt aan haar geliefde in Marokko. Ze smeekt hem snel naar Nederland te komen, anders vindt haar moeder wel een andere man voor haar. De band met haar moeder is matig, ze kan niet echt hoogte van haar krijgen en ze is vooral erg streng. Het personage Hamouda komt niet helemaal uit de verf. Deels door de briefvorm, maar vooral doordat haar stem minder eigen voelt dan die van haar moeder Fatna en dochter Shams. Hamouda is het grijs tussen het zwart van Fatna en het wit van Shams.
Het contrast tussen de oma en de kleindochter geeft een schitterend beeld van de veranderde tijd. Waar de ongeletterde Fatna een onderdanige, onuitgesproken vrouw is, is de student geschiedenis Shams een zelfverzekerde, verontwaardigde vrouw. Shams heeft het over het kapitalisme, toxische relaties en het koloniale subject. Zware woorden, maar ze voelen tegelijkertijd vlak aan wanneer je ze vergelijkt met de onversneden uitingen van Fatna:
Is ze verlegen of getraumatiseerd? Dat is vast de vraag die jullie bezighoudt. Waar jullie je dessertjes op verwedden? Waarom ik zo stil ben? Nou, ik ben getraumatiseerd. Ik wil dood. Ik weet niet meer hoe het is om je lijf te voelen, om in je hoofd te zitten. Ik zie mezelf vanuit de hoek van de kamer. Mijn tranen zijn uitgedroogd tegen de binnenkant van mijn oogleden. Er is geen doorgang meer. Ga ze dat maar vertellen.
Zo is Half leven niet alleen een geschiedenis van een Marokkaans-Nederlandse familie, maar ook een boek over de emancipatie van de vrouw en over de nasleep van het kolonialisme. Het is een verhaal over migratie en een verhaal over integratie, over de maatschappij zoals ze nu is. Half leven is larger than life. Wanneer Aya Sabi de tijd en de megalomanie had gehad om een baksteen van zevenhonderd pagina’s te schrijven, waarin ook Hamouda’s en Shams’ levens verder waren uitgewerkt, hadden we met recht over de great novel van de moderne lage landen kunnen spreken. Nu is het een aanzet tot – en ook die is bewonderenswaardig.
Interessante opbouw, onverwachte 'ontknoping'. De verhalen van Fatna en haar dochter lazen vlot en waren heel beeldend geschreven. De essays lazen minder aangenaam. Daar moest ik me soms doorworstelen.
Intrigerend en beklijvend verhaal over verschillende generaties vrouwen, dat zich laagje per laagje blootgeeft. De kwetsuren, de stiltes, de moedige keuzes, de verbeten zoektocht naar een vol en vrij leven. Aya Sabi geeft allerlei verschillende stemmen, tijdsperiodes en situaties geloofwaardig en raak vorm - knappe debuutroman!
Ingenieus gewoven tapijt van vrouwenstemmen en -levens die ongewild pijn van generatie op generatie doorgeven. Eenvoudig in zijn grootsheid, pijn, spanning, stiltes en liefde voor deeg en kleuren. Een prachtig boek over de (veer)kracht van vrouwen!
‘Je wil dat er van je gehouden wordt, maar je kan niet toelaten dat er van je gehouden wordt. Je bent bang voor wie je bent als je uit de schaduw stapt en het liefdeslicht op je valt. Gloei je dan? Of vlieg je in brand?’ - Aya Sabi
Drie generaties Marokkaanse vrouwen. Drie generaties pijn en verbintenis maar ook vreugde in de kleine dingen des levens. Ontzettend poëtisch, krachtig en beklijvend!
Tom Lanoye raadde dit boek aan in een interview dus besloot ik het te lezen.
Half Leven is een mooi en bij wijlen ontroerend boek over intergenerationeel trauma. Voor mij is dit ook een bijzonder sterke illustratie van de intersectionele discriminatie waar migrantenvrouwen mee te maken krijgen.
Het boek heeft wat tijd nodig om op gang te komen, en ik vond het niet altijd even vlot geschreven. Het verhaal gaat over een wereld die ik niet ken - en daardoor is de emotionele impact wat trager maar tenslotte des te groter.
Ook een literair knappe prestatie om de drie verschillende generaties vrouwen een geheel eigen stem te geven - 'tone of voice', om een reclameterm te gebruiken.
Het motto van het boek is de quote "If there's a book that you want to read, but it hasn't been written yet, then you must write it" van Toni Morrison. Ik begrijp waarom Aya Sabi dit gekozen heeft. Sabi heeft ons echt iets nieuws te vertellen, en wij mogen luisteren. Sterke debuutroman.
"Er zat niets anders op dan onze dochters te wapenen: hier harnas aan, heb niet lief, vertrouw niet, maar wees ondertussen charmant genoeg, mooi genoeg om naar te kijken. Vecht, maar scheur je rok niet, onthaar je, gebruik ook wat kleimaskers voor je huid, nooit te lang in de zon zitten, maar vergeet niet: slijp je hoektanden, bijt van je af. We gaan de strijd aan met elkaar. Een andere vrouw is de concurrent, want er is niet genoeg plek, vooral niet voor ons allemaal. Zo bewapen je je voor de wereld, voor elkaar, om in leven te blijven, om de beschikbare plekken te veroveren, om maar te bewijzen dat je het verdient: een man, een gezin, werk, een subsidie om te kunnen promoveren en dit alles binnen een bepaalde tijdsmarge, anders ben je een mislukte vrouw en er is maar één ding zwaarder dan vrouw zijn en dat is een mislukte vrouw zijn."
"De deuren staan altijd open, wij zijn de dochters van één groot huis. We zorgen voor elkaar."
Het gaat over de kunst van het schrijven, over generaties van vrouwen, over cultuur en tradities, en over zoveel meer.
“Literatuur gaat over botsing, over pijn en vergankelijkheid, over de verhouding tussen wat gezegd wordt en wat ongezegd blijft, over (aan)raken, (aan)geraakt worden, over lijfelijkheid. Het is de confrontatie met je eigen pijn en zolang zowel je lijf als je pijn niet helemaal van jou is kun je niet schrijven.”
“Ik weet niet of ik goed kan loslaten, of dat ik nooit genoeg vasthou om te moeten loslaten.”
4,5 ster!!! Echt een waanzinnig mooi boek, bijna in één ruk uitgelezen. Het verhaal is zo prachtig opgeschreven, de drie verhalen moet ik eigenlijk zeggen. Ik heb er bijna geen woorden voor eigenlijk, allemaal gaan lezen. De zinnen zijn duidelijk, tegelijk poëtisch, origineel en ook herkenbaar, zo liefdevol terwijl het zulke heftige dingen zegt. De personages zijn krachtig, en tonen hun zwakten ook. Het is een prachtige vertelling van de Marrokkaanse cultuur, en vrouwzijn daarin, en vrouwzijn überhaupt. Blabla ik kan er niks beters van maken; gewoon echt tering prachtig.
Half leven gaat over trauma, verdriet, vrouw zijn, migrant zijn, moederschap, liefde, heerlijke Marokkaanse gerechten en zo veel meer, gebracht in het verhaal van Fatna. Naast Fatna leren we ook haar dochter kennen door middel van brieven en haar kleindochter via essays. In het begin moest ik wat gewend komen aan de schrijfstijl, maar het is echt prachtig geschreven! De essays zijn steengoed.