Het verhaal over Jan Janssen is misschien exemplarisch. Wilfried de Jong kijkt op tegen dze icoon, maar wil, als echte wielrenner ook van hem winnen. De columns en iets langere portretten vertonen allemaal die sfeer: persoonlijk, liefhebbend, observerend, en altijd belust op de winst.
Het is net na zevenen. Met het kussen in mijn rug zit ik op mijn hotelbed te lezen in het boek van Wilfried de Jong. Het is warm op de kamer van dit smoezelig hotel. Ik werk vroeg wakker, te vroeg. We hadden een keuze: of het daglicht laten binnenkomen of het gordijntje toch dicht doen en de nachtelijke koelte buiten laten. We kozen voor het eerste. Samen met mijn buurman ben ik voor een paar dagen naar Limburg getogen om te fietsen in heuvelig Zuid Limburg, het meeste on-Nederlandse deel van Nederland. The Dutch Mountains. Ondertussen wordt er honderden kilometers verderop in Frankrijk gefietst. De Jong’s boek verscheen in 2009, tien jaar geleden. Dat is duidelijk merkbaar. Hoeveel kan er veranderen in tien jaar? Armstrong, de “Jezus Christus van het cyclisme” is net terug in het peleton. Van Maarten van der Weijden hoeven we geen terugkeer in de zwemsport meer te verwachten. “Hij verkiest een nieuw leven boven een bestaan als icoon voor de sport en het goede doel.” Doping wordt door De Jong nog net niet verheerlijkt. De oneerlijkheid, het sjoemelen en het spel wel.
Ik verkies toch zijn latere bundel, Kop in de Wind. Daarin schrijft De Jong over zijn eigen ervaringen op de fiets. Hij komt daarin dichterbij de fietservaring. Dit boek herbergt een paar langere verhalen en vooral veel van zijn columns voor het NRC. Het leest prettig weg zo tussen de wielerritjes en het Tour volgen door en De Jong bereikt zo af en toe zeker de top. Maar waar je in de Tour zo af en toe een ellenlange vlakke etappe hebt waar je knikkebollend bij in slaap kan vallen, zit er in dit boek ook zo nu en dan een minder boeiende passage waarbij je je ogen amper open kan houden. Deze verhalen zijn minder tijdloos en zijn ook niet om die reden geschreven. Het is De Jong vergeven. Zijn liefde voor de fiets vergoedt veel. En na een paar verhalen kan ik soms toch amper wachten om zelf weer op de fiets te springen.
Fan van Wilfried de Jong, maar waar hij in ‘kop in de wind’ verhalen met een doel mooi op papier zit, zijn de kortere verhalen in dit boek goed geschreven maar springt soms van de hak op de tak zonder een duidelijke boodschap te bevatten.
Als wielertoerist moet ik hier iets van vinden. Een verzameling mooie korte verhalen maar wat me tegenvalt van Wilfried de Jong is het sympathiseren met roken, het als gedrag acceptabel maken door het in beeld te brengen bij grote sporters. Wilfried weet wat hij op dat moment doet en dat vind ik in deze tijd niet meer te pruimen. Het mooiste verhaal vind ik het glazen potje, morbide humor die de waanzin in het tegengaan van doping, op een formidabele manier demonstreert.
Leuk boek Het is een goede verzameling van korte verhalen en maakt het zeer geschikt voor wielerliefhebbers maar ook voor andere. Er zitten sterke verhalen tussen maar ook zeker grappige. Voor ieder wat wils en wilfried brengt het ook op een bondige maar goede manier. Spontaan wil je na het lezen van dit boek meer boeken van deze schrijver lezen.
Paar prima schrijfsels maar niet erg goed. De wielerromantiek is soms mooi, soms aangezet, soms een tikje aandoenlijk. En dat zeg ik als veelfietser en wielerliefhebber. De langere stukken waren wel de moeite waard, de columns te vluchtig om 15 jaar stand te houden
Korte wielerverhalen die lekker geschreven zijn. Voor de tweede maal gelezen en alhoewel niet alle verhalen meer actueel zijn, alsnog prima leesvoer voor wielerliefhebbers.
Met plezier gelezen. De Jong hanteert een mooie invalshoek om zijn verhalen te vertellen. De wat langere verhalen spreken mij het meeste aan. Hij schrijft hard en eerlijk over doping. Een verademing.
[Dutch] Na De linkerbil van Bettini, dat een mooi portret was van diverse beoefenaars van verscheidene sporten, kunnen we nu weer genieten van de observaties van Wilfried de Jong. In De man en zijn fiets focust Wilfried de Jong op zijn favoriete sport: het wielrennen. En ook deze keer doet hij dat met zijn onnavolgbare kijk op de mens achter de sporter.
Ik heb niet zo veel met wielrennen, maar niettemin deze verzameling columns met plezier gelezen. De Jong kan goed schrijven en gelukkig ook met de nodige humor. En hij is overduidelijk zelf een enthousiast fietser, want de lol spat er vanaf.
Goed geschreven korte verhalen van een liefhebber van de wielersport, of het nu met of zonder doping is. Lekker om af en toe tussendoor een paar te lezen voor het slapen gaan.