What do you think?
Rate this book


128 pages, Paperback
First published February 1, 1914

Jean Dezert is not ambitious. He has understood that there are an infinite number of stars
suicide struck him as useless when balanced against his awareness of being an interchangeable part of the crowd and truly unable to completely die.
Zo waren ze beland voor de kooi van de zeevogels. Daar zitten er bijna duizend, achter gaas. Er is een kleine vijver voor ze aangelegd, want ze houden van water. Maar de meeuwen vliegen onophoudelijk rond met hun naargeestige gekrijs als van een speelgoedtrompetje.
'Waar zouden ze heen gaan als de kooi werd opengezet?'
'Ach, niet zo ver. Als je eenmaal de gewoonte hebt in kringetjes rond te draaien is dat voor het leven, gelooft u mij maar. Ik weet er alles van.' (p. 45)
'Aken, ik begrijp jullie,' denkt Jean Dézert. 'Jullie brengen je rechtlijnige bestaan door in deze smalle kanalen. Jullie wachten voor de sluizen. Jullie doorkruisen steden, getrokken door sleepboten die onder de bruggen trots laten horen dat ze een sirene hebben, net als echte schepen. Eigenlijk lijken jullie op mij. Nooit zullen jullie naar zee gaan.' (p. 80)